Partij van de Arbeid

Bijdrage van Gerdi Verbeet (PvdA) aan het Notaoverleg Sport op 24 november 2003

Gesproken woord geldt

"Investeren in sport is investeren in de samenleving." Ik citeer Hans Blankert, die vorige week terecht is onderscheiden voor zijn grote bijdrage aan de sport. Het is wel wrang juist nu te moeten concluderen dat de sport dankzij Balkenende-II terug is bij af. De ruime verdubbeling van het budget onder Kok wordt vrijwel te niet gedaan. De aangekondigde stopzetting van de subsidie op het algemeen functioneren van de sportbonden is een klap in het gezicht van al die mensen die zich als vrijwilliger en als professional inzetten voor de sport. Het Hoofdlijnenakkoord wekte nog hoge verwachtingen: 'Sport is van grote maatschappelijke betekenis. Van sportbeoefening gaat een positieve impuls uit voor jongeren en sport heeft door het fijn vertakte netwerk van sportverenigingen en vrijwilligerswerk een sterk samenbindende functie. Het overheidsbeleid is erop gericht dat waar nodig te ondersteunen. Dat geldt in het bijzonder ook voor gehandicaptensport.' Treedt Balkenende met deze bezuinigingen in de voetsporen van de door hem zo bewonderde Lubbers, die vond dat sport niet meer dan een 'benign neglect', een welwillend verwaarlozen, verdiende?

De bewindslieden hebben er alles aan gedaan de effecten van de bezuinigingen belachelijk te maken: dan drinken de tennissers maar een biertje minder! Maar dat is wel heel goedkoop. Het gaat ook ons niet om de organisaties, maar om het -aantoonbaar- goede werk dat zij verrichten. En het gaat ons erom dat de regering voortdurend inconsequent is. Het belang van sport benadrukken, maar de beurs dichtdoen. De noodzaak van vrijwilligers en de zorg over het tekort daaraan benadrukken, maar verenigingen aan hun lot overlaten en de bureaucratie (denk eens aan alle arboregels) verhogen. Zeggen dat de sport moet professionaliseren, maar de vereniging voor sportkader niet meer subsidiëren. De strijd tegen doping (THG!) verhevigen, maar het budget inkrimpen.

De regering schuift met de stopzetting van de subsidiering van bonden voor algemeen functioneren de verantwoordelijkheid voor het instandhouden van de sportinfrastructuur af. Het kabinet kiest voortaan voor de subsidie van projecten. Maar meer bewegen van jong en oud, het bevorderen van sociale samenhang in buurten, overdracht van normen en waarden via de sport, dat zijn geen projecten , maar programma's die langdurig noodzakelijk zijn. Projectenbeleid zorgt voor een gigantische bureaucratie bij bonden en verenigingen. Ik zie liever handen aan de bal dan aan het bureau. Goede afspraken over en controle op te leveren prestaties spreekt vanzelf. Graag de reactie van de staatssecretaris.

De subsidie aan de levensbeschouwelijke koepels die gebaseerd is op de kamerbreed aanvaarde motie Atsma/Middel en ook die aan de Nederlandse Federatie Werkers in de Sport verdwijnen geheel, om 'versnippering' tegen te gaan. Een onzinnig argument want er zijn geen andere organisaties die vergelijkbare taken verrichten. VWS weet niet wat het doet. Een potsierlijk voorbeeld hiervan staat in de begroting: sportbonden worden gekort op hun subsidie voor algemeen functioneren als zij zich niet aan de dopingregels houden, maar deze subsidie wordt volledig afgeschaft! Graag uw reactie!

De bezuinigingen worden ingekleed met de mededeling dat VWS zich beperkt tot zijn kernactiviteiten. Maar wat zijn die dan precies? Waarom dan toch al die mooie woorden in het regeerakkoord? En waarom de verantwoordelijkheid eerst bij anderen neerleggen (gemeenten, bonden, verenigingen, sporters), om die vervolgens af te knijpen? Het werk van de staatssecretaris lijkt er steeds meer uit te bestaan aan te geven waarom zij zich NIET verantwoordelijk voelt. Is het departement al bezig met een nieuwe huisstijl, zonder de "w" van welzijn en de "s" van sport ?

Ik noem als voorbeeld de brief over homo's in de sport. Volgens de sts is er niets aan de hand, want homo's sporten net zoveel als hetero's. Mijn partij vindt het wel degelijk een groot probleem dat veel mannen er in hun sportvereniging niet voor uit durven komen dat ze homo zijn. Ik wil weten of ze soms kiezen voor commerciële sportbeoefening omdat ze zich in verenigingen niet welkom voelen. Dat zou ernstig zijn want juist in verenigingen maak je vrienden voor het leven. Is de sts. bereid daarnaar nader onderzoek te doen?

Weet de staatssecretaris eigenlijk wat de effecten van de bezuinigingen zijn op de hoogte van de contributies en dus op de sportdeelname van kinderen van ouders met klein inkomen, op verlies aan werkgelegenheid en professionaliteit ? Mij bereiken daarover verontrustende geluiden. Gaat ze dat voor ons in de gaten houden?

Nederland wordt steeds dikker. De regering erkent dit en trekt zelfs geld uit voor de bestrijding van overgewicht. Bravo! Maar tegelijkertijd wordt bezuinigd op sport, toch een van dé remedies tegen overgewicht. Het curieuze is dat de regering het preventieve effect van sport voor de volksgezondheid ruiterlijk erkent en er zelfs een passage in het regeerakkoord over heeft opgenomen: 'Om het beroep op de zorg terug te dringen, zal ook meer aandacht worden geschonken aan de bevordering van de volksgezondheid door preventief beleid en sport.' Maar hoe denkt de staatssecretaris dit bij het aangekondigde beleid te bereiken? Ik herhaal: de voorgestelde maatregelen werken averechts op het beoogde beleid!

De breedtesport is om uiteenlopende redenen (sociaal, economisch, maatschappelijk, volksgezondheid) van fundamenteel belang voor de samenleving. We hebben destijds dan ook van harte ingestemd met de regeling breedtesportimpuls, die tal van initiatieven in buurten, van verenigingen met scholen mogelijk heeft gemaakt. Nu wordt de regeling beperkt tot de grootste steden. Het is zeker zo dat de problemen in de grote steden vragen om extra aandacht voor de breedtesport. Maar dat mag niet betekenen dat de andere gemeenten in de kou worden gezet. Ook daar is meer bewegen van belang. De forse bezuinigen waarvoor gemeenten staan tonen de noodzaak hiervoor nog eens extra aan. Ik wil daarom voorstellen de breedtesportimpuls onverkort te handhaven. Verder wil ik dat de sts mij garandeert dat het bij de breedtesport wel om echt om sport blijft gaan en juist om het versterken van de relatie van scholen en buurten met sportverenigingen. Volgens de PvdA zijn kinderen voor half zes op school, op stage of aan het sporten.

Bij topsporters denken velen direct aan profvoetballers, tennissers en wielrenners met exorbitante salarissen. Maar verreweg de meeste topsporters hebben gewoon een baan, ze moeten zich in allerlei bochten wringen om voldoende te kunnen trainen en ze hebben moeite om genoeg geld bijeen te schrapen voor bijvoorbeeld vliegreizen naar internationale wedstrijden. Voor topsporters met een A-status is er sinds kort een bescheiden stipendiumregeling. De Olympische Spelen in Sydney waren een groot succes; in het Holland House werd euforisch bezworen dat het allemaal nog veel beter kon en moest. Het kabinet zet nu de klok van 24 mln ¤ naar 18 mln ¤ terug. Bovendien zullen de bezuinigingen op de breedtesport hun effect op de topsport niet missen. Welke ambities heeft het kabinet eigenlijk voor de topsport? Deelt het bijvoorbeeld het ambitieuze streven van NOC/NSF om bij de beste tien landen ter wereld te horen? Het is van tweeën één. Of de regering streeft daadwerkelijk naar een volwassen topsportklimaat; in dat geval moet niet worden bezuinigd, maar geïnvesteerd. Of de regering laat dat streven varen; in dat geval moeten ook de mooie woorden achterwege blijven. De PvdA kiest voor het eerste.

Ook de gehandicaptensport wordt niet ontzien bij de bezuinigingen. Naast de rechtstreekse bezuiniging wordt men ook getroffen door de bezuinigingen op het algemeen functioneren van de bonden. Want die gaan zich net als deze staatssecretaris bezinnen op hun kernactiviteiten En dat ziet er zoals blijkt uit de brief van NebasNsg voor de integratie van de gehandicaptensport niet rooskleurig uit. Wat bedoelt het kabinet eigenlijk als het in het regeerakkoord zegt dat 'in het bijzonder ook de gehandicaptensport' waar nodig op steun van de overheid kan rekenen? Wat vindt men van de brief van NebasNsg. Ik pleit met de Nebas Nsg opnieuw voor een apart sport-PGB.

Om de bezuinigingen (deels) te compenseren studeert het Kabinet op mogelijkheden om de zogeheten Lottogelden (de opbrengsten van de toto-lottoloterijen) voortaan in zijn geheel naar de sport te laten vloeien. Nu gaat 70 procent van de opbrengst naar de sport en de rest naar goede doelen. Ik sta hier in principe positief tegenover, maar alleen als de overheid ook nog iets te zeggen krijgt over de verdeling van de gelden over de bonden. Ik denk aan criteria zoals het aantal ouderen, jongeren en vrijwilligers dat bij een vereniging actief is en aan het nakomen van eerder gemaakte afspraken zoals met de levensbeschouwelijke koepels. En ik verlang volledige transparantie.

Tot slot. 2004 is door de Europese Commissie uitgeroepen tot Europees Jaar van opvoeding door sport. Juist in dat jaar slinkt het sportbudget dramatisch en trekt het kabinet zich terug achter de linies. Als we de tweede helft van het jaar voorzitter zijn en activiteiten gaan organiseren, waarbij ongetwijfeld mooie woorden worden gebezigd, slaan we natuurlijk een flater. Hoe ziet de staatssecretaris dit voor zich?


---
Tweede Kamer der Staten-Generaal www.tweedekamer.nl

Aan dit bericht kunnen geen rechten worden ontleend.