Universiteit van Utrecht

>

Persbericht Universiteit Utrecht
Faculteit Rechtsgeleerdheid

5 december 2003

Oratie op dag van de rechten van de mens

Rol omstander cruciaal bij mensenrechtenschendingen

Bij oorlogen en mensenrechtenschendingen zijn er drie actoren: de daders, de slachtoffers en de omstanders. De rol van de omstander is hierbij cruciaal. Door vroegtijdig actie te ondernemen is de omstander het beste in staat grootschalige mensenrechtenschendingen te voorkomen of aan de voortzetting hiervan een halt toe te roepen. Dit stelt prof.dr. Fred Grünfeld in zijn oratie als bijzonder hoogleraar 'Oorzaken van Mensenrechtenschendingen' aan de faculteit Rechtsgeleerdheid. Grünfeld, die zijn stelling onder meer uitwerkt aan de hand van de kwestie Srebrenica en de rol hierin van de kabinetten Kok en Balkenende, houdt zijn oratie op 10 december: de dag van de rechten van de mens.

Grünfeld stelt dat met het aftreden van het kabinet Kok in 2002 Nederland als omstander medeverantwoordelijkheid heeft genomen voor de gruwelijke gebeurtenissen in Srebrenica. Daarmee hebben Kok en Balkenende de rol van de omstander aangescherpt, vooral omdat het nooit eerder is voorgekomen dat een Nederlands Kabinet door het parlement ten val is gebracht of is afgetreden vanwege een onderwerp uit de buitenlandse politiek.

Militair geweld
In zijn oratie concludeert Grünfeld dat er een samenhang bestaat tussen de mate van geweld en de mate van mensenrechtenschendingen. Met vroegtijdig optreden om schendingen op beperkt niveau in te dammen kan volgens Grünfeld zowel militair geweld als de toename in de ernst, frequentie en reikwijdte van mensenrechtenschendingen worden voorkomen. Grünfeld trekt zijn conclusies op grond van ontwikkelde indicatoren voor vroegtijdige waarschuwingen uit zijn onderzoek over de periode 1989-2002. Dit onderzoek heeft betrekking op elf staten en twee autonome gebieden; Kenia, Algerije, Tunesië, Mali, Georgië, Kroatië, El Salvador, Paraguay, Thailand, Sri Lanka met het gebied van de Tamils en Israël met de Palestijnse gebieden.

Dilemma
Op internationaal niveau gaat Grünfeld in op de recente voorstellen van Kofi Annan. De VN secretaris overweegt hierin om vroegtijdig op te treden met dwangmaatregelen bij bedreigingen van genocide of vergelijkbare grootschalige mensenrechtenschendingen. Ook schetst Grünfeld het veelvoorkomende dilemma tussen snel optreden en ingrijpen of afwachten. Het is moeilijk steun te verwerven voor vroegtijdig optreden terwijl bij vroegtijdig optreden de kans op succes juist het grootst is. Aan de andere geldt dat bij langer wachten de kans op politieke steun groter wordt maar het ingrijpen zelf steeds moeilijker.

De rol van de omstander op individueel niveau werkt Grünfeld verder uit aan de hand van de onderduikgever tijdens de Shoa in Nederland en de Oekraïne. Op nationaal niveau gaat Grünfeld onder meer in op de rol van de Verenigde Staten versus Zweden op het gebied van de Jodenvervolging.

Woensdag 10 december 2003 om 16.15 uur
Academiegebouw, Domplein 29, Utrecht
Oratie: 'Vroegtijdig optreden van omstanders ter voorkoming van oorlogen en schendingen van de Rechten van de Mens.'
Prof.dr. Fred Grünfeld, faculteit Rechtsgeleerdheid De tekst van de oratie is onder embargo verkrijgbaar bij voorlichter Johan Vlasblom (030) 253 4073, j.vlasblom@csc.uu.nl