European Commission

IP/04/188

Brussel, 10 februari 2004

De Commissie stelt voor dat een eerlijk en evenwichtig deel van de EU-begroting naar Bulgarije en Roemenië gaat

De Commissie heeft vandaag voorgesteld Bulgarije en Roemenië een eerlijk en evenwichtig deel van de EU-begroting na hun toetreding toe te wijzen. Voor dit tot een periode van drie jaar beperkte "pakket" van ongeveer 15,4 miljard euro aan vastleggingen en 9 miljard euro in betalingen gelden dezelfde principes en methodologie als die welke van toepassing waren op de tien landen die op 1 mei 2004 tot de Europese Unie zullen toetreden. Het voorstel wordt nu aan de Raad voorgelegd voor een eerste bespreking, voordat de Commissie in de lente meer gedetailleerde voorstellen voor onderhandelingen zal doen de zogenaamde ontwerp-gemeenschappelijke-standpunten op het gebied van landbouw, regionaal beleid en begrotingsbepalingen.

In een reactie zei Commissaris Günter Verheugen (Uitbreiding): "Dit voorstel is zowel ruimhartig als realistisch. Als het wordt goedgekeurd zal het Bulgarije en Roemenië helpen hun lidmaatschap van de EU volledig te benutten en een actieve rol te spelen als gelijkwaardige en gerespecteerde leden van de Europese Unie".

Aangezien niet uitgesloten kan worden dat een financieel pakket voor Bulgarije en Roemenië moet worden aangepast vanwege toekomstige beleidshervormingen of fundamentele veranderingen in het algemene financiële kader van de EU, acht de Commissie het verstandig en juist dit pakket te beperken tot de eerste drie jaar na de toetreding van deze twee landen.

Landbouw

Wat betreft marktmaatregelen uit hoofde van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB), zal de EU-wetgeving, met inbegrip van de GLB-hervorming van juni 2003, volledig van toepassing zijn op Bulgarije en Roemenië vanaf hun toetreding tot de Unie. De Commissie schat het budget voor marktmaatregelen in Bulgarije en Roemenië gedurende de eerste drie jaar na toetreding op 1.120 miljoen euro (Bulgarije 388 miljoen euro, Roemenië 732 miljoen euro).

De Commissie is van mening dat het volledig ter beschikking stellen van de rechtstreekse betalingen aan Bulgarije en Roemenië geen goed signaal is voor de hervorming van hun landbouw (evenmin als voor de tien op 1 mei toetredende landen). De Commissie stelt dan ook voor de rechtstreekse betalingen aan de boeren in deze twee landen geleidelijk in te voeren, over een periode van tien jaar, uitgaande van 25% van het niveau dat van toepassing is op de vijftien huidige leden van de Unie in 2007. Dit niveau zal stijgen tot 30% in 2008, tot 35% in 2009 en tot 40% in 2010.

Daarna zouden jaarlijkse stijgingen van 10% volgen, tot in 2016 het niveau van rechtstreekse betalingen bereikt is dat ook geldt voor de EU-15. De geschatte kosten van een dergelijke regeling zouden tot 2009 oplopen tot 1.312 miljoen euro (Bulgarije: 431 miljoen euro Roemenië 881 miljoen euro).

Wat betreft plattelandsontwikkeling, stelt de Commissie eveneens een geleidelijke invoering over de periode van drie jaar voor, om rekening te houden met de grenzen van de absorptiecapaciteit en om een consistente toepassing van het beleid voor plattelandsontwikkeling te garanderen. Het totale bedrag voor drie jaar wordt geschat op 3.041 miljoen euro (Bulgarije: 617 miljoen euro, Roemenië: 2.424 miljoen euro).

Structuurmaatregelen (structuurfondsen en cohesiefonds)

De Commissie is van mening dat een algemeen totaalbedrag voor de eerste drie jaar na de toetreding voor zowel Bulgarije als Roemenië moet worden vastgesteld op basis van dezelfde benadering als voor de tien nieuwe toetredende landen. Dit betekent met name een geleidelijke invoering van de uitgaven voor structuurmaatregelen aan de hand van de geleidelijke toename van de absorptiecapaciteit in deze landen. Deze budgetten zouden ook gebaseerd moeten worden op het uitgangspunt dat de regels worden toegepast die voortvloeien uit de huidige EU-wetgeving, zoals het aftoppen van de totale financiering voor de structuurfondsen en het cohesiefonds op 4% van het BBP. Ook moet ongeveer eenderde van het totale bedrag naar het cohesiefonds gaan.

De totale uitgaven voor structurele maatregelen zouden 8.273 miljoen euro bedragen voor de periode van 2007 tot 2009, waarvan 2.300 miljoen euro voor Bulgarije en 5.973 miljoen euro voor Roemenië.

Intern beleid

Bulgarije en Roemenië moeten met ingang van hun toetreding volledig deelnemen aan het intern beleid van de EU. Hoewel er in het kader van het huidige interne beleid geen specifieke bedragen per land zijn opgenomen, zou voor de periode 2007-2009 een aanvullende 1.012 miljoen euro nodig zijn om rekening te houden met de toetreding van Bulgarije en Roemenië. Bovendien zijn de volgende specifieke toewijzingen nodig: 350 miljoen euro voor de verdere ontmanteling van de kerncentrale bij Kozloduy in Bulgarije in de periode 2004-2009, en nog eens 82 miljoen euro voor Bulgarije en Roemenië voor de periode 2007-2009 ter ondersteuning van het opzetten en versterken van de administratieve structuren en capaciteiten die nodig zijn voor een goede tenuitvoerlegging van de EU-wetgeving.

Tenslotte stelt de Commissie voor dat indien het financiële pakket voor de toetreding van Bulgarije en Roemenië na afsluiting van de onderhandelingen moet worden aangepast, daarbij een procedure wordt gevolgd waarbij Bulgarije en Roemenië nauw worden betrokken bij het besluitvormingsproces, zoals ook het geval was bij de tien toetredende landen.

Verdere informatie

http://europa.eu.int/comm/enlargement/index.htm

Bijlage

Toewijzing voor Bulgarije en Roemenië 2007-2009 (miljoen euro, prijzen 2004)

'
2007 2008 2009 Totaal
Vastleggings-kredieten ' ' ' '
Landbouw 1141 1990 2342 5473 Structurele maatregelen 1938 2731 3605 8273 Intern beleid 440 434 426 1304 Administratie 96 125 125 346 Totale vastleggingskredieten

3619

5279

6498

15396
Betalingskredieten

1648

3276

4131

9056