Partij van de Arbeid


Brief van de PvdA aan de vaste Kamercommissie BZK over de staat van beroepsvaardigheden bij de politie


Den Haag, 26 februari 2004


Aan de Voorzittter van de Vaste Kamercommissie voor BZK


Geachte mevrouw Noorman-den Uyl, beste Saskia,


Al weer ruim drie jaar geleden heeft de Kamer met de motie van Heemst/Rietkerk aan de minister van BZK gevraagd de Inspectie van politie een onderzoek te laten doen naar


de staat van beroepsvaardigheden bij de politie en de eventuele verbeteringen die


daarin zijn aan te brengen (motie 27400 VII nr. 24 van 20 november 2000). Deze motie is maar zeer ten dele uitgevoerd. Alleen de staat van de schietvaardigheid is onderzocht.


Over de andere beroepsvaardigheden is bij mijn weten nog steeds geen recent beeld verkregen.


Naar aanleiding van de eerdergenoemde motie zou ik graag willen weten hoe de stand van zaken is met betrekking tot sociale vaardigheden, wetskennis, fysieke conditie, aanhoudingstechnieken en niet in de laatste plaats de rijvaardigheid van het politiekorps.


Wat dit laatste betreft, heeft een artikel uit het Rotterdams Dagblad van zaterdag 21 februari jl. weer eens duidelijk gemaakt hoe slecht het met dit onderdeel van de beroepsvaardigheden is gesteld. Het blijkt dat van de 10.000 politievoertuigen er jaarlijks maar liefs 7.000 betrokken zijn bij een aanrijding of eenzijdig ongeval.


Het op peil houden van beroepsvaardigheden is essentieel voor een geloofwaardig, overtuigend en zelfbewust politieoptreden en is ligt dan ook voor de hand - zoals in de motie is gevraagd- om periodiek te meten hoe het met de beroepsvaardigheden is gesteld.


Ik stel Kamercommissie voor de minister van BZK te vragen om een brief, waarin hij ingaat op de stand van zaken met betrekking tot de beroepsvaardigheden van de Nederlandse politie,


Met vriendelijke groet,


Peter van Heemst (PvdA)


cc. mevr. H. de Gier, griffier