VVD



19 jan 2004 - Vragen Geert Wilders over financiering Al-Tawheed moskee Amsterdam

Vragen van het lid Wilders (VVD) aan de ministers van Binnenlandse Zaken, Justitie en Buitenlandse Zaken over nadere informatie aangaande de financiering van de Al-Tawheed moskee in Amsterdam.

19 januari 2004

1. Heeft u kennisgenomen van het artikel 'Mokumse imam omarmt Al-Qaeda-sjeik'?

2. Is het waar dat de (van afkomst) Saoedische sheikh Al-Aqeel nog steeds een belangrijke rol speelt in de moskee-complex in de Amsterdamse Jan Hansenstraat (met als belangrijkste onderdeel de reeds herhaaldelijk in opspraak gekomen Al-Tawheed-moskee)? Wat is uw oordeel daarover?

3. Is deze Al-Aqeel nog steeds hypotheekhouder van de Al-Tawhweed-moskee? Zal hij dat blijven, ook nu hij is verwijderd uit het bestuur van de moskee? Is hij inderdaad recentelijk teruggetreden als bestuurder van de moskee? Betekent het feit dat hij hypotheekhouder blijft van de moskee en dat de woordvoerders van de mos-kee nog steeds een groot respect voor hem tonen en openlijk twijfel uitspreken over beschuldigingen aan zijn adres, dat Al-Aqeel sowieso invloed blijft uitoefenen op de gang van zaken in het moskee-complex? Blijft Al-Aqeel voorlopig ook als bestuurder van Al-Haramain ingeschreven op het adres van de moskee? Wat is uw oordeel over dit alles?

4. Heeft het Saoedische dictatoriale regime inmiddels (met succes) druk uitgeoefend op twee topfunctionarissen van Al-Haramain, nl. sheikh Kadi en de reeds genoemde sheikh Al-Aqeel, om uit Saoedi-Arabië te vertrekken? Hoe belangrijk was de rol van deze twee sheikhs in de organisatie Al-Haramain? Wat zegt deze ontwikkeling over het type activiteiten dat beide heren hebben ondernomen?

5. Welke relevante informatie over Al-Haramain en over de topfunctionarissen sheikh Kadi en sheikh Al-Aqeel zijn tot nu toe naar voren gekomen in het proces dat in de Verenigde Staten namens families van de slachtoffers van 11 september 2001 tegen financiers van Al-Qa'ida is aangespannen?

6. Is de genoemde sheikh Al-Aqeel inmiddels in verband gebracht met een terreurcel die actief was in de mede door hem gefinancierde moskee Al-Nur in Berlijn? Wat was zijn rol daarbij en welke aanwijzingen zijn er voor terroristische activiteiten? Wat is uw oordeel daarover?

7. Zijn de steeds opnieuw opduikende gegevens over de rol die de organisatie Al-Haramain speelt bij het bevorderen van moslim-radicalisme inmiddels geen aanlei-ding voor de regering om haar opvatting dat 'plaatsing van de gehele Al-Haramain-organisatie op de VN-lijst op dit moment niet aan de orde (is)' te herzien? Hoeveel gegevens over kwalijke aspecten betreffende de Al-Haramain-organisatie moeten nog in de publiciteit komen voordat de regering haar mening daarover zal herzien? Is de regering bereid thans enige daadkracht te tonen terzake?

8. Hoeveel gegevens over radicalisme in de Amsterdamse al-Tawheed moskee en over uiterst bedenkelijke en verwerpelijke invloeden die op die moskee (en de daaraan verbonden school As-Siddieq) worden uitgeoefend, moeten nog in de publiciteit komen voordat de regering overgaat tot de sluiting van deze moskee resp. van deze school? Is het regering bereid ook hier nu eindelijk eens bestuurlijke daadkracht en politiek lef te tonen?

9. Bent u bereid deze vragen vóór het AO terrorisme van 11 februari 2004 te beantwoorden?