Provincie Noord-Brabant


Provinciaal toezicht op gemeentebegrotingen 2004

Brabantse gemeenten hadden moeite begrotingen in evenwicht te krijgen

Nagenoeg alle gemeenten in Brabant hadden veel moeite hun begrotingen voor 2004 in evenwicht te krijgen. Dat blijkt uit de beoordeling van die begrotingen door de provincie Noord-Brabant. De ontstane problemen zijn vooral het gevolg van het spanningsveld tussen ambities van gemeenten enerzijds en het niet verder toenemen van rijksuitkeringen aan gemeenten anderzijds. Bovendien speelt een rol dat gemeenten terughoudend willen omgaan met belastingverhogingen. De gemeenten hebben allerlei maatregelen genomen om de ontstane tekorten weg te werken. In een aantal gevallen waren de genomen maatregelen voor de provincie niet aanvaardbaar en nam de gemeenteraad in goed overleg met de provincie aanvullende dekkingsmaatregelen. Uiteindelijk zijn de begrotingen van drie gemeenten op financiële gronden onder preventief toezicht van de provincie gesteld.

Het financiële toezicht van de provincie is gebaseerd op de Gemeentewet en in elke provincie uitgewerkt in een beleidskader. De provincie Noord-Brabant gaat er bij haar toezicht van uit dat gemeenten een structureel gezond financieel beleid voeren, nu en in de toekomst. Dat houdt onder meer in dat geen lasten naar de toekomst worden verschoven. Hiermee wordt voorkomen dat gemeenten een beroep moeten doen op extra steun uit het Gemeentefonds. Dit fonds is bedoeld voor de gezamenlijke gemeenten. Extra steun voor de ene gemeente gaat ten koste van alle andere gemeenten.

Aanpassingen
Een extra complicatie in 2003 is dat alle gemeenten door nieuwe regels een heel andere begrotingsopzet moeten maken. Verder speelde de ingevoerde dualisering een grote rol. Daaruit vloeit voort dat de provincie de gemeenteraad rechtstreeks aanspreekt op zijn verantwoordelijkheid voor de gemeentefinanciën.
Van zeven gemeenten ging de provincie in eerste instantie niet akkoord met de ingediende begroting. Nadat de gemeenteraden van de bezwaren op de hoogte waren gebracht, werden in een aantal gevallen in onderling overleg alsnog zodanige maatregelen genomen dat aan de bezwaren werd tegemoet gekomen. Gedeputeerde drs. P. van Vugt is verheugd dat het overleg dat de provincie voerde met de gemeenten, in de meeste gevallen leidde tot sluitende begrotingen. "Als provincie willen we in eerste instantie de gemeenten daadwerkelijk ondersteunen om te komen tot een goede structurele financiële basis. Daarnaast, en niet in de laatste plaats, is in het belang van de burgers dat zij nu en in de toekomst niet worden geconfronteerd met onnodige extra lastenverhogingen vanwege een slechte gemeentelijke financiële situatie."
Uiteindelijk zijn nog drie gemeenten (Boxmeer, Nuenen enVught) op financiële gronden onder preventief begrotingstoezicht geplaatst. Dat wil zeggen dat, in tegenstelling tot de overige gemeenten, de begroting en begrotingswijzigingen goedkeuring van de provincie nodig hebben. Deze gemeenten hebben de komende maanden de gelegenheid om de begroting met de nodige maatregelen in evenwicht te krijgen.
Behalve genoemde drie gemeenten zijn de begrotingen van de gemeenten Geldrop-Mierlo (vanwege herindeling) en St. Oedenrode (te late inzending) onder preventief toezicht geplaatst.