Socialistische Partij
Gemengde school bevordert integratie
Zwarte en witte scholen belemmeren de integratie. Toch ontstaan in
nieuwe Vinex-wijken gescheiden scholen. Pak het 'verzwarten' aan en
bevorder de integratie. Dit kan door meer betaalbare woningen in
duurdere wijken te bouwen en door gemengde scholen te stimuleren.
---
door Jan Marijnissen, fractievoorzitter SP in de Tweede Kamer
---
De segregatie is jaren op z'n beloop gelaten. Nu is eindelijk een
meerderheid in de Tweede Kamer ervan overtuigd dat gemengd wonen en
gemengde scholen beter zijn dan gescheiden witte en zwarte scholen en
dito wijken. Maar waarom ontstaan er dan nog steeds zwarte straten in
nieuwe Vinex-wijken? En waarom staan in gemengde wijken witte en
zwarte scholen?
Vaak hoor je dat segregatie in het onderwijs een gevolg is van witte
en zwarte wijken. Met als conclusie: daar is niets aan te doen. Ik
bestrijd dat. Veel mensen denken dat allochtonen bij elkaar willen
wonen en hun kinderen naar zwarte scholen willen sturen. Niets is
minder waar. Logisch, want een kind met een taalachterstand heeft meer
kans op een school met autochtone kinderen dan op een school met veel
verschillende moedertalen.
Een recent onderzoek van de SP onder allochtonen geeft aan dat ruim 90
procent de voorkeur geeft aan gemengde wijken. En 85 procent verkiest
een gemengde school boven apart wonen en een aparte school. De vraag
dringt zich op: Als de voorkeur uitgaat naar 'gemengd' boven 'apart',
waarom is er dan toch segregatie?
Op dit moment zijn er steden met gemengde wijken, maar met zwarte en
witte scholen. Bijvoorbeeld in de Amsterdamse stadsdelen Oost en
Oud-Zuid. Ook kleinere plaatsen als Weert, Boxtel en Ede hebben een
zwarte school in een gemengde wijk. In een wijk in Lelystad met 30
procent allochtonen, staan een witte, een zwarte en een gemengde
school op loopafstand van elkaar. Hoe kan dat?
Een belangrijk mechanisme achter het 'verzwarten' van scholen is de
witte vlucht. Bij een school met meer dan 30 procent allochtone
kinderen, komt al gauw een witte vlucht op gang waarbij steeds vaker
hoog opgeleide allochtone ouders meevluchten. Ook is de hoge
ouderbijdrage voor veel allochtone ouders een belemmering voor de
schoolkeuze. Die bijdragen zijn niet verplicht maar dat wordt er vaak
niet bij gezegd. Ook weten veel allochtone ouders niet dat ze hun
kinderen jaren van tevoren moeten aanmelden bij de (witte) school van
hun eerste keuze. Ze vissen dan achter het net.
Verder speelt de financiering van scholen een rol. Nu heeft een school
met meer dan negen procent achterstandsleerlingen recht op extra geld.
Gevolg: als een zwarte school witter -en dus gemengder -wordt, krijgt
de school minder geld. Zo is de regeling onbedoeld een vorm van
gesubsidieerde apartheid geworden. Sommige zwarte scholen met speciale
begeleiding en achterstandsprogramma's profileren zich naar allochtone
ouders toe. Witte scholen zonder deze extra begeleiding, worden
automatisch onaantrekkelijk voor allochtone leerlingen. Het komt zelfs
voor dat allochtone leerlingen worden geweigerd op witte scholen omdat
de juiste begeleiding niet aanwezig is.
De meeste bijzondere scholen staan open voor allochtone leerlingen.
Toch zijn er -en waarschijnlijk steeds meer -bijzondere scholen die
'opeens' hun religieuze identiteit inzetten om daarmee selectief
leerlingen te kunnen toelaten.
Artikel 23 van de grondwet biedt bijzondere scholen immers de
mogelijkheid om leerlingen te weigeren, als zij de grondslag niet
respecteren. In Leiden voeren allochtone ouders actie voor gemengd
onderwijs. Zij vinden dat de bijzondere scholen hun grondslag
misbruiken om daarmee afspraken over een evenredige verdeling van
allochtone en autochtone leerlingen te ontlopen.
Dan de segregatie in de volkshuisvesting. Mensen met lagere inkomens
hebben minder keuze. Dat geldt voor veel allochtonen. Velen belanden
in wijken met lage huren en verlaten die wijk niet meer. Deze bewoners
spreiden zich dus niet en hebben weinig keuze. Want onder het mom van
stedelijke vernieuwing worden in volkswijken wel veel betaalbare
huurwoningen gesloopt, maar van goedkoper bouwen in duurdere wijken is
geen sprake. Dit beperkt spreiding. Ook komen ze niet snel in
aanmerking voor huursubsidie.
Kortom, er zijn allerlei bewuste en onbewuste mechanismen die de
segregatie bevorderen. Willen we de segregatie écht stoppen, dan
moeten we durven in te grijpen. Daarom stel ik de volgende maatregelen
voor: zorg voor meer sociale woningbouw in álle soorten wijken en pas
de huursubsidieregeling aan. Ook is een actief woningtoewijzingsbeleid
nodig, gericht op de spreiding van allochtonen.
Op het gebied van de scholen pleit ik voor een centraal platform in
elke gemeente, dat zorgt dat achterstandsleerlingen evenredig over de
scholen worden verdeeld. Ook ben ik voor een maximum en op termijn
voor afschaffing van de ouderbijdragen. Verder moet de 'gesubsidieerde
apartheid' verdwijnen. Beloon scholen met een gemengde samenstelling.
Nieuwe scholen moeten in hun regio streven naar een evenredige
verdeling van leerlingen met een achterstand.
In mijn visie komt integratie tot stand in het dagelijkse leven en
niet door betutteling. De ervaring in binnen-en buitenland leert dat
wanneer wijken in korte tijd 'van kleur verschieten' de cohesie
verdwijnt en daarmee één van de belangrijkste voorwaarden voor een
geslaagde integratie. Dan ontstaat er irritatie die leidt
onverdraagzaamheid. Kijk naar steden in de VS, Frankrijk of België.
Daarom is het hoog tijd dat de overheid zorgt dat het recht op gemengd
onderwijs en op wonen in gemengde wijken daadwerkelijk mogelijk wordt.
Vanzelfsprekend is dat niet de oplossing voor alle problemen, maar het
is wel een belangrijke voorwaarde om de integratie en vooral
individuele allochtonen een eerlijke kans te bieden.
(Dit artikel verscheen op 23 december 2003 in het Algemeen Dagblad)
---