Gemeente Heythuysen

Nieuws

Herindelingsnieuws Maasland


We zijn in onze regio al enkele jaren druk bezig met praten en denken over gemeentelijke herindeling.

Er is al veel gezegd in de openbare raadsvergaderingen en vooral geschreven in de media over een mogelijke samenvoeging van Haelen, Heel, Heythuysen, Hunsel, Roggel en Neer en Thorn. Het zal u daarbij als oplettende burger ongetwijfeld niet ontgaan zijn dat herindelen in het algemeen, en ook deze gemeentelijke herindeling in het bijzonder met veel discussie en adviserend onderzoek gepaard gaat. Heel begrijpelijk, want herindelen is voor velen een gevoelig onderwerp en de besluitvorming die hiermee samen gaat moet dan ook zo zorgvuldig mogelijk en op grond van goede argumenten gebeuren. De overheid gaat daarbij niet over één nacht ijs. En dat is maar goed ook, want het gaat ten slotte om úw gemeente.

Graag willen de gemeenteraden die bij de vorming van één Maasland betrokken zijn alle inwoners informeren over dit herindelingsproces. Het gaat ten slotte ook om u, uw dorp, uw huidige gemeente en die van in de nabije toekomst. Om u te informeren over wat er allemaal speelt en gespeeld heeft, is dan ook deze speciale infopagina over herindeling geschreven.

We schetsen u hoe de gemeenteraden tot het oorspronkelijke idee van samenvoeging van Haelen, Heel, Heythuysen, Hunsel, Roggel en Neer en Thorn zijn gekomen. We geven een beknopte uiteenzetting van de route die tot nu toe gelopen is, oftewel: wat is er eigenlijk allemaal gebeurd tot nu toe? Wat is op dit moment de stand van zaken? Hoe gaat het nu verder lopen? Welke rol hebben de gemeenten, de provincie en de rijksoverheid? Welke procedure wordt gevolgd bij een herindeling. En misschien wel het allerbelangrijkste: wanneer wordt het nu duidelijk hoe we gaan herindelen?

Op deze infopagina over herindeling hoort ook informatie van de Provincie Limburg die in dit proces van herindeling in Midden-Limburg inmiddels de leiding heeft. Hoe verwarrend het misschien voor u als burger ook is: gemeenten en Provincie hebben eenzelfde doel. Zij werken dan ook nauw samen om te komen tot stabiele, kansrijke, financieel gezonde en bestuurskrachtige gemeenten in de regio Midden-Limburg die voor de toekomst de power hebben om hun mannetje te staan en kansen te gelde te maken.

Waarom herindelen?

Het Rijk en de Provincie ondersteunen plannen voor schaalvergoting, het vormen van grotere gemeenten. Van gemeenten wordt namelijk in de toekomst steeds meer verwacht. Zij krijgen er steeds meer taken bij. Kleinere gemeenten worden daardoor ook bestuurlijk steeds kwetsbaarder. Het ambtelijk apparaat is klein en kan moeizaam voldoen aan de eisen die nu al aan de gemeenten gesteld worden.

Daarom vindt het Rijk, dat gemeenten robuuster moeten worden, zodat ze straks goed toegerust zijn voor het takenpakket dat ze de inwoners moeten bieden.

Hieronder enkele punten die daarbij belangrijk zijn:

Gemeenten moeten een goede bestuurskracht hebben, die hen in staat stelt de komende 25 jaar een fors pakket aan lokale taken te behartigen. Dit kan ertoe leiden dat gemeenten zich moeten aanpassen naar inwonertal, draagvlak en oppervlakte.

Men moet ervan uitgaan dat het lokale takenpakket in de toekomst zal groeien.

Herindeling moet gericht zijn op een vermindering van samenwerkingsvormen.

Herindeling mag niet leiden tot doorschuiven van problemen naar het aangrenzende gebied, maar moet met name gericht zijn op:

het oplossen van gezamenlijke problemen (zorg voor de beekdalen, leefbaarheid in de wijken); het benutten van kansen (reconstructie landbouw); regionale functies (woningbouw, grootwinkelfunctie, recreatie en toerisme waar te positioneren).

..En waarom deze zes?

De gemeenten Haelen, Heel, Heythuysen, Hunsel, Roggel en Neer en Thorn vormen samen de zogenaamde Tuin van Limburg, voortgekomen uit het Provinciaal Omgevingsplan Limburg(POL). Dit historisch gegroeid en vrijwillig samenwerkingsverband is gebaseerd op een aantal gezamenlijke kenmerken en speerpunten. Zo zijn er de overeenkomsten dat ze behoren tot niet stedelijk gebied in Midden-Limburg aan de Westkant van de Maas en dat ze een agrarische en toeristische sector hebben. Ook op economisch gebied heeft de Tuin van Limburg het een en ander in huis. Kortom: in het gebied van de Tuin van Limburg wordt niet alleen gerecreëerd of geboerd, maar ook de dienstverlening en de industrie zijn goed vertegenwoordigd.

In alle gemeenten is het bevorderen van de leefbaarheid in de kernen een belangrijke doelstelling; alle gemeenten willen werken aan het verder benutten van de mogelijkheden die toerisme en recreatie bieden. Voor een belangrijk deel van het grondgebied vormt de reconstructie van het landelijke gebied een belangrijke opgave.

De Tuin van Limburg vormt dus een mooie basis als uitgangspunt voor het vormen van een nieuwe gemeente. Vanzelfsprekend brengen alle gemeenten eigen specifieke sterke punten in dit overkoepelende concept. Om er enkele te noemen:


* de waterrecreatie langs de Maas;

* belangrijke verzorgende functies op het gebied van zorg, onderwijs en detailhandel;

* een groot recreatiepark;

* grote bedrijfsterreinen in de gemeenten;
* het culturele profiel.

Vanaf 1997 wordt in de Tuin van Limburg gediscussieerd over gemeentelijke herindeling.

Wat is er tot nu toe gebeurd?

Onderzoek naar de bestuurskracht van gemeenten

In het jaar 2000 zette de Provincie een traject in om te onderzoeken hoe het gesteld was met de bestuurskracht van iedere gemeente.

Bestuurskracht betekent de manier waarop de gemeente, met de beschikbare middelen (personeel, ruimte, financiën, etc) de haar opgelegde taken kan realiseren. De gemeente heeft niet alleen door hogere overheden opgelegde taken, maar ook eigen taken.

Dit onderzoek is voor alle zes de Maaslandgemeenten uitgevoerd en de resultaten hiervan zijn in de zomermaanden van 2001 met alle gemeenteraden besproken.

Alhoewel het onderzoek voor de gemeenten zeker niet negatief is, blijkt toch dat de gemeenten kwetsbaar zijn.

Naar aanleiding van de bestuurskrachtmonitor hebben de gemeenten besloten om uitgebreider en intensiever samen te gaan werken. Hiermee konden weliswaar niet alle gesignaleerde knelpunten worden opgeheven, maar het was in elk geval een oplossing voor de korte en middellange termijn.

Helaas heeft dit niet het gewenste resultaat opgeleverd. Daarom is men daadwerkelijk de mogelijkheden voor samenvoeging gaan bekijken. Hiertoe werd door de gemeenteraden de stuurgroep Herindeling in het leven geroepen, die bestaat uit de burgemeesters en secretarissen van de zes gemeenten. De stuurgroep is aan de slag gegaan om samen de herindeling van de grond te krijgen.

Onderzoek: de Tuin van Limburg in bestuurlijke bloei

Op verzoek van de stuurgroep maakte het bureau Cap Gemini Ernst & Young (CGE&Y) een strategische gebiedsvisie. Hierin werd uitgewerkt hoe een eventuele Maaslandgemeente, bestaande uit zes gemeenten, er het beste uit zou kunnen zien. Daarbij kwamen verschillende aspecten aan de orde, zoals het profiel van de gemeenten, de beleidsspeerpunten en ambities, de positie in de regio, de afstand burger/bestuur, het bestuur en de organisatie, de financiële positie en het programma voor de toekomst.

Het onderzoek richtte zich op de plussen en minnen van één nieuw te vormen Maaslandgemeente. Daarbij werd met name gekeken naar de meerwaarde voor de inwoners.

De conclusie van het onderzoek was dat de Maaslandgemeenten bij de vorming van één nieuwe gemeente belangrijke voordelen kunnen realiseren. Voor u als burger uit zich dit vooral in een betere dienstverlening en service. Maar ook op bestuurlijk niveau zal er dan meer kennis aanwezig zijn, hetgeen ook op relaties met andere gemeenten en zakelijke contacten zijn invloed heeft.

Voorstel naar de raden

In het voorjaar van 2003 kregen de gemeenteraden van de zes gemeenten op basis van bovenstaand rapport het voorstel om te komen tot een wijziging van de huidige gemeentelijke indeling per 1 januari 2006. In dit voorstel wordt uitgelegd waarom voor één grote Maaslandgemeente gekozen is.

Alle gemeenteraden zijn uiteindelijk met dit raadsvoorstel akkoord gegaan. Vervolgens laat de stuurgroep een aanvullend onderzoek doen naar herindelingsvarianten. Dit rapport zal mede basisvormen voor de uiteindelijke besluitvorming over de herindeling.

Kort daarna vraagt de Provincie om in het onderzoek de mogelijkheid van deelname van Maasbracht te betrekken. De stuurgroep vindt deze ommezwaai echter niet logisch , omdat het niet aan de orde is. Zij blijft bij de onderzoeksopdracht aan CGE&Y naar haalbare herindelingsvarianten binnen het gebied van de Maaslandgemeenten. Hierop besluit de gemeente Thorn uit het voorbereidingstraject voor een herindeling van de Maaslandgemeenten te stappen.

De belangrijkste analyses en conclusies van het onderzoek naar herindelingsvarianten van de Maaslandgemeenten zijn terug te vinden in het eindrapport De Maat van het Maasland; onderzoek naar herindelingsvarianten.

De belangrijkste varianten zijn:

* De variant waarin de zes gemeenten samen één nieuwe gemeente vormen;

* Varianten waarbij in het gebied van de zes Maaslandgemeenten twee nieuwe gemeenten ontstaan. Hierbij heeft het onderzoek zich gericht op:


- een tweedeling van het gebied langs de noord-zuidlijn. Concreet betekent dit dat dan de volgende gemeenten ontstaan: 1.) Haelen, Heythuysen en Roggel en Neer (ze liggen allen ten noorden langs de Maas en heten dan ook de Noord-variant) en 2.) Heel, Hunsel en Thorn (ze liggen allen ten zuiden langs de Maas en heten dan ook de Zuid-variant). Deze samenwerkingsvarianten zijn in het verleden al eens eerder besproken en sluiten aan bij de samenwerking van de gemeenten in het zogenaamde Leudalkwartier en Thornerkwartier.


- een tweedeling langs oost-westlijn. Concreet zouden dan de volgende gemeenten ontstaan: 1.) Thorn, Heel en Haelen, waarin o.a. toerisme en recreatie zeer centraal kan staan en 2.) Hunsel, Heythuysen en Roggel en Neer met vooral een agrarisch karakter.

Voor de volledigheid hierna een overzicht van de zes Maaslandgemeenten met daarbij per gemeente vermeld: aantal inwoners, oppervlakte in ha. en de in de gemeente gelegen kernen.

Haelen

Heel

Heythuysen

Hunsel

Roggel en Neer

Thorn

10.110 inw.

8.372 inw.

12.126 inw.

6.211 inw.

8.424 inw.

2.544 inw.

2.899 ha.

2.536 ha.

5.815 ha.

3.475 ha.

4.259 ha.

660 ha.

4 kernen:

Buggenum

Haelen

Horn

Nunhem

4 kernen:

Beegden

Heel

Panheel

Wessem

4 kernen:

Baexem

Grathem

Heythuysen

Kelpen-Oler

5 kernen:

Ell

Haler

Hunsel

Ittervoort

Neeritter

3 kernen:

Roggel

Neer

Heibloem


1 kern:

Thorn

Bij de afweging van de verschillende varianten is steeds gekeken naar de verschillende rollen die elke gemeente geacht wordt te vervullen en op de financiële effecten.

Eindconclusie in dit rapport De Maat van het Maasland is wederom dat de 1x6 variant de beste optie is. Bestuurders en ambtelijke leiding ervaren veel kwetsbaarheden in de huidige gemeentelijke organisaties. Bovendien is er onvoldoende slagkracht om mee te gaan met de tijd (bijvoorbeeld de gemeenten op de digitale snelweg, zoals website en internet).

Om dit soort zaken goed van de grond te krijgen is een gemeentelijke schaalgrootte van ongeveer zon 25.000 inwoners wenselijk. Opgemerkt wordt hierbij dat bij een tweedeling in 2x3, de Noord-variant (Haelen, Heythuysen en Roggel en Neer) deze meerwaarde wel kan leveren. De Zuid-variant (Heel, Thorn en Hunsel) beschikt met 17.500 inwoners over een duidelijk onvoldoende basis om de gewenste organisatorische meerwaarde te realiseren.

Volgens het onderzoeksbureau zou ook een grenscorrectie overwogen kunnen worden. Er zou met name gekeken kunnen worden naar een eventuele overgang van de kernen Grathem en Kelpen-Oler (nu gemeente Heythuysen) van het noordelijke cluster naar het zuidelijke cluster. Echter, zon grenscorrectie is bestuurlijk, financieel en emotioneel zo ingewikkeld en de te verwachten meerwaarde ervan zo minimaal, dat dit volgens het onderzoeksbureau geen goed idee is.

Dit geldt ook voor de tweedeling langs de oost-westlijn. Er onstaan dan gemeenten met weinig inwoners, waardoor naar verwachting ook geen meerwaarde kan worden gerealiseerd.

Andere argumenten voor de 1x6 variant zijn:

* Voor alle zes Maaslandgemeenten vormen toerisme en recreatie belangrijke speerpunten en voor vier van de zes Maaslandgemeenten vormt herstructurering van de landbouw een zeer belangrijk beleidsspeerpunt.

* Alle zes gemeenten vinden het belangrijk om de leefbaarheid van de binnen de gemeenten gelegen kernen goed op peil te houden. Denk aan het ondersteunen van het verenigingsleven, het onderhouden van een hoog voorzieningenniveau en het bevorderen van de woon- en leefkwaliteit in de kernen.

* Uiteraard zijn ook de financiële mogelijkheden van de nieuw te vormen gemeente van belang. Hoewel de 1x6 variant financieel het minst positief uit de bus komt, stelt het onderzoeksbureau dat dit geen doorslaggevend argument is. De 1x6 variant houdt voldoende armslag om een financieel gezonde gemeente te zijn.
* Duidelijk is dat de vorming van één nieuwe Maaslandgemeente een voor Limburgse begrippen grote gemeente oplevert. Het gebied is uitgestrekt, bevat veel kernen en heeft veel inwoners. Het onderzoeksbureau ziet goede mogelijkheden om eventuele nadelen van deze schaalgrootte te voorkomen of af te zwakken door gericht beleid. Dit beleid dient zich onder andere te richten op de afstand tussen burger en bestuur. De gemeentelijke dienstverlening zal mogelijk decentraal aangeboden moeten worden. Daarnaast is het van groot belang dat bestuurders, burgers en medewerkers goed op de schaalsprong worden voorbereid.

Herindelingsvariant Maasbracht

Inmiddels is de Provincie een eigen onderzoek gestart naar de mogelijkheid om ook Maasbracht bij de herindeling te betrekken. De uitslag van dit onderzoek is op het moment van schrijven nog niet bekend, waardoor ook over de gevolgen hiervan nog niets gezegd kan worden.

Welke procedure wordt gevolgd bij een herindeling?

In de Grondwet is bepaald dat provincies en gemeenten kunnen worden opgeheven en dat nieuwe kunnen worden gevormd.

Het wettelijke traject van een herindeling is geregeld in de Wet algemene regels herindeling (ARHI). Om te komen tot een gemeentelijke herindeling moet altijd een Arhi-procedure opgestart worden. Zon procedure begint met een voorstel voor een herindeling. Vervolgens wordt dit voorstel ter inzage gelegd en krijgt iedereen de mogelijkheid tot inspraak. Na deze periode gaat het voorstel naar de Minister van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties. Het kabinet legt het voorstel vervolgens voor aan de Eerste en Tweede Kamer. Zij zullen de uiteindelijke beslissing voor de herindeling nemen.

De rolverdeling tussen gemeenten, Provincie en Rijksoverheid in een herindelingsprocedure is afhankelijk van de vraag wie het initiatief neemt voor het opstarten van de ARHI procedure.

Inmiddels ligt dit initiatief bij de Provincie.

Wat is op dit moment de stand van zaken

Rond de gemeentefusie zijn diverse partijen actief.
* De stuurgroep Herindeling, bestaande uit de portefeuillehouders en de gemeente-secretarissen van de gemeenten Haelen, Heel, Heythuysen, Hunsel en Roggel en Neer. Deze stuurgroep wordt qua informatie gevoed door de colleges van burgemeester en wethouders, de managementteams en de ondernemingsraden.
* De fractievoorzitters uit de gemeenteraden van genoemde gemeenten. Zij krijgen hun 'voeding' van hun eigen fracties en eigen politieke partijen, de desbetreffende gemeenteraden en de griffier.

* Deputé Vrehen, zijnde de gedeputeerde uit het college van Gedeputeerde Staten van Limburg belast met bestuurlijke organisatie. Hij wordt geïnformeerd door het College van GS en zijn ambtenaren.

Zoals u elders (zie Welke procedure wordt gevolgd bij een herindeling?) op deze pagina kunt lezen, ligt inmiddels het initiatief voor het opstarten van de herindeling bij de Provincie. Zij heeft alle colleges van B&W in Midden-Limburg gevraagd hun individuele standpunten kenbaar te maken over de gewenste herindelingsvariant. De komende maanden hebben de gemeenteraden de tijd een standpunt in te nemen. Dit standpunt zal leidend zijn voor het advies dat het college van B&W aan de Provincie zal uitbrengen.

Aangezien er nu twee processen naast elkaar lopen, namelijk het provinciale en het gemeentelijke herindelingsproces, vindt maandelijks overleg tussen de beide partijen plaats.

Hoe gaat het nu verder?

Binnenkort start de Provincie de gesprekken met 14 Midden-Limburgse gemeenten in het kader van de Arhi-procedure. Daar zal dan gehoord worden wat men wil.

Ook de mening van de Maaslandgemeenten komt dan aan bod.

De gemeenteraden van de Maaslandgemeenten moeten dus binnen afzienbare tijd beslissen welk standpunt zij in gaan nemen. Voor de wijze waarop u als inwoner bij deze standpuntbepaling betrokken wordt, zult u geïnformeerd worden door uw eigen gemeente.

Vragen?

De gemeenteraden vertrouwen erop u op deze wijze voldoende op de hoogte gebracht te hebben. Heeft u nog vragen dan kunt u contact opnemen met de afdeling Voorlichting van uw gemeente. De in dit artikel genoemde rapporten kunt u inzien in het gemeentehuis.

NIEUWS VAN DE PROVINCIE

Zoals u in de gemeentelijke teksten elders op deze pagina kunt lezen, zijn er vele ontwikkelingen geweest rondom deze herindeling. Voor de Provincie Limburg zijn er diverse redenen geweest om de herindelings (Ahri-) procedure op te starten:


1. Het verzoek van de Provincie Limburg om de gemeente Maasbracht als variant mee te nemen in de onderzoeksopdracht aan Cap Gemini Ernst & Young wordt niet door de Maaslandgemeenten overgenomen.


2. Als gevolg van dat besluit (zie 1) geeft de gemeente Thorn aan niet langer mee te willen doen in het huidige herindelingsproces.


3. De Provincie streeft naar een bestuurskrachtige en evenwichtige Midden-Limburgse regio en wil daarom de mening van alle Middenlimburgse gemeenten hierover horen.

Welke stappen worden er nu in deze herindelingsprocedure genomen en hoelang gaat dit duren?

De rolverdeling in een herindelingsprocedure is afhankelijk van de vraag wie het initiatief tot de start van zo'n procedure neemt.

Nu Gedeputeerde Staten dit besluit hebben genomen, begint de procedure met een overleg met het College van B&W van de 14 Midden-Limburgse gemeenten. Overigens betekent dit niét dat de gemeenten die bij dit overleg betrokken worden ook allemaal heringedeeld worden!

In dit overleg krijgen alle 14 gemeenten de gelegenheid om hun visie te geven over de meest gewenste bestuurlijke vorm in Midden-Limburg. De uitkomsten van deze gesprekken, de uitkomsten van het onderzoek van Cap Gemini Ernst & Young, het aanvullend onderzoek door de Provincie over de variant van Maasbracht én het traject dat door een aantal gemeenten in Midden-Limburg ten oosten van de Maas is ingezet om te komen tot intensievere samenwerking (Federatie van gemeenten Roerstad en Land van Weert), zullen de basis zijn voor het herindelingsontwerp van Gedeputeerde Staten in maart 2004.

Hoe gaat het nu verder?

Onderstaande planning geeft u een overzicht.

december 2003 t/m januari 2004

Overleg met de colleges van B&W van de 14 Midden-Limburgse gemeenten over de wens tot gemeentelijke herindeling en de visie van die gemeenten hierop.

maart 2004:

Vaststellen van het herindelingsontwerp door Gedeputeerde Staten. Dit advies over een herindeling wordt aan de veertien gemeenteraden en aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gestuurd.

Eind maart tot half mei 2004:

Het College van B&W legt het herindelingsontwerp binnen twee weken na ontvangst gedurende acht weken ter inzage in het gemeentehuis. Gedurende deze acht weken kan iedereen zijn zienswijze over het herindelingsontwerp kenbaar maken aan Gedeputeerde Staten.

De gemeenteraden kunnen tot 11 juni 2004 hun zienswijze kenbaar maken aan Gedeputeerde Staten.

juli 2004:

Gedeputeerde Staten stellen het herindelingsadvies op.

oktober 2004:

Behandeling en vaststelling van het herindelingsadvies in de vergadering van Provinciale Staten.

Daarna wordt het herindelingsadvies aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gezonden.

Als de minister besluit een voorstel voor een herindelingsregeling te doen, zendt hij dit aan de Ministerraad binnen vier maanden na ontvangst van het advies van de Provincie Limburg.

De uiteindelijke datum van een herindeling is afhankelijk van het tijdstip van behandeling en besluitvorming door de Tweede en Eerste kamer.

Dit kan zijn 1 januari 2006 of 1 januari 2007.

Uiterlijk twee maanden na vaststelling van de herindeling stellen Gedeputeerde Staten een beschrijving van de grenzen vast en vindt een besluit ten aanzien van de herindelingsverkiezingen plaats.

Tevens benoemen Gedeputeerde Staten dan een tijdelijke secretaris voor de nieuwe gemeente(n).

Algemeen

De Provincie Limburg hoopt u met dit bericht op een duidelijke manier te hebben geïnformeerd over de herindelingsprocedure die zij start in Midden-Limburg. Wij kunnen ons voorstellen dat u nog vragen heeft over deze procedure. Graag nodigen wij u uit dan contact op te nemen met de Provincie Limburg, de heer J. Maassen, telnr.: 043-3897298.