Ministerie Tewerkstelling en Arbeid Belgie
Vier sociale inspectiediensten weldra onder één koepel
In het voorjaar van 2004 wordt een koepel opgericht voor de vier
grootste sociale inspectiediensten: de Sociale Inspectie, de Inspectie
Sociale Wetten, de RSZ-inspectie en de RVA-inspectie. Deze koepel zal
bestaan uit een Federale Raad, die de beleidslijnen uitzet, en een
Federaal Coördinatiecomité, dat de samenwerking in de praktijk
vormgeeft. Een koninklijk besluit over de samenstelling van deze
organen is vandaag goedgekeurd door de ministerraad. Minister van Werk
en Pensioenen Frank Vandenbroucke wil met de nieuwe structuren zorgen
voor een efficiëntere aanpak van zwartwerk en andere vormen van
sociale fraude.
Het beheer van de sociale zekerheid is in ons land verdeeld over twee
federale overheidsdiensten (vroeger "ministeries") en een tiental
uitvoeringsinstellingen (zogenaamde "parastatalen"). De meeste
instellingen hebben een eigen inspectiedienst die toeziet op de
naleving van de wetgeving waarvoor zij bevoegd zijn. De vier grootste
inspectiediensten zijn:
* de Sociale Inspectie van de Federale Overheidsdienst Sociale
Zekerheid;
* de Inspectie Sociale Wetten van de Federale Overheidsdienst
Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg;
* de inspectie van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ);
* de inspectie van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA).
Deze diensten stellen ongeveer 1000 inspecteurs te werk. Hoewel zij
elk een specialiteit hebben, zijn hun werkzaamheden in de praktijk
voor een groot deel gelijklopend. Zij hebben er dan ook baat bij om
hun werkzaamheden op elkaar af te stemmen.
De samenwerking tussen de inspectiediensten wordt momenteel geregeld
via samenwerkingsprotocollen. Minister Vandenbroucke vindt dat deze
werkwijze niet volstaat om de sociale fraude efficiënt te bestrijden.
Er is volgens hem nood aan een instantie die een globale visie
uitwerkt die ze op het terrein kan waarmaken. De Federale Raad en het
Federale Coördinatiecomité moeten aan deze nood beantwoorden.
De Federale Raad zal in grote lijnen bepalen hoe sociale fraude
voorkomen en bestreden moet worden. Hij kan ook wetswijzigingen
voorstellen en adviezen of aanbevelingen formuleren over
wetsvoorstellen en -ontwerpen. De Federale Raad kan bovendien
samenwerkingsprotocollen afsluiten met de Gewesten voor de controle op
tewerkstelling van vreemde arbeidskrachten. De voorzitter van de
Federale Raad moet jaarlijks een verslag maken over de toestand van de
sociale fraude en over het beleid van de verschillende
inspectiediensten.
De Federale Raad wordt, naast de voorzitter, samengesteld uit:
* de leidende ambtenaren van de verschillende betrokken federale
overheidsdiensten en instellingen;
* vertegenwoordigers van de gewesten;
* een procureur-generaal aangeduid door de het College van
Procureurs-Generaal;
* de secretaris van de Nationale Arbeidsraad;
* de coördinator-generaal van het Federale Coördinatiecomité.
Het Federaal Coördinatiecomité is, in tegenstelling tot de Federale
Raad, een permanent bureau met voltijdse krachten. Dit comité zal de
sociale inspectiediensten in de praktijk aansturen bij de controle op
de naleving van de sociale spelregels. Het comité zal daarvoor onder
meer een beroep doen op de Arrondissementscellen, dat zijn bestaande
samenwerkingsverbanden in de gerechtelijke arrondissementen. Daarnaast
zal het comité ook optreden als nationaal en internationaal
contactpunt voor de strijd tegen de illegale tewerkstelling en de
sociale fraude.
Het Federaal Coördinatiecomité wordt samengesteld uit negen leden, nl.
de coördinator-generaal en acht coördinatoren. De leden zijn afkomstig
uit de federale overheidsdiensten en uit de instellingen die betrokken
zijn bij de strijd tegen illegale arbeid en fraude. Het comité bevat
in elk geval:
* een magistraat van een arbeidsauditoraat of een
arbeidsauditoraat-generaal;
* een vertegenwoordiger van elk van de vier inspectiediensten.
back