Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer
Postadres der Staten-Generaal
Postbus 20001 Postbus 20018
2500 EA Den Haag 2500 EA DEN HAAG
Bezoekadres
Binnenhof 19, Den Haag
Contactpersoon
E-mail
Telefoon
Fax Datum Kenmerk
28 november 2003 03M461955
In mijn brief van 10 oktober jl., kenmerk 03M460514, deelde ik u mee dat door
AIVD en DKDB vervolgonderzoek werd verricht met betrekking tot mevrouw
M.M. Wisse Smit in het licht van het feit dat zij door haar huwelijk met Z.K.H. Prins
Johan Friso zal gaan behoren tot de Koninklijke familie. Het betrof een onderzoek
als bedoeld in art. 6, tweede lid, onder a, van de WIV 2002 dat zich, na afstemming
tussen mij en de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van
Justitie, richtte op de vraag of het gegeven dat mevrouw Wisse Smit als lid van de
familie gaat behoren tot de kring van personen in de naaste omgeving van het
staatshoofd, gevolgen heeft voor de veiligheid en integriteit van het staatshoofd.
Dit onderzoek is thans afgerond en de minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties heeft mij doen weten dat hij op basis van het rapport van
bevindingen van de AIVD de conclusie van de AIVD deelt dat de toekomstige
geregelde omgang van mevrouw Wisse Smit in de persoonlijke kring rond het
staatshoofd geen gevolgen zal hebben voor de veiligheid en integriteit van het
staatshoofd. DKDB deelt het standpunt van de AIVD.
Ik onderschrijf dit oordeel van de minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties. Het verzoek van de Commissie voor de Inlichtingen- en
veiligheidsdiensten deze nader te informeren zal worden ingewilligd.
Deze eindconclusie heb ik in een gesprek aan Z.K.H. Prins Johan Friso en mevrouw
Wisse Smit meegedeeld. Ook tegenover hen heb ik verwoord respect te hebben voor
de wijze waarop zij terzake hebben gereageerd, zoals ik dit ook op 23 oktober jl. aan
het begin van het debat met Uw Kamer heb gezegd. Ik heb daarbij de hoop
uitgesproken dat na deze voor hen moeilijke tijd een periode kan aanbreken, waarin
zij hun huwelijk kunnen voorbereiden en daarna een gezamenlijke invulling kunnen
geven aan hun leven, waarin hun persoonlijke levenssfeer gerespecteerd zal worden.
De MINISTER-PRESIDENT,
Minister van Algemene Zaken,
mr. dr. J.P. Balkenende
Pagina
2/2