Ontheffingen voor uitgangsmateriaal in de biologische landbouw
17 december 2003 -
Vanaf 1 januari 2004 moet volgens EU-regels de biologische landbouw gebruik maken van op biologische wijze geproduceerd teeltmateriaal. Omdat op die datum niet voor alle gewassen en teeltwijzen voldoende biologisch zaaizaad en pootgoed beschikbaar is, staat de EU onder bepaalde voorwaarden ontheffingen toe. De lidstaten zijn verplicht hieraan invulling te geven vanaf 1 januari 2004. De ontheffingprocedure heeft alleen betrekking op zaad van akkerbouw- en groentegewassen en op pootgoed van aardappelen en niet op ander vegetatief uitgangsmateriaal dan pootaardappelen. Om ontheffingen te kunnen verlenen moet informatie beschikbaar zijn over beschikbaarheid van biologisch teeltmateriaal. Daartoe wordt in opdracht van LNV een databank opgezet door Naktuinbouw. Voor rassen die in de databank staan geregistreerd, wordt géén ontheffing voor het gebruik van gangbaar zaad gegeven.
Drie categorieën
Om het ontheffingssysteem zo eenvoudig mogelijk te maken zijn de gewassen in drie categorieën ingedeeld:
* gewassen waarvoor geen ontheffing wordt afgegeven omdat er voldoende biologisch zaaizaad aanwezig is
* gewassen waarbij ontheffing mogelijk is, omdat er weliswaar biologisch teeltmateriaal beschikbaar is maar niet in voldoende mate of voor alle teeltwijzen.
* gewassen waarvoor een algemene ontheffing wordt gegeven omdat geen biologisch teeltmateriaal beschikbaar is (algehele ontheffing).
Voor de gewassen uit de categorieën 1 en 3 kunnen respectievelijk hoeven dus geen aanvragen voor ontheffing meer te worden aangevraagd door de biologische teler. De lijst met gewassen in categorie 1 wordt ook Nederlandse annex genoemd.
Voor het indelen van de gewassen in de verschillende categorieën is onder regie van het Expertisecentrum LNV gewerkt met expertgroepen waarin alle belangengroeperingen waren vertegenwoordigd. De expertgroepen hebben gewerkt met criteria als het aantal aanbieders, de geschiktheid van het rassenaanbod voor de teeltperioden en gebruikersdoeleinden en de uitwisselbaarheid van rassen binnen een gewasgroep.
Categorie 1 gewassen
Voor de volgende gewassen zal LNV geen ontheffing verlenen voor gebruik van niet op biologische wijze geproduceerd teeltmateriaal (categorie 1, de zogenaamde Nederlandse annex) omdat er voldoende biologisch geteeld zaaizaad beschikbaar is.
Landbouwgewassen voor de Nederlandse annex
Aardappelen
Bladrammenas
Gele mosterd
Luzerne
Maïs (snij-en korrel)Gerst
Haver
Rogge
Tarwe
TriticaleEngels raaigras
Italiaans raaigras
Groentegewassen voor de Nederlandse annex
Andijvie
·glad-open-vroeg
·glad-open-zomer
·glad- bedekt
·krul-bedekt
·krul-onbedektBasilicum
·groen
Bieslook
Kapucijners
Dille
Plantui
·geel Knoflook
Koolrabi
·wit
Koriander
Marjolein
Peterselie
PeultjesPronkboon
Stokslaboon
Stoksnijboon
Radijs
·open teelt
Tuinkers
Thijm
Komkommer
Paprika
·groen/rood, geblokt
·geel gebloktTomaat
·medium los (80-120 g)
·cocktail los en tros (30-80 g)Pompoen:
·oranje
·herfst/bewaar
Categorie 3 gewassen
Voor de volgende gewassen geeft LNV een algemene ontheffing omdat er geen op biologische wijze geproduceerd teeltmateriaal beschikbaar is.
Gewassen voor de lijst algehele ontheffing
Asperge
Zilverui
Schorseneren
Paksoi
Parijse wortelRoodlof
Suikermaïs
Cichorei
Artisjok
Landbouwstambonen:
witte bonen,
kievitsbonenVlas
Hennep
Karwij
Koolzaad
BlauwmaanzaadFacelia
Lupinen
Bladkool
Stoppelknollen
Aardbei
Siergewassen
Laan- en plantsoenbomen
Aanvraagprocedure ontheffingen
De structuur voor het afgeven van ontheffingen voor gewassen waar onvoldoende biologisch teeltmateriaal beschikbaar is, wijzigt niet per 1 januari 2004. Dit betekent dat de teler ontheffingen kan blijven aanvragen en indienen bij Skal. Skal zendt de aanvragen voorzien van advies aan LASER, die vervolgens de ontheffing afgeeft. Skal zal haar advies voortaan baseren op de gegevens uit de database in plaats van op gegevens uit de Groene Zadengids.
Ontheffing is slechts mogelijk als het ras niet in de databank is geregistreerd, als de teler kan aantonen dat de in de databank geregistreerde rassen van hetzelfde (sub)gewas niet geschikt zijn voor zijn situatie en dat de ontheffing daarom belangrijk is voor zijn productie.
Activiteiten in 2004
In 2004 wordt bekeken welke gewassen op de Nederlandse annex voor het jaar 2005 kunnen worden geplaatst. Daarnaast wordt ook gewerkt aan een EU-annex. Verder wordt in 2004 nagegaan of de huidige werkwijze voor het verlenen van ontheffingen nog efficiënter kan, waarbij tevens wordt gekeken naar de kosten van het systeem en wie deze moeten dragen.
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit