Ministerie van Buitenlandse Zaken
Aan de Voorzittervan de TweedeKamerderStaten-Generaal

Binnenhof4

Den Haag

- Ministerie van Buitenlandse Zaken

DVB/CV

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag

Datum

- 22 December 2003

Behandeld

- Hester Jonkman

Kenmerk

- BZ/DVB/CV/382/03

Telefoon

- 070-3486213

Blad

- 1/6

Fax

- 070-3485684

Bijlage(n)

- - - hester.jonkman@minbuza.nl

Betreft

- Nederlandse deelname aan de EU-geleide internationale politie-operatie in Macedonië, PROXIMA-

-

Conform de afspraken in de notitie "Inzet Nederlandse politie en Koninklijke Marechaussee bij internationale civiele politie-operaties" (brief aan de Tweede Kamer 27476, nr. 1, d.d. 27 oktober 2000), informeren wij u hierbij over de Nederlandse deelname aan de EU geleide internationale politie-operatie in Macedonië.

Samenvatting
Het kabinet heeft op 28 november 2003 besloten dat Nederland maximaal acht functionarissen van de Koninklijke Marechaussee en maximaal acht civiele politiefunctionarissen kandidaat zal stellen voor deelname aan de EU-politiemissie in Macedonië, PROXIMA.

Grondslag Nederlandse deelname en politieke context
Na het uiteenvallen van de Socialistische Federale Republiek Joegoslavië (SFRJ) riep Macedonië op 17 september 1991 de onafhankelijkheid uit. Tot 2001 manifesteerde Macedonië zich als een redelijk stabiele factor op de Balkan en werd gewerkt aan de opbouw van een multi-etnische rechtsstaat en vrije markteconomie. Spanningen tussen etnische Macedoniërs en etnische Albanezen mondden in februari 2001 echter uit in gewelddadigheden. Bemiddeling van de EU en de NAVO leidde in augustus 2001 tot de
ondertekening van het "Ohrid Framework Agreement" (OFA), waarin afspraken zijn opgenomen die moeten leiden tot een multi-etnisch bestuurd Macedonië.

De start van de implementatie van het OFA heeft gezorgd voor het herstel van de vrede en voor een begin van stabilisatie en normalisering van de situatie in Macedonië. De trend naar grotere politieke stabiliteit werd bevestigd door de vreedzame en ordelijke parlementaire verkiezingen op 15 september 2002, en de vreedzame totstandkoming van een gemengde etnisch Macedonisch / etnisch Albanese regeringscoalitie in november 2002.

Hoewel er tot nu toe redelijke resultaten zijn geboekt bij de implementatie van het OFA, verloopt deze langzamer dan gehoopt. Vooral de uitvoering van onderdelen van het OFA die gericht zijn op decentralisatie, onder meer van de politie, verloopt langzaam. Mede hierdoor heeft de regering problemen met het herstellen van de orde en veiligheid in en de controle over de voormalige crisisgebieden. Dit levert spanningen op, zowel onder de bevolking als op politiek niveau. De noodzaak van een snelle
en duurzame hervorming van het ministerie van Binnenlandse Zaken en het politieapparaat is dus groot.

Het is niet in het belang van Nederland en de EU dat zich in Europa een politieke onrustig gebied met slechte economische vooruitzichten bevindt. Daarom levert Nederland via gerichte ondersteuning van het transitieproces een bijdrage aan conflictbeheersing, stabiliteit en duurzame ontwikkeling in Macedonië en de Westelijke Balkan als geheel. Nederland heeft zowel een intensieve politieke als OS-relatie met Macedonië. Nederland reserveert de komende drie jaar jaarlijks circa ¤ 23 miljoen aan
OS-middelen voor Macedonië.

Daarnaast droeg Nederland bij aan de NAVO-geleide operatie Essential Harvest en de operatie Amber Fox. Nederland heeft ook de leiding gevoerd over de troepenmacht Task Force Fox die in dat kader was ontplooid. Ook droeg Nederland, zij het minder substantieel, bij aan de EU-geleide militaire operatie CONCORDIA. Nederlandse deelname aan PROXIMA is gezien het bovenstaande een logische vervolgstap.

Mandaat, doelstelling en opzet van de missie
PROXIMA heeft tot doel bij te dragen aan de implementatie van het OFA en de Stabilisatie- en Associatie-overeenkomst (SAO) door de Macedonische autoriteiten te helpen vorm te geven aan een rechtvaardig, efficiënt en multi-etnisch politiekorps. Hiertoe zullen PROXIMA-functionarissen, door middel van monitoring en coaching, de Macedonische autoriteiten assisteren bij:

-het bestrijden van georganiseerde misdaad en het beschermen van de rule of law in het land;

-de praktische implementatie van de hervorming van het Macedonische ministerie van Binnenlandse Zaken waar het politiezaken betreft;

-het opzetten van de Macedonische grenspolitie, als onderdeel van het brede EU-beleid geïntegreerde grensbewaking te bevorderen;

-het opbouwen van het vertrouwen van de lokale bevolking in het Macedonische politiekorps;

-het bevorderen van de samenwerking met buurlanden op het gebied van politiezaken.

PROXIMA voert dus geen executieve taken uit, maar zal de Macedonische politie monitoren en coachen. De verantwoordelijkheid voor de uitvoering van politietaken ligt bij de lokale politiefunctionarissen.

Het mandaat van PROXIMA is ingegaan op 15 december 2003 en duurt één jaar. Indien de EU dit nodig acht, kan zij de missie verlengen als de Macedonische autoriteiten hiertoe een verzoek indienen.

Operationele aspecten
EU-politiefunctionarissen zullen worden ingezet vanaf 15 december 2003, de datum waarop de EU-geleide militaire operatie CONCORDIA zal worden beëindigd. De missie zal bestaan uit 200 politiefunctionarissen, afkomstig uit verschillende lidstaten en enkele derde landen. Uitgezonden politiefunctio-narissen zullen worden geplaatst op het Ministerie van Binnenlandse Zaken en verschillende politiebureaus.

De missie zal onder operationeel gezag staan van een Head of Mission. Deze zal rapporteren aan SG Solana via de Speciale Vertegenwoordiger van de EU in Macedonië, de heer Brouhns, die begin 2004 zal worden vervangen door de Deen J. Pedersen. De betrokken ministers (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Defensie) behouden 'full command' over het uitgezonden Nederlandse personeel.

PROXIMA-functionarissen zullen niet bewapend zijn, met uitzondering van een kleine eenheid die in extreme situaties zorg zal dragen voor de veiligheid van de deelnemers aan de missie. Nederland zal geen functionarissen aanbieden voor deze bewapende eenheid.

Veiligheidssituatie
De veiligheidssituatie in Macedonië is stabiel, maar fragiel. Onder de etnisch Albanese bevolking is nauwelijks meer sprake van separatistische stromingen. De normalisering van de binnenlandse situatie heeft ertoe geleid dat de kans op een interstatelijk militair conflict uiterst klein is geworden. De voornaamste bedreiging in Macedonië is momenteel de groeiende (grensoverschrijdende) criminaliteit.

Hoewel van oudsher het regeringsgezag in de overwegend etnisch Albanese regio's van het land beperkt was, neemt het gezag toe door de introductie van de multi-etnische politie en de uitvoering van de bepalingen van het Ohrid Akkoord. Verschillende criminele groeperingen hebben evenwel nog altijd invloed in deze gebieden. Desondanks is het daar momenteel rustig. De voortschrijdende vergroting van de aanwezigheid van het centraal gezag kan leiden tot spanningen en lokale incidenten veroorzaakt
door criminele, etnisch Albanese facties. Het primaire doelwit van deze confrontaties zullen naar verwachting de Macedonische veiligheidsdiensten zijn. Het kan echter niet worden uitgesloten dat incidenteel vertegenwoordigers van de internationale gemeenschap (bijvoorbeeld functionarissen van PROXIMA) hierbij betrokken zullen raken.

De EU heeft maatregelen getroffen om deze eventuele risico's op te vangen. Zo zijn extra medische voorzieningen getroffen en liggen plannen klaar voor de evacuatie van PROXIMA-personeel in geval van hoog oplopende veiligheidsproblemen (extractie). Bovendien zal een kleine bewapende eenheid deel uitmaken van PROXIMA, die in extreme situaties zorg zal dragen voor de veiligheid van de EU-politiefunctionarissen.

Dreigingsanalyses van zowel de MIVD als de EU hebben het kabinet tot het oordeel gebracht dat de mogelijke veiligheidsrisico's van uitzending van Nederlandse politie-functionarissen aanvaardbaar zijn.

Karakter en omvang van de Nederlandse bijdrage
Nederland zal maximaal acht functionarissen van de Koninklijke Marechaussee en maximaal acht functionarissen van de civiele politie kandidaat stellen voor deelname aan PROXIMA. Eén Nederlandse functionaris is op 12 december aangetreden, de overige functionarissen zullen in de eerste maanden van 2004 aantreden.

Duur van de uitzending
De Nederlandse kandidaten zullen voor een periode van één jaar ter beschikking worden gesteld. Bij een eventuele verlenging van PROXIMA zal Nederland, na goedkeuring door de Ministerraad, zijn personele bijdrage voortzetten.

Financiële aspecten
De totale additionele uitgaven voor een deelname van 12 maanden aan PROXIMA worden geraamd op ¤ 1.000.000, gebaseerd op de Nederlandse inzet van zestien personen. (Dit bedrag is exclusief salariskosten die voorzien zijn op de begroting van de beide verantwoordelijke ministeries). Op de begroting van Defensie is zoals aangegeven in de de notitie "Inzet Nederlandse politie en Koninklijke Marechaussee bij internationale civiele politie-operaties" (brief aan de Tweede Kamer, 27476, nr.1, d.d. 27
oktober 2000), een voorziening getroffen op HGIS voor de financiering van Nederlandse deelname aan internationale civiele politieoperaties. De additionele uitgaven worden ten laste van deze voorziening gebracht. Deelname aan PROXIMA leidt niet tot overschrijding van deze voorziening.

DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Dr. B.R. Bot

DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

J.W. Remkes

DE MINISTER VAN DEFENSIE

H.G.J. Kamp

===