Wageningen Universiteit

22 december 2003

Persbericht Nationaal Herbarium (Leiden, Utrecht, Wageningen)

NATIONAAL HERBARIUM NEDERLAND EXCELLENT BEOORDEELD

Het Nationaal Herbarium Nederland heeft zijn eerste visitatie door een internationaal panel van deskundigen onder voorzitterschap van Professor Wiel Hoekstra (Voorzitter van de sectie Biologie van de KNAW) glansrijk doorstaan. Het NHN, met drie fysiek gescheiden locaties, ontstond in 1999 uit een fusie van het voormalige Leidse Rijksherbarium en de herbaria van de universiteiten van Utrecht en Wageningen. Volgens de strikte normen van VSNU, NWO en KNAW voor beoordelingen van onderzoekinstituten is de kwaliteit van het NHN-onderzoek zeer goed tot excellent; productiviteit en relevantie excellent, en levensvatbaarheid als zeer goed tot excellent ingeschaald. De peers hadden zeer veel lof voor hetgeen in korte tijd bereikt was aan synergie en vernieuwing bij zowel onderzoek als onderwijs in het nog jonge interuniversitaire instituut dat vanuit de drie universiteiten en het ministerie van OCenW wordt gefinancierd.

Het NHN heeft als missie de bestudering van aard, omvang en ontstaansgeschiedenis van de enorme diversiteit aan planten en paddestoelen en het ontsluiten van de rijkdom aan natuurbeschermings- en economisch relevante collectiegebonden gegevens van zijn ruim vijf-en-een-half miljoen gedroogde of anderszins geconserveerde plantendelen (inmiddels met een snel groeiende DNA-collectie) en slaagt er duidelijk in meer te zijn dan de som der drie lokale delen. Die synergie wordt bereikt in interuniversitaire task forces die actief zijn op de vier hoofdthema s van plantensystematisch onderzoek: 1) taxonomie de basale omgrenzing, beschrijving en classificatie van plantensoorten en het ontwikkelen van gebruikersvriendelijke en effectieve identificatiemiddelen; 2) het reconstrueren van de evolutie (vooral de genealogie van soorten en hun verspreidingsgeschiedenis) van het plantenrijk met behulp van moleculaire en micro- en macroscopische eigenschappen ( Tree of Life thematiek); 3) biodiversiteitswaardering van lokale en regionale flora s t.b.v. natuurbeheer en duurzaam gebruik en 4) de digitale en interactieve ontsluiting van collectiegegevens t.b.v. zowel onderzoek als allerlei maatschappelijke toepassingen. De peers prezen met name de balans die het instituut gevonden heeft tussen deze vier elkaar aanvullende thema s en de vele samenwerkingsprojecten die vandaaruit met verschillende instituten buiten het NHN kunnen floreren. Het NHN werd verder aangeduid als een van de leidinggevende Herbaria ter wereld, met name voor de studie van tropische en West Europese biodiversiteit en de opleiding van een nieuwe generatie van plantensystematici in Europa en de derde wereld.

Wel sprak het internationale panel zijn zorg uit over de kwetsbaarheid van het financieringssysteem door vier onafhankelijke sponsoren: UL, UU en WUR en OC&W. Vermindering van de bijdrage van een van deze stakeholders kan grote schade aanbrengen aan het gehele instituut, een uniek voorbeeld van succesvolle interuniversitaire en ministeriele samenwerking. De ironie van het lot wil dat juist deze maanden de faculteit Biologie van de Universiteit Utrecht overweegt zijn herbarium, een wezenlijk onderdeel van de NHN-drie-eenheid af te stoten. De peers en het hoofdbestuur van de KNAW die de opdracht tot peer review gaf waarschuwen voor de desastreuze effecten van een dergelijke lokale bezuiniging. Er zou ook een zeer negatieve precedentwerking van uitgaan voor toekomstige interuniversitaire samenwerkingsverbanden binnen andere vakgebieden.