Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Aan: geadresseerde
(zie verzendlijst organisaties)

Ons kenmerk Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag POG/GB 2.451.042
Onderwerp Bijlage(n) Uw brief Tabakswet 5

Geacht bestuur,

De implementatie van de Tabakswet in zorginstellingen met (semi-)permanente bewoning is de afgelopen periode regelmatig in het nieuws geweest. U heeft deze ontwikkelingen ongetwijfeld gevolgd. Via deze brief wil ik u informeren over: 1. de huidige tabaksregelgeving ten aanzien van deze instellingen; 2. het overleg met de Tweede Kamer over dit onderwerp; 3. de lijn die ik ten aanzien van uw sector in 2004 aanhoud.

Huidige regelgeving
Voor instellingen op het gebied van de gezondheidszorg en maatschappelijke opvang geldt sinds 1990 op basis van de Tabakswet de verplichting om maatregelen te treffen tegen hinder en overlast van tabaksrook. Dit is verder uitgewerkt in het Besluit beperking verkoop en gebruik tabaksproducten (Beperkingenbesluit). Daarin is vastgelegd in welke categorieën ruimten in ieder geval een rookverbod moet worden ingesteld, aangeduid en gehandhaafd. Sinds 1 januari 2004 geldt ook de verplichting voor werkgevers om zodanige maatregelen te treffen dat werknemers hun werkzaamheden kunnen verrichten zonder hinder en overlast van roken. In het Besluit uitzonderingen rookvrije werkplek zijn enkele uitzonderingen op bedoelde werkgeversverplichting vastgelegd. Deze zijn eveneens op 1 januari 2004 in werking getreden. Het Besluit uitzonderingen rookvrije werkplek is zodanig opgesteld dat het volledig aansluit bij het Beperkingenbesluit. Beide besluiten zijn bijgevoegd.

Overleg met de Tweede Kamer
Tijdens een voortgezet algemeen overleg op 25 november 2003 naar aanleiding van het ontwerpbesluit rookvrije werkplek heeft de Kamer een motie ingediend (motie 29200 XVI, nr. 55) over GGZ-instellingen en verpleeg- en verzorgingshuizen. Deze motie is op 2 december 2003 aangenomen. De Kamer verzoekt de regering hierin om GGZ-instellingen en verpleeg- en verzorgingshuizen tot 1 juli 2004 de ruimte te geven om met een plan van aanpak te komen waarin zij aangeven op welke wijze zij hinder en overlast door roken willen tegengaan. In vervolg daarop heeft VVD-Kamerlid Schippers op 20 januari 2004 mondelinge

Postbus 20350               Bezoekadres:             Correspondentie uitsluitend   Internetadres:
2500 EJ  DEN HAAG           Parnassusplein 5         richten aan het postadres     www.minvws.nl
Telefoon (070) 340 79 11    2511 VX DEN HAAG         met vermelding van de
Fax (070) 340 78 34                                  datum en het kenmerk van
deze brief.


Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Blad
2
Kenmerk
POG/GB 2.451.042
vragen gesteld over de implementatie van de Tabakswet in instellingen op het gebied van de geestelijke gezondheidszorg en verpleeg- en verzorgingshuizen. Ik heb aangegeven dat ik de volgende lijn zal hanteren:
- de instellingen krijgen gedurende 2004 de gelegenheid om samen met de koepels en Stivoro en aan de hand van goede voorbeelden de Tabakswet te implementeren;
- het gaat om alle instellingen met (semi-)permanente bewoning, dus niet alleen GGZ en verpleeg en verzorgingshuizen, maar ook gehandicaptenzorg en maatschappelijke opvang;

- `soepel bejegenen door de VWA' betekent dat gedurende 2004 geen boetes aan betreffende zorginstellingen zullen worden opgelegd;
- soepele bejegening vindt plaats op de voorwaarde dat instellingen aantoonbaar stappen zetten om de Tabakswet na te leven. Bij deze brief treft u het stenogram van het overleg op 20 januari 2004 aan zodat u de vragen van de Kamer en mijn antwoorden daarop kunt nalezen. Voor alle duidelijkheid: er zullen alleen geen boetes worden opgelegd voor wat betreft overtredingen van het Beperkingenbesluit en bovengenoemde werkgeversverplichting1.

Lijn ten aanzien van uw sector
Hieronder wordt aan de hand van enkele vragen en antwoorden bovengenoemde lijn nog eens duidelijk op een rij gezet.

Is/wordt de regelgeving aangepast?
Nee. De vigerende tabaksregelgeving blijft bestaan en de instellingen zijn gehouden zich in te spannen de Tabakswet na te leven. Zoals gezegd zal er in 2004 wel een soepele bejegening door de VWA plaatsvinden om de instellingen de tijd te gunnen zich aan de regelgeving aan te passen.

Welke restricties en mogelijkheden biedt de tabaksregelgeving ten aanzien van roken? De Tabakswet beoogt dat:

- cliënten gebruik kunnen maken van de voorzieningen zonder hinder en overlast van tabaksrook;

- familie en kennissen van cliënten de instelling kunnen bezoeken zonder hinder en overlast van tabaksrook;

- werknemers hun werkzaamheden kunnen verrichten zonder hinder en overlast van tabaksrook.
Er zijn echter op basis van de Tabakswet wel mogelijkheden om roken op bepaalde plekken toe te staan:

- er kunnen aparte afgesloten rookruimten worden ingericht, maar de Tabakswet verplicht hier niet toe;

- indien een instelling beschikt over meer dan één kantine, wachtruimte of recreatie- en soortgelijke ruimte kan maximaal de helft van dit aantal ruimten uitgezonderd worden van het rookverbod;

- op basis van de Tabakswet is roken op de privé-kamer niet verboden;
- verder is roken in de open lucht toegestaan. Zoals al eerder opgemerkt sluiten het Beperkingenbesluit en het Besluit uitzonderingen rookvrije werkplek geheel op elkaar aan. Zo geldt de werkgeversverplichting om werknemers

1 Het gaat dus om overtredingen van artikel 11 en 11a, eerst lid, van de Tabakswet (zie www.rokenendewet.nl).

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Blad
3
Kenmerk
POG/GB 2.451.042
een rookvrije werkplek te garanderen niet in een rookruimte, niet in de open lucht, niet op privé-kamers en niet in een van het rookverbod uitgezonderde recreatieruimte.

Op welke wijze ondersteunt Stivoro uw sector bij de implementatie van de Tabakswet? Stivoro beschikt over een ruime deskundigheid op het gebied van bescherming van de niet- roker en de implementatie van de Tabakswet. In 2000 heeft Stivoro een handboek met adviezen voor de ontwikkeling en implementatie van rookbeleid in de GGZ ontwikkeld. In augustus 2003 is Stivoro gestart met drie pilots gericht op het invoeren van rookbeleid binnen instellingen die zijn aangesloten bij GGZ-Nederland, Arcares en Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN). In deze pilots wordt, met behulp van het 7- stappenplan voor het opzetten en implementeren van rookbeleid, gezocht naar praktische oplossingen voor mogelijke knelpunten bij implementatie van de Tabakswet.

Hoe gaat de VWA om met reeds opgelegde boetes?
Niet betaalde boetebeschikkingen zullen worden ingetrokken. De VWA zal de betreffende instellingen hierover een brief sturen. Instellingen hoeven hiervoor dus geen bezwaar te maken of andere stappen te ondernemen. Voornemens tot boeteoplegging en waarschuwingen die verstuurd zijn, zullen niet worden gevolgd door een boetebeschikking. Ook in deze gevallen stuurt de VWA een brief aan betreffende instellingen.

Hoe gaat de VWA in 2004 om met klachten over het rookbeleid in betreffende instellingen? Indien er bij de meldkamer van de VWA een klacht binnenkomt over het rookbeleid in een instelling zal de VWA de klacht op locatie onderzoeken. Ook zal de VWA een rapport opmaken waaruit blijkt of aan de Tabakswet wordt voldaan of dat deze wordt overtreden. De VWA zal echter geen boetes opleggen maar betreffende instellingen doorverwijzen naar de eigen koepel en Stivoro voor ondersteuning bij implementatie van de Tabakswet.

Waar kunnen onoplosbare knelpunten worden gemeld?
Instellingen zullen nu eerst met de koepels en Stivoro aan de slag moeten om de Tabakswet te implementeren. Vaak blijkt het ook mogelijk om praktische oplossingen te vinden voor de punten waar instellingen nu mee worstelen. Dat blijkt ook uit de controles die de VWA vorig jaar heeft uitgevoerd in deze sector. Een aanzienlijk deel van de instellingen ziet wel degelijk kans om de Tabakswet goed na te leven.
In de loop van 2004 zal duidelijk worden welke knelpunten ook met de expertise van de koepels en Stivoro niet oplosbaar zijn. Ik verwacht dat de koepels dergelijke knelpunten voor het eind van 2004 inventariseren en met Stivoro bespreken. De knelpunten die eind 2004 na dat overleg met Stivoro nog resteren, kunnen de koepels schriftelijk bij mij aanleveren.

Deze brief is verzonden naar de betrokken koepelorganisaties (zie verzendlijst). Ook alle instellingen hebben een brief ontvangen (POG/GB 2.451.643). Deze treft u als bijlage aan.

Hoogachtend,

de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

H. Hoogervorst


---- -- http://www.minvws.nl/images/2452229C_tcm10-46094.pdf

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Aan: geadresseerde

Ons kenmerk Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag POG/GB 2.451.643
Onderwerp Bijlage(n) Uw brief Tabakswet 1

Geacht bestuur,

De implementatie van de Tabakswet in zorginstellingen met (semi-)permanente bewoning is de afgelopen periode regelmatig in het nieuws geweest. U heeft deze ontwikkelingen ongetwijfeld gevolgd. Via deze brief wil ik u informeren over: 1. de huidige tabaksregelgeving ten aanzien van deze instellingen; 2. het overleg met de Tweede Kamer over dit onderwerp; 3. de lijn die ik ten aanzien van uw instelling in 2004 aanhoud.

Huidige regelgeving
Voor instellingen op het gebied van de gezondheidszorg en maatschappelijke opvang geldt sinds 1990 op basis van de Tabakswet de verplichting om maatregelen te treffen tegen hinder en overlast van tabaksrook. Dit is verder uitgewerkt in het Besluit beperking verkoop en gebruik tabaksproducten (Beperkingenbesluit). Daarin is vastgelegd in welke categorieën ruimten in ieder geval een rookverbod moet worden ingesteld, aangeduid en gehandhaafd. Sinds 1 januari 2004 geldt ook de verplichting voor werkgevers om zodanige maatregelen te treffen dat werknemers hun werkzaamheden kunnen verrichten zonder hinder en overlast van roken. In het Besluit uitzonderingen rookvrije werkplek zijn enkele uitzonderingen op bedoelde werkgeversverplichting vastgelegd. Deze uitzonderingen zijn eveneens op 1 januari 2004 in werking getreden. Het Besluit uitzonderingen rookvrije werkplek is zodanig opgesteld dat het volledig aansluit bij het Beperkingenbesluit.

Overleg met de Tweede Kamer
Op 20 januari 2004 heeft VVD-Kamerlid Schippers mondelinge vragen gesteld over de implementatie van de Tabakswet in instellingen op het gebied van de geestelijke gezondheidszorg en verpleeg- en verzorgingshuizen. Ik heb aangegeven dat ik de volgende lijn zal hanteren:
- de instellingen krijgen gedurende 2004 de gelegenheid om samen met de koepels en Stivoro en aan de hand van goede voorbeelden de Tabakswet te implementeren;

Postbus 20350 Bezoekadres: Correspondentie uitsluitend Internetadres: 2500 EJ DEN HAAG Parnassusplein 5 richten aan het postadres www.minvws.nl Telefoon (070) 340 79 11 2511 VX DEN HAAG met vermelding van de Fax (070) 340 78 34 datum en het kenmerk van deze brief.

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Blad
2
Kenmerk
POG/GB 2.451.643


- het gaat daarbij om alle instellingen met (semi-)permanente bewoning, dus niet alleen GGZ en verpleeg- en verzorgingshuizen, maar ook gehandicaptenzorg en maatschappelijke opvang;

- `soepel bejegenen door de VWA' betekent dat gedurende 2004 geen boetes aan betreffende instellingen zullen worden opgelegd;
- soepele bejegening vindt plaats op de voorwaarde dat instellingen aantoonbaar stappen zetten om de Tabakswet na te leven. Bij deze brief treft u het stenogram van het overleg op 20 januari 2004 aan zodat u de vragen van de Kamer en mijn antwoorden daarop kunt nalezen. Voor alle duidelijkheid: er zullen alleen geen boetes worden opgelegd voor wat betreft overtredingen van het Beperkingenbesluit en bovengenoemde werkgeversverplichting1.

Lijn ten aanzien van uw instelling
Hieronder wordt aan de hand van enkele vragen en antwoorden bovengenoemde lijn nog eens duidelijk op een rij gezet.

Is/wordt de regelgeving aangepast?
Nee. De vigerende tabaksregelgeving blijft bestaan en de instellingen zijn gehouden zich in te spannen de Tabakswet na te leven. Zoals gezegd zal er in 2004 wel een soepele bejegening door de VWA plaatsvinden om de instellingen de tijd te gunnen zich aan de regelgeving aan te passen.

Welke restricties en mogelijkheden biedt de tabaksregelgeving ten aanzien van roken? De Tabakswet beoogt dat:

- cliënten gebruik kunnen maken van de voorzieningen zonder hinder en overlast van tabaksrook;

- familie en kennissen van cliënten de instelling kunnen bezoeken zonder hinder en overlast van tabaksrook;

- werknemers hun werkzaamheden kunnen verrichten zonder hinder en overlast van tabaksrook.
Er zijn echter op basis van de Tabakswet wel mogelijkheden om roken op bepaalde plekken toe te staan:

- er kunnen aparte afgesloten rookruimten worden ingericht, maar de Tabakswet verplicht hier niet toe;

- indien een instelling beschikt over meer dan één kantine, wachtruimte of recreatie- en soortgelijke ruimte kan maximaal de helft van dit aantal ruimten uitgezonderd worden van het rookverbod;

- op basis van de Tabakswet is roken op de privé-kamer niet verboden;
- verder is roken in de open lucht toegestaan. Zoals al eerder opgemerkt sluiten het Beperkingenbesluit en het Besluit uitzonderingen rookvrije werkplek geheel op elkaar aan. Zo geldt de werkgeversverplichting om werknemers een rookvrije werkplek te garanderen niet in een rookruimte, niet in de open lucht, niet op privé-kamers en niet in een van het rookverbod uitgezonderde recreatieruimte.

1 Het gaat dus om overtredingen van artikel 11 en 11a, eerst lid, van de Tabakswet (zie www.rokenendewet.nl).

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Blad
3
Kenmerk
POG/GB 2.451.643

Op welke wijze kan Stivoro ondersteuning bieden bij de implementatie van de Tabakswet? Stivoro beschikt over een ruime deskundigheid op het gebied van bescherming van de niet- roker en de implementatie van de Tabakswet. In 2000 heeft Stivoro een handboek met adviezen voor de ontwikkeling en implementatie van rookbeleid in de GGZ ontwikkeld. In augustus 2003 is Stivoro gestart met drie pilots gericht op het invoeren van rookbeleid binnen instellingen die zijn aangesloten bij GGZ-Nederland, Arcares en Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN). In deze pilots wordt, met behulp van het 7- stappenplan voor het opzetten en implementeren van rookbeleid, gezocht naar praktische oplossingen voor knelpunten bij implementatie van de Tabakswet. Verder kan Stivoro telefonisch ondersteuning bieden bij het invoeren van rookbeleid. Voor meer informatie kunt u terecht bij het informatiepunt `Roken en de Wet' (tel: 0800-0600 of www.rokenendewet.nl en www.rokenendewerkplek.nl).

Hoe gaat de VWA om met reeds opgelegde boetes?
Niet betaalde boetebeschikkingen zullen worden ingetrokken. De VWA zal de betreffende instellingen hierover een brief sturen. Instellingen hoeven hiervoor dus zelf geen bezwaar te maken of andere stappen te ondernemen. Voornemens tot boeteoplegging en waarschuwingen die verstuurd zijn, zullen niet worden gevolgd door het opleggen van een boetebeschikking. Ook in deze gevallen wordt door de VWA een brief gestuurd aan de betreffende instellingen.

Hoe gaat de VWA in 2004 om met klachten over het rookbeleid in betreffende instellingen? Indien er bij de meldkamer van de VWA een klacht binnenkomt over het rookbeleid in een instelling zal de VWA de klacht op locatie onderzoeken. Ook zal de VWA een rapport opmaken waaruit blijkt of aan de Tabakswet wordt voldaan of dat deze wordt overtreden. De VWA zal echter geen boetes opleggen maar betreffende instellingen doorverwijzen naar de eigen koepel en Stivoro voor ondersteuning bij implementatie van de Tabakswet.

Waar kunnen onoplosbare knelpunten worden gemeld?
Instellingen zullen nu eerst voortvarend met de koepels en Stivoro aan de slag moeten om de Tabakswet te implementeren. In veel gevallen blijkt het ook mogelijk om praktische oplossingen te vinden voor de punten waar instellingen nu mee worstelen. Dat blijkt ook uit de controles die de VWA vorig jaar heeft uitgevoerd. Een aanzienlijk deel van de instellingen ziet wel degelijk kans om de Tabakswet goed na te leven. In de loop van 2004 zal duidelijk worden welke knelpunten ook met de expertise van de koepels en Stivoro niet oplosbaar zijn. Ik verwacht dat de koepels dergelijke knelpunten voor het eind van 2004 inventariseren en met Stivoro bespreken. De knelpunten die eind 2004 na dat overleg met Stivoro nog resteren, kunnen de koepels schriftelijk bij mij aanleveren. U kunt voor het melden van knelpunten contact opnemen met uw koepelorganisatie.

Hoogachtend,

de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

H. Hoogervorst


---- --