1red13602
21-11-2003, NOS, Met het oog op morgen, Radio 1, 23.07 uur
MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE
MINISTERRAAD OVER:
· HET MOGELIJK VERLENGEN VAN HET MANDAAT IN IRAK,
· DE VEILIGHEID VAN DE MILITAIREN IN IRAK EN
· HET MOGELIJK TERUGSTUREN VAN DRUGSKOERIERS NAAR HET
LAND VAN HERKOMT
CARASSO:
Meneer Balkenende, is het feit dat het kabinet nog geen besluit genomen heeft over de
verlenging van het mandaat in Irak veroorzaakt door politieke verdeeldheid?
BALKENENDE:
Nee, er is geen sprake van verdeeldheid. Waar het wel om gaat is een grote mate van
zorgvuldigheid die nodig is bij de besluiten die we moeten nemen. Het gaat om ingewikkelde
vraagstukken, waar sprake is van risico's. En dat betekent dat je dan oog zult moeten hebben
voor de zorgvuldigheid bij de besluitvorming en uiteraard ook voor draagvlak van de hele
operatie.
CARASSO:
Maar minister Kamp van Defensie zei deze week: ik wil niet langer wachten met het nemen van
een besluit, want dat geeft maar onzekerheid voor die militairen.
BALKENENDE:
Ja, maar kijk, wat is er nu vandaag gebeurd? De hele ministerraad heeft gezegd: wij vinden het
van groot belang om nu al een positieve intentie uit te spreken ten aanzien van de verlenging
van het mandaat. Dus dat was een eensgezindheid in het hele kabinet. Het is wel zo dat je
natuurlijk alle factoren en omstandigheden onder ogen moet zien. En dat is ook de reden
waarom er volgende week nog een briefing zal plaatsvinden van de ministers.
CARASSO:
En wie gaat die briefing dan geven volgende week?
BALKENENDE:
Daar ga ik geen mededelingen over doen.
CARASSO:
Maar minister Kamp van Defensie had al een brief een klaar liggen en die circuleerde gisteren
ook door Den Haag. De missie zou verlengd worden. Had hij zich dan niet goed voorbereid
voor vandaag?
BALKENENDE:
Nee, het is zo dat er sommige bewindslieden zijn die direct betrokken zijn bij de
voorbereidingen. Dat is bijvoorbeeld minister Kamp.
CARASSO:
En misschien wat ongeduldig?
BALKENENDE:
Nou nee, een minister van Defensie, een minister van Buitenlandse Zaken, ikzelf om eens
enkele te noemen, die zijn natuurlijk intensief met zaken bezig. Maar wanneer je praat over de
verlenging van een mandaat dan moet dat gedragen worden door het hele kabinet. En dan is
het ook terecht dat je zegt: laat informatie door iedereen worden gewogen, ga in op vragen die
er bestaan, en dat komt alleen maar die zorgvuldigheid ten goede.
CARASSO:
Defensie heeft een veiligheidsanalyse gemaakt en er is ook informatie van de CIA in Amerika,
die heeft gewaarschuwd voor terroristische aanslagen in het zuiden van Irak. Ook Defensie
zegt dat het gevaarlijker wordt. Er is al een ernstige aanslag op de Italianen geweest. Zit daar de
twijfel van het kabinet? Zitten daar de aarzelingen?
BALKENENDE:
Laat ik nu niet ingaan op alle concrete dingen waarover gesproken moet worden. Het is
natuurlijk wel zo dat je in een gebied zit met bepaalde risico's, je hebt te maken met
zelfmoordcommando's, mensen die hun eigen leven opofferen om anderen van het leven te
beroven. Dat doet zich voor om onrust te zaaien. Dat betekent dat je alle factoren goed onder
ogen moet zien. En dat is geen gemakkelijk besluit, dat doe je niet zomaar in een keer.
CARASSO:
U zei net al dat het belangrijk is dat er draagvlak is. Dat geldt natuurlijk in de eerste plaats voor
de Tweede Kamer. Die wil harde garanties voor de veiligheid. Ze gaan niet automatisch
akkoord, dat hebben ze deze week laten weten. Laten we er even een paar kort langs lopen. Het
CDA wil apachehelikopters. Is dat zinnig om die daar heen te sturen?
BALKENENDE:
Ik ga nu niet in op de precieze militaire zaken. Kijk, waar je als Nederland mee te maken hebt is
bijvoorbeeld het contact dat je met de Britten hebt. Want wij werken natuurlijk nauw samen
met de Britse autoriteiten daar. Wanneer het nu gaat om de veiligheid van onze mensen, dan
moet je in eerste instantie met de Britten afspraken maken...
CARASSO:
Over bijvoorbeeld de uitwisseling van informatie, want dat is een andere eis van de Tweede
Kamer. Ze zijn daar geweest en ze zeiden: er werd ons verteld dat inlichtingen gedeeld zouden
worden, maar we horen nu eigenlijk helemaal niets. Gaat dat nu beter geregeld worden?
BALKENENDE:
Wees er van verzekerd dat we bij onze besluitvorming natuurlijk oog hebben voor het delen
van informatie die van ons van vitale betekenis is. Ook daar maak je afspraken over en dat zijn
zaken die een kabinet natuurlijk weegt. En dat komt uiteraard aan de orde bij de besluitvorming
die nog moet worden afgerond.
CARASSO:
Dus er wordt wellicht nog gebeld met Engeland. De Tweede Kamer maakt zich ook zorgen
over de grensbewaking met Saudie-Arabië in verband met terroristen die de grens over zouden
kunnen komen. Wie gaat die grens nu bewaken? Wordt dat geregeld?
BALKENENDE:
Ik geef nu net aan dat wij te maken hebben met intensieve contacten met de Britten. En het is
altijd een samenspel. En dat betekent dat je ook een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebt
om grenzen in de gaten te houden. Je moet wel altijd onder ogen zien dat het een groot
grensgebied is, het is een hele grote afstand. En dat betekent dat je alle factoren onder ogen
moet zien van wat wel en niet gewenst is.
CARASSO:
Grensbewaking zegt de Tweede Kamer.
BALKENENDE:
Laat ik nu niet met u in discussie gaan over de Tweede Kamer. Wij zijn op het ogenblik aan zet,
het kabinet moet alle factoren onder ogen zien. Goed nadenken of we akkoord kunnen gaan
met verlenging van het mandaat, van het feit dat er 1100 Nederlandse mannen en vrouwen
zitten. Dat is wel in het belang voor Irak zelf. Ik vind niet dat de internationale gemeenschap
het gezicht zou moeten afwenden. Dat geldt ook voor onszelf. Alleen wanneer je zo'n besluit
neemt, dan moet je dat heel zorgvuldig doen.
CARASSO:
Is het überhaupt eigenlijk denkbaar dat nu het wat moeilijker en gevaarlijker wordt dat
Nederland de benen neemt? Het kabinet heeft altijd gezegd dat er risico's zijn in Irak.
BALKENENDE:
Als het kabinet, nu wetend dat de situatie verre van eenvoudig is in Irak, toch komt tot een
positieve intentie, dan zegt dat denk ik heel wat over onze betrokkenheid. En ook voor het feit
dat wij steeds hebben gezegd: de internationale gemeenschap moet zich niet afwenden van
Irak. Sterker nog, we hebben een grote betrokkenheid nodig. Ik was vorige week op bezoek bij
Berlusconi, dat was in het kader van het Italiaans voorzitterschap. We hebben toen gepraat
over de aanslag op de Italianen. En toen zei premier Berlusconi dat het opvallend was dat er
heel veel vrijwilligers zijn in het Italiaanse leger die zich nu melden om naar Irak te gaan.
Waarom? Omdat ook de militairen zeggen: wij mogen daar niet zomaar weggaan. Sterker nog,
er is juist behoefte aan betrokkenheid bij Irak zodanig dat de bevolking straks door kan gaan en
dat men niet het slachtoffer wordt van het voortdurende terrorisme.
CARASSO:
Tot slot nog iets heel anders wat mij frappeerde deze week. Gisteren kondigde de minister van
Justitie Donner aan dat hij drugskoeriers op Schiphol terug wil sturen naar het land van
herkomst. Ze gaan hier niet in de cel, want de cellen hier zitten vol. Hij heeft niet genoeg
capaciteit. Nu herinner ik me anderhalf jaar geleden toen minister Korthals van Justitie, zijn
voorganger, dat ook wilde. Toen viel de hele Kamer over hem heen. Als ik me niet vergis heeft
u toen zelf een zware motie tegen hem ingediend. Nu doet uw kabinet eigenlijk hetzelfde. Is
een excuus aan de heer Korthals niet op zijn plaats?
BALKENENDE:
Er is vandaag niet met zoveel woorden over het hele onderwerp gesproken. Het is wel zo dat je
steeds onder ogen moet zien wat wel of niet gedaan kan worden om te werken aan een grotere
veiligheid. Het oplossen van problemen moet je steeds onder ogen zien.
CARASSO:
Maar meneer Korthals had het al anderhalf jaar geleden gezien.
BALKENENDE:
Zoals gezegd: na verloop van tijd moet je kijken wat er wel of niet gedaan moet worden. Er is
niet in de ministerraad over gesproken, dus wat dat betreft moet ik ook wel terughoudend zijn.
CARASSO:
Maar is er sprake van voortschrijdend inzicht bij meneer Balkenende?
BALKENENDE:
Je leert in de politiek altijd. Het is maar goed dat politici nooit zo star zijn als we denken
(Letterlijke tekst, ongecorrigeerd, MT)