Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

LNV en provincies gaan nieuw plattelandsontwikkelingsbeleid uitwerken

28 november 2003 -
De provincies en minister Veerman van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit hebben afspraken gemaakt over de gezamenlijke inzet voor de toekomst van het Plattelands Ontwikkelingsprogramma (POP). Deze afspraken zijn gemaakt mede naar aanleiding van de besluiten over de hervorming van het Europese plattelandsbeleid die in juni 2003 door de Landbouwraad in Luxemburg zijn genomen. De Landbouwraad heeft nieuwe thema's onder de reikwijdte van het plattelandsbeleid gebracht: voedselkwaliteit, voldoen aan milieu normen en dierenwelzijn. Ook komt extra geld beschikbaar voor het plattelandsbeleid. LNV en de provincies hebben besloten om een gezamenlijke werkgroep in te stellen die een voorstel zal doen over de invulling van deze nieuwe thema's en extra middelen in het POP. Deze moeten een wezenlijke bijdrage leveren aan de gehele landbouwkolom en daarmee aan een vitaal platteland.

Het POP is de Nederlandse uitwerking van de Europese Kaderverordening voor plattelandsontwikkeling en loopt tot en met 2006. Een zojuist gereed gekomen tussentijdse evaluatie concludeert dat het POP nog steeds een belangrijk programma is. Deze tussentijdse evaluatie geeft een overzicht van de uitvoering van het programma in de eerste drie jaar. Hoewel de evaluatie het POP complex noemt, wordt aanbevolen om geen ingrijpende wijzigingen in het programma door te voeren. Wel zijn er acties voorgesteld om de uitvoering van het POP en de financiële voortgang te verbeteren. Tenslotte bevat de evaluatie de aanbeveling om op korte termijn te starten met de voorbereidingen voor de nieuwe programmaperiode (2007 - 2013). Het Comité van Toezicht van het POP heeft in grote lijnen ingestemd met de conclusies en aanbevelingen uit de evaluatie. Het Comité van Toezicht waakt onder voorzitterschap van minister Veerman over de uitvoering van het POP. In het Comité zijn provincies en ministerie van LNV vertegenwoordigd.

In 2003 is er sprake geweest van een overbesteding van de POP gelden. Ten opzichte van het door de EU beschikbaar gestelde budget van circa 58 mln euro is ongeveer 68 mln euro besteed. De verwachting is dat deze extra gelden door Brussel beschikbaar kunnen worden gesteld vanwege onderuitputting in andere Europese lidstaten. Ondanks de overbesteding in 2003 blijft aandacht voor de maximale uitputting van de POP-gelden noodzakelijk, meent het Comité.

Zie ook de kamerbrief: Tussentijdse evaluatie Plattelandsontwikkelingsprogramma