Actueel

Hoge Raad verwerpt het door wijlen architect Jelles ingestelde cassatieberoep in de zaak over de sloop van het Wavin-gebouw
Bron: Hoge Raad der Nederlanden 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 6-02-2004

Samenvatting door de griffier van de Hoge Raad (buiten verantwoordelijkheid van de Raad)

Het gaat in deze zaak (rolnr. C02/282) om de sloop van het Wavin-gebouw te Zwolle, dat omstreeks 1967 is gebouwd naar een ontwerp van architect ir. E.J. Jelles. Het nam door zijn ontwerp en ligging aan het water een markante plaats in. In 1999 heeft de gemeente Zwolle besloten tot een stedenbouwkundige herziening van de wijk waarin het Wavin-gebouw lag. Het gebouw zou daarbij plaats moeten maken voor een woonvoorziening voor ouderen. De gemeente heeft het voornemen om het Wavin-gebouw te slopen besproken met Jelles. Hij heeft zich tegen dat voornemen verzet. In 2000 heeft de gemeente Zwolle definitief besloten het Wavin-gebouw te slopen. Wel zou ten behoeve van het gemeentearchief een uitvoerige documentatie van het gebouw worden gemaakt en zou Jelles de gelegenheid worden geboden om zelf ook een uitvoerige documentatie van zijn gebouw te maken.

Jelles heeft de gemeente Zwolle gedagvaard voor de rechtbank Zwolle. Hij vorderde een verbod over te gaan tot sloop van het gebouw. Hij stelde dat voor die sloop geen gegronde reden bestond en dat die daarom een schending zou opleveren van zijn in art. 25 van de Auteurswet 1912 gewaarborgde persoonlijkheidsrecht als maker van het werk. Die bepaling verleent de maker van een auteursrechtelijk beschermd werk - ongeacht of hij daarop zelf (nog) het auteursrecht bezit - het recht zich te verzetten tegen (onder meer) aantasting van het werk, als die aantasting, kort gezegd, zijn reputatie zou kunnen schaden. Op 21 november 2001 heeft de rechtbank Zwolle de vordering afgewezen.

Jelles heeft hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Arnhem. Bij arrest van 2 juli 2002 bekrachtigde het hof het vonnis van de rechtbank. Dat arrest is gepubliceerd onder: 'AE4993'

Na de uitspraak van het hof is het Wavin-gebouw gesloopt. Dat is gebeurd nadat tussen partijen nog een kort geding is gevoerd. De uitspraak in dat kort geding is te vinden onder: 'AF5951'

Jelles heeft cassatieberoep ingesteld tegen het arrest van het hof Arnhem. In cassatie treedt voor hem op mr. M.W. Scheltema, advocaat te Den Haag. Voor de gemeente Zwolle treedt op mr. T. Cohen Jehoram, advocaat te Den Haag. Ir. Jelles is overleden kort voordat de advocaten de zaak bij de Hoge Raad hebben bepleit.

De centrale vraag in cassatie is, of (algehele) sloop van een gebouw valt onder het begrip `aantasting' van het werk, genoemd in art. 25 van de Auteurswet 1912.

De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft op 3 oktober 2003 geconcludeerd tot verwerping van zijn cassatieberoep.

Bij arrest van 6 februari 2004 verwerpt de Hoge Raad het beroep. De Hoge Raad is van oordeel dat algehele afbraak van een auteursrechtelijk beschermd gebouw geen aantasting in de zin van art. 25 Auteurswet 1912 vormt. Hetzelfde geldt (meer in het algemeen) voor vernietiging van een exemplaar van welk auteursrechtelijk beschermd werk ook (zoals een schilderij). De Hoge Raad voegt daaraan toe dat dit niet betekent dat de eigenaar van zo'n voorwerp, en dus ook van een gebouw, altijd tot vernietiging daarvan mag overgaan zonder zich iets gelegen te laten liggen aan de belangen van de maker. Dat kan misbruik van recht vormen, vooral naarmate er minder exemplaren van het werk bestaan. Als het om unieke exemplaren van het werk gaat (zoals dikwijls bij gebouwen het geval is), zal onder omstandigheden van misbruik van recht sprake zijn als de eigenaar geen gegronde reden voor de vernietiging heeft. Bovendien kan in geval van sloop van een gebouw verlangd worden dat het behoorlijk gedocumenteerd wordt, voordat tot afbraak wordt overgegaan.