Ingezonden persbericht

Bhutanese vluchtelingen demonstreren voor de Tweede Kamer

DEN HAAG, 20031210 -- Op woensdag 10 december 2003, international dag voor de rechten van de mens, zullen Bhutanese mensenrechtenactivisten demonstreren voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal in Den Haag. Omstreeks 15.00 uur zal een petitie worden aangeboden aan de heer de Haan, voorzitter van de vaste kamercommissie Buitenlandse Zaken.

De Bhutanese mensenrechtenactivisten wensen op deze speciale dag in de stad van vrede en recht hun diepe afkeuring te laten blijken over de behandeling van minderheden in de Himalayaanse bergstaat Bhutan. Deze absolute monarchie heeft etnische zuivering geïnstitutionaliseerd en heeft sinds 1990 een zesde van de totale binnenlandse bevolking, voornamelijk de etnische minderheid Lhotshampa, in dit kader onvrijwillig en onder dwang gedeporteerd naar Nepal.

Ondanks het feit dat deze absolute monarchale staat nog geen constitutie kent, heeft het wel diverse discriminerende wetten aangenomen. Onder het door de regering aangenomen formele "One Nation One People"-beleid, wordt de vraag naar democratie en justitie actief onderdrukt; geboren en getogen Bhutanese Lhotshampa worden het burgerrecht ontnomen, inheemse talen worden afgeschaft, landmetingen, volkstellingen, de Ngalong etiquette en invoering van het "No Objection Certificate" voor scholing, een plaats op de arbeidsmarkt en in de handel belemmeren allen actief de participatie van de minderheden in de maatschappij.

Het politie en militaire apparaat wordt op grote schaal gebruikt voor onrechtmatige gijzeling, lichamelijke mishandeling en verkrachting van hen die weigeren te vertrekken. De regering negeert de aanbevelingen van de UNHCR, Amnesty International, Human Rights Watch, Habitat International en internationale conventies zoals de rechten van het kind, de rechten van vrouwen en kinderen en de rechten van minderheden.

De regering van Nepal, alwaar de meeste der uitgezette vluchtelingen onder miserabele omstandigheden verblijven in UNHCR-kampen, heeft na 15 pogingen tot op heden geen enkel resultaat weten te boeken inzake de repatriëring van de minderheden van Bhutan. Bhutan heeft repatriëring systematisch geweigerd en staaft dat aan een zelf geïnstalleerd systeem van klassen. Leden van lagere klassen maken geen aanspraak meer op het burgerschap, hetgeen Bhutan de dubieuze eer doet toekomen het land met het relatief grootste aantal vluchtelingen ter wereld te zijn.

Gezien de onsuccesvolle pogingen van de gevestigde mensenrechteninstanties en de regering van Nepal is thans druk van de zijde van donorlanden als Nederland gewenst. Nederland heeft Bhutan als een voorkeursland opgenomen in haar ontwikkelingsbeleid, maar heeft ook aangetoond dat het voorwaarden durft te stellen in de relatie van ontwikkelingssamenwerking met landen waar op grote schaal gediscrimineerd wordt, zoals bijvoorbeeld Zuid-Afrika.

In de petitie aan de vaste kamercommissie Buitenlandse Zaken zal dan ook aan worden gedrongen op aandacht en gepaste maatregelen van Nederlandse zijde, zoals voorwaardelijke ontwikkelingssamenwerking, inzake de installatie van de constitutie in Bhutan en naleving van de mensenrechten.




Ingezonden persbericht