Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Persbericht 03/176

Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid Directie
Communicatie

19 november 2003

Nr. 03/176

Kabinet vraagt reactie SER op nieuwe criteria arbeidsongeschiktheid

Minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de Sociaal-Economische Raad (SER) advies gevraagd over criteria waarmee de mate van arbeids(on)geschiktheid in het nieuwe WAO-stelsel kan worden bepaald. Ook heeft de bewindsman verzocht aannemelijk te maken hoe uitwerking van de adviezen van de SER, de instroom van volledig en duurzaam arbeidsongeschikten kan beperken tot maximaal 25.000 per jaar. De adviesaanvraag maakt deel uit van de afspraken die in het najaarsakkoord op 14 oktober zijn gemaakt.

De kern van het nieuwe criterium voor volledige arbeidsongeschiktheid is het duurzaam niet in staat zijn om met arbeid inkomen te verwerven "als rechtstreeks en objectief medisch vast te stellen gevolg van ziekte". In de adviesaanvraag komt ook gedeeltelijke arbeidsgeschiktheid aan bod. Volgens het voorstel van het kabinet is iemand gedeeltelijk arbeidsgeschikt als hij door ziekte slechts in staat is ten hoogste 65 procent te verdienen van wat hij vroeger verdiende. Het gaat hierbij om mensen die niet in aanmerking komen voor een uitkering op grond van de regeling voor volledig en duurzaam arbeidsongeschikten.

Behalve advies over arbeidsongeschiktheidscriteria, heeft minister De Geus de SER ook advies gevraagd over flexibele arbeidsrelaties en de positie van militairen in het nieuwe stelsel, alsmede over de op te zetten Extra Garantieregeling Beroepsrisico's. Het kabinet is van mening dat in het nieuwe arbeidsongeschiktheidstelsel een aparte, private regeling nodig is om werknemers te verzekeren tegen de gevolgen van beroepsziektes en bedrijfsongevallen. De reden hiervoor is dat de Nederlandse wetgeving anders niet zou voldoen aan internationale normen. Daarnaast voorkomt de regeling dat gedupeerde werknemers via individuele civielrechtelijke procedures tegen hun (voormalige) werkgever hun rechten moeten bevechten. De Geus vraagt de SER of men deze motivering en de (private) verzekeringsvorm onderschrijft. Ook wordt de Raad gevraagd welke rol hij weggelegd ziet voor de sociale partners bij het uitwerken van de regeling. De minister heeft de Raad verzocht in januari 2004 advies uit te brengen.


---