Zeehondenles op visserijschool
Door de jaren heen is er altijd een goed contact geweest tussen de
Urker visserij en de Zeehondencrèche. Ieder jaar wordt er wel een
zeehond door een Urker visser binnengebracht. Een voorbeeld daarvan is
Mozes, die door de dertienjarige zoon Johannes van schipper Romkes
dagenlang aan boord van het vissersschip werd verzorgd.
Nu de contacten dankzij het twee jaar geleden opgestarte
afvalnetten-project alleen maar zijn versterkt, was het bijna logisch
dat er een vraag kwam van de visserijschool in Urk of Lenie 't Hart
niet eens een verhaal kon houden over de de leefwijze van zeehonden en
de samenwerking tussen de Zeehondencrèche en de vissers. Eind november
heeft Lenie een drietal presentaties gegeven voor de toekomstige
vissers over de overeenkomsten tussen de problemen van de vissers en
die van de zeehonden. Problemen waar je misschien samen iets aan zou
kunnen doen. Het nettenproject loopt al; een volgend project zou
kunnen zijn: het samen in actie komen tegen de industrievisserij die
door Deense vissers in de Noordzee wordt bedreven. Zij vangen namelijk
vis voor de vismeelbedrijven t.b.v. de bio-industrie, dus niet voor
menselijke consumptie zoals de Nederlandse vissers. Bij deze
zogenaamde pufvisserij wordt met enorme schepen met fijnmazige netten
zeven dagen per week gevist tot in het Stortemelk vlak boven
Terschelling en daarbij worden vrijwel alle kleine visjes weggevangen.
Dat betekent dat de industrievisserij niet alleen het lievelingseten
van de zeehond wegvangt - de zandspiering - maar ook alle andere
kleine visjes, zoals botjes tongetjes enz. Geen vis krijgt de kans om
groot te worden en voedsel voor o.a. de kabeljauw verdwijnt.
Lenie hoopt door samenwerking met de visserij te bereiken dat grote
problemen die in de nabije toekomst te verwachten zijn, zowel voor de
Nederlandse visserij als voor de zeehonden kunnen worden voorkomen.
Zeehondencreche Pieterburen