Vaart in voorbereiding aanbestedingen stadsvervoer
De vier grote steden moeten zich voorbereiden op de aanbesteding van
het stadsvervoer. In een brief aan deze steden uit minister Karla
Peijs van Verkeer en Waterstaat haar zorgen over de voortgang van
processen als ontvlechting, marktconform opereren en aanbesteding van
het stadsvervoer. Volgens de Wet personenvervoer 2000 moet het vervoer
door gemeentelijke vervoerbedrijven per 1 januari 2006 voor 35 procent
zijn aanbesteed en een jaar later geheel. Juist de complexiteit van
het stadsvervoer vraagt volgens Peijs om het tijdig en voortvarend
starten van de genoemde processen.
De minister constateert dat de eerste resultaten bij aanbestedingen in
het streekvervoer positief zijn. Peijs wil de ontwikkelingen bij het
stadsvervoer nauwer gaan volgen en verzoekt de besturen van de
kaderwetgebieden en de colleges van B&W dan ook uiterlijk 1 april 2004
twee rapportages in te dienen. Het gaat daarbij respectievelijk om een
voortgangsrapportage over het te voeren aanbestedingsbeleid en een
rapportage over het beleid rond het marktconform opereren van het
vervoerbedrijf en de positie van het eigenaarschap. Peijs wil de
gegevens gebruiken voor een verdere visievorming rond de aanpak van de
aanbesteding bij de gemeentelijke vervoerbedrijven. In het najaar van
2004 worden de aanbestedingen van het stad- en streekvervoer
geëvalueerd.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat