Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid van Miltenburg over mogelijke misstanden ouderenzorg en de Inspectie voor de Gezondheidszorg. (2030408180)

1.
Heeft u kennisgenomen van de resultaten van een enquête op de internetsite van de Algemene Vergadering Verpleegkundigen en Verzorgenden (AVVV) naar aanleiding van de voorgenomen bezuinigingen in de zorg?

1.
Ja, daar heb ik kennis van genomen.

2.
Deelt u de conclusie van de AVVV, voortkomend uit de analyse van de resultaten, dat de bezorgdheid onder de beroepsbeoefenaren over de teruglopende kwaliteit van de zorg erg groot is?

2.
De conclusies zoals geformuleerd in de brochure "Profs met een plan" zijn te algemeen om, zonder (sectorspecifieke) achtergrond, de ernst van de bezorgdheid te kunnen beoordelen. Ik lees uit de samenvatting van de aanvullende opmerkingen dat verpleegkundigen en verzorgenden zich zorgen maken over de tijd die men aan de individuele cliënt kan bieden. Voor de organisatie van de zorg en de planning van de inzet van personeel is de zorgaanbieder verantwoordelijk. Dergelijke signalen moeten verpleegkundigen en verzorgenden dan ook binnen hun eigen instelling uiten.

3.
Wat is volgens u de achterliggende reden van deze signalen? Denkt u dat de bezuinigingen de oorzaak hiervan zijn, of dat er sprake is van een fundamenteler probleem? Bent u voornemens iets te doen met de bevindingen van de AVVV? Zo neen, waarom niet?

3.
De bezuinigingsmaatregelen zijn gedeeltelijk per 1 juli 2003 van kracht geworden en gedeeltelijk per 1 januari 2004. Het is daarmee nog veel te vroeg om de oorzaak van de in de enquête geuite klachten bij de bezuinigingen te zoeken. Zoals ik bij de voorgaande vraag stelde, de eerste verantwoordelijkheid voor de organisatie van de zorg ligt bij de aanbieder. Het blijft de vraag waarom de ene zorgaanbieder het wel lukt om kwalitatief goede zorg te leveren terwijl een ander het niet voor elkaar krijgt met hetzelfde budget. Zoals bij de behandeling van de begroting al aangekondigd heb ik inmiddels een onderzoek gestart naar de kwaliteit en de doelmatigheid van de zorg in verpleeghuizen waarbij ik inzicht wil krijgen in de verschillen in aanpak en argumentatie van de werkvloer. Daarnaast onderzoekt de Inspectie voor de Gezondheidszorg de kwaliteit van de basiszorg in verpleeghuizen. Vooralsnog ben ik dan ook niet voornemens om meer met de bevindingen van het AVVV te doen, ik wacht de uitkomsten van het door mij gestarte onderzoek af.

4.
Bent u van mening dat er iets lijkt te schorten aan de mogelijkheden om misstanden te melden bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ), gezien de discrepantie tussen het aantal meldingen over de misstanden bij de AVVV en de Inspectie? Zo nee, waarom niet?

4.
Ik ben niet van mening dat er iets schort aan de mogelijkheid om misstanden bij de IGZ te melden. Misstanden kunnen altijd bij de Inspectie worden gemeld en afhankelijk van de aard van de melding zal de inspectie informatie opvragen of actief optreden. Dat geldt voor alle meldingen die de inspectie ontvangt. In het rapport van de AVVV wordt gesteld dat de inspectie geen anonieme meldingen zou behandelen en dat dat een drempel is omdat veel beroepsbeoefenaren niet bij hun werkgever bekend willen worden als klager. In principe baseert de IGZ het oordeel over een melding op omschreven feiten en wordt bij een onderzoek hoor en wederhoor toegepast. De IGZ dringt bij een anonieme melding vanwege dat uitgangspunt dan ook aan op het uit de anonimiteit halen van de melding. Wanneer een melder volhardend is in zijn anonimiteit dan gelden voor inspecteurs vanaf november 2003 de volgende werkinstructies.
· Als een melder anoniem wenst te blijven en ook het object waarover de melding gaat niet herkenbaar gemaakt wordt, kan IGZ door onvoldoende informatie geen nader actie ondernemen.
· Blijft de melder anoniem maar wordt het object herkenbaar gemaakt dan wordt het object door de inspecteur in kennis gesteld van de anonieme melding en zal de inspecteur, afhankelijk van de aard en de ernst van de melding, actie ondernemen en zonodig een oriënterend onderzoek starten.
Ik ben overigens de mening toegedaan dat medewerkers hun professionaliteit tonen door als eerste stap hun klacht binnen de instelling bespreekbaar te maken, daar hoort de eerste afhandeling van klachten thuis.

5.
Klopt het dat, zoals gebleken in gesprekken tussen de AVVV en de Inspecteur Ouderenzorg van de IGZ, anonieme klachten niet in behandeling worden genomen door de IGZ wegens een bestaand protocol? Is het voor de IGZ ook onmogelijk te reageren op algemene constateringen van een beroepsvereniging?

Voor het eerste deel van de vraag verwijs ik naar het antwoord bij vraag 4. De IGZ staat verder zeker open voor algemene constateringen en opvattingen van de beroepsverenigingen over onverantwoorde zorg. Die opvattingen zijn voor de IGZ signalen die bijdragen aan haar prioritering binnen het toezicht.

6.
Bent u bereid te onderzoeken of er verbeteringen kunnen worden aangebracht in de wijze van melden van klachten? Neemt u hierbij ook in overweging dat misstanden anoniem kunnen worden gemeld? Zo neen, waarom niet?

6.
Zie antwoord vraag 4.


---- --