Bergers verwachten ingrijpen Peijs na uitspraak Hoge Raad
In een algemeen overleg van de commissie voor Verkeer en Waterstaat zal de Tweede Kamer op dinsdag 17 februari minister Peijs vragen naar haarmaatregelen in de bergingsproblematiek ingevolge de recente uitspraak van de Hoge Raad.
Bergers verwachten dat minister Peijs haar verantwoording neemt nu gebleken is dat de verzekeraars geen opdrachtgever zijn inzake het
autobergen op de Nederlandse wegen.
Peijs beriep zich tot nu toe op het feit dat de regeling tussen verzekeraars en autobergers een privaatrechtelijke regeling was waarin zij meende niet in te kunnen grijpen. De uitspraak die de Hoge Raad in
januari heeft gedaan waaruit blijkt dat de automobilist (in eerste instantie) opdracht geeft tot autoberging daarna een taak van RWS (hoofdwegen) of gemeenten(binnenwegen), heeft de bodem weggeslagen
onder dit standpunt. Een monopolie op de autoberging van de verenigde verzekeraars en hun alarmcentrales is niet langer mogelijk. De minister kan zich nu niet langer onttrekken aan de kamerbreed aanvaarde motie tot het opstellen van een nieuwe regeling voor autoberging zonder aanbesteding van de alarmcentrales.
In Nova en andere media is ten onrechte gewaarschuwd voor verkeersonveilige situaties nu de Hoge Raad het goed zou vinden dat autobergers met elkaar om het hardst langs de autowegen racen om wie er het eerst bij een ongeval is.
Bergers wijzen erop dat er geen gevallen van dit soort situaties bekend zijn, maar daarentegen wel schrijnende gevallen van autobergers die te laat kwamen omdat de alarmcentrale niet bereid was de dichtstbijzijnde autoberger in te schakelen. De automobilist die in zijn brandend wrak bekneld zit, zal een racende autoberger geen verwijt maken. En ook voor de doorstroming van het verkeer is het beter dat de berging aan diegene wordt gegund die het eerst ter plekke is. Dat is in de praktijk de dichtstbijzijnde berger en niet de autoberger met Formule I ambities.
De uitspraak van de Hoge Raad toont aan dat het huidige systeem waarin verzekeraars en hun alarmcentrales een monopoliepositie werd gegund, van
begin af aan onwettig is geweest. Autobergers, en met name zij die door dit systeem brodeloos dreigden gemaakt te worden, hebben hier destijds direct al op gewezen. De NMa die aanvankelijk een voorwaardelijke
ontheffing gaf voor dit systeem, is inmiddels ook op haar schreden teruggekeerd.
Peijs kan nu niet anders dan Rijkswaterstaat opdracht geven het autobergen per rayon opnieuw aan te besteden en terug te gaan naar de situatie van voor 1999 met beoordeling op kwaliteit en aanrijtijd voor
zowel de lichte als de zware berging.