Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzittervan de TweedeKamerderStaten-Generaal

Binnenhof4

Den Haag


- Directie Sociale en Institutionale Ontwikkeling

Afdeling Vrouwen en Ontwikkeling

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum

18 maart 2004

Behandeld


- M.H.T. Peters


Kenmerk


- DSI/VR-59/04

Telefoon


- 31 70 3486692


Blad


- 1/5

Fax


- 31 70 3484883


Bijlage(n)


- Slotverklaring "A turning point"


- Marianne.peters@minbuza.nl


Betreft


- Conferentie van Nederland en UNFPA

Cairo and Beyond: Reproductive Rights and Culture


7, 8 en 9 maart 2004


-
Zeer geachte voorzitter,

Hierbij bied ik u de slotverklaring "A turning point" aan van de conferentie over Reproductive Rights and Culture, die plaatsvond van 7 tot 9 maart 2004 te Amsterdam.


1. Aanleiding tot deze conferentie.

Reproductieve gezondheid en rechten is, zoals uiteengezet in mijn beleidsnotitie "Aan elkaar verplicht: Ontwikkelingssamenwerking op weg naar 2015", een van de prioritaire thema's binnen de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking.

Nederland is sinds de International Conference on Population and Development (ICPD), Cairo 1994, een voortrekker op dit terrein. In 1994 onderschreven 179 landen het ICPD-actieplan. Zij erkenden daarmee dat bevolkingskwesties, armoedebestrijding en duurzame ontwikkeling nauw samenhangen en stelden daarbij vast dat individuele keuzevrijheid de sleutel tot ontwikkeling is.

Kern van de zogenaamde ICPD agenda is dat iedereen het recht heeft vrije keuzes te maken over de hoeveelheid kinderen, wanneer en met wie zij deze kinderen willen krijgen en dat ze vrij van dwang of geweld deze keuzes moeten kunnen maken en dat zij het recht hebben op de hoogste standaard van seksuele en reproductieve gezondheid. Emancipatie (van met name vrouwen en adolescenten) is voorwaarde voor en onderdeel van de ICPD agenda.

Het ICPD-actieplan vertaalde deze rechten in een aantal doelstellingen ten aanzien van onderwijs (en met name participatie van vrouwen en meisjes), reductie van zuigelingen-, kind- en moedersterfte en toegang tot voorlichting en gezondheidsdiensten op het gebied van reproductieve en seksuele gezondheid, inclusief family planning. Het actieplan becijferde eveneens dat voor de implementatie van het programma in 2000 USD 17 miljard beschikbaar zou moeten zijn; waarvan 1/3 door donoren ter beschikking zou moeten worden gesteld. Ook aan de financiële targets hebben alle landen zich gecommitteerd. Zonder geld zijn rechten loze beloftes en blijft armoede bestaan. Echter, in 2000 werd slechts 45,6 % van het streefbedrag gehaald. Met name de donorgemeenschap bleef achter. Donoren haalden slechts 28 % van hun beoogde bijdrage en het VN systeem, de ontwikkelingsbanken en stichtingen droegen slechts 17,6 % van hun target bij.

Tegen deze achtergrond staan binnen de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking op het gebied van reproductieve gezondheid- twee doelen centraal:

§Verhoogd politiek commitment internationaal en nationaal voor Reproductieve Gezondheid en Rechten, inclusief empowerment van vrouwen en jongeren.

§Versnelde en betere uitvoering en financiering van de Caïro Agenda, zowel door Nederland als door de internationale gemeenschap.


2. Uitkomsten van de conferentie

De conferentie over Reproductive Rights and Culture, die in samenwerking met het VN-bevolkingsfonds (UNFPA) is georganiseerd, vormt een bijdrage aan beide doelstellingen. Enerzijds is zij een politiek signaal dat veel publiciteit heeft getrokken in Nederland en ook daarbuiten. Anderzijds is de conferentie de aftrap voor meer dialoog en uitwisseling over de rol die cultuur kan spelen ter bevordering van reproductieve rechten.

Vertegenwoordigers van meer dan 30 landen, vooral uit het Zuiden, ministers en vice ministers waaronder uit Jemen, Estland en China, de ambassadeurs van Zuid Afrika en Oman in Nederland, experts, activisten, religieuze leiders, academici, jongeren, vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld en VN-organisaties bespraken het spanningsveld tussen reproductieve rechten en cultuur. Werkgroepen bogen zich over de relatie tussen reproductieve rechten en religie, identiteit en instituties. Het conferentieverslag zal aanbevelingen en praktische voorbeelden geven van bevordering van reproductieve gezondheid en rechten in verschillende culturele settings.

Ter afsluiting van de conferentie legden UNFPA en Nederland een gemeenschappelijke verklaring af met 10 actiepunten, met het oog op versnelde implementatie van het ICPD-actieplan.

De verklaring doet een oproep tot het verbreken van zwijgen en taboes over cultuur en religie en hun relaties met reproductieve en seksuele gezondheid en rechten en tot meer dialoog en uitwisseling over dit onderwerp. De verklaring bepleit samenwerking met een breed scala aan actoren en betrokkenheid van formele en informele instituties, betrokkenheid van mannen en vrouwen, verdubbeling van politiek en financieel commitment van overheden aan reproductieve gezondheid en rechten en HIV/Aids, bevordering van brede toegang tot goede basic education, uitbanning van geweld tegen vrouwen. De verklaring onderstreept het recht van jonge mensen op informatie (inclusief seksuele educatie) en reproductieve gezondheidsdiensten en het belang van betrokkenheid van jongeren bij besluitvorming en implementatie van het ICPD actieplan. De verklaring kondigt tevens de beschikbaarheid aan van een door Nederland ondersteunde virtuele werkplaats- www.reproductiverightsandculture.orgvoor voortzetting van de dialoog en uitwisseling en kondigt daarnaast een vervolgbijeenkomst ter gelegenheid van 8 maart 2005 aan met als thema " Ontmoeting van generaties". Jongeren worden hierbij van meet af aan volledig betrokken.

Tenslotte wordt vermeld dat bevordering van reproductieve en seksuele gezondheid en rechten, in samenhang met bestrijding van HIV/Aids, een prioriteit is tijdens het Nederlands voorzitterschap in de tweede helft van 2004.

Ik streef ernaar het draagvlak en de betrokkenheid bij het ICPD actieplan in EU-kader te verdiepen en verbreden. De resultaten van deze conferentie, aanbevelingen en voorbeelden, zullen in september a.s. worden benut bij een seminar voor ambtenaren en experts uit de 25 lidstaten en kunnen ook besproken worden tijdens de informele ministeriele OS-bijeenkomst met alle lidstaten in oktober a.s.


- - - - - - - de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven


Bijlage 1: Slotverklaring "A turning point".

Cairo and Beyond: Reproductive Rights and Culture

7-9 March 2004, Amsterdam

A Turning Point

Today, 9 March 2004, at the conclusion of the two-day meeting, "Cairo and Beyond: Reproductive Rights and Culture", organised by the United Nations Population Fund (UNFPA) and the Netherlands Government, we reaffirm our commitment and cooperation to implement the Programme of Action that was adopted at the International Conference of Population and Development (ICPD) in Cairo in 1994.

We acknowledge that much progress has been achieved during the past decade to advance sexual and reproductive health and rights and gender equality. However, challenges remain. In the next ten years we must speed up the implementation of the ICPD Programme of Action in order to fulfil the aspirations of women, men and adolescents worldwide for better health, education and quality of life. The Millennium Development Goals, particularly the eradication of extreme poverty and hunger, cannot be achieved if sexual and reproductive health and rights are not addressed. We regard this conference as a turning point.


·We pledge to break the silence and taboos on culture and religion and their relation to reproductive and sexual health and rights, and establish a permanent dialogue on these vital issues. This conference was a first start in this regard.


·Reproductive and sexual health and rights should be everybody's business. Therefore, we commit ourselves to further expand inclusive partnerships with religious and political leaders, traditional leaders, health system workers, the business community, civil society, and others, to identify and strengthen leadership on these critical global issues.


·Formal and informal institutions have a key role to play in fostering dialogue among all stakeholders on reproductive rights and culture. The fulfilment of reproductive rights requires mutual understanding and commitment of both women and men.


·We call on governments worldwide to redouble their political and financial commitment to reproductive and sexual health and rights, and to combating the spread of HIV/AIDS.


·Education for all is needed to reduce poverty, and to empower women and girls to make their own choices. We urge all governments to ensure the widest and earliest possible access to quality basic education.


·No culture can accept any form of violence against women and girls, such as female genital cutting, that denies them their human rights and dignity. We call on all governments to eradicate all gender-based violence as soon as possible.


·We support the right of young people to information, including sexual education, and reproductive health services. We call upon governments to enable families, civil society and national and local institutions to provide them with these services, and to fully involve young people in the decision-making and implementation of the ICPD Programme of Action.


·The promotion of reproductive and sexual health and rights and the fight against HIV/AIDS will be a priority during the Netherlands presidency of the European Union during the second half of 2004.


·Today we announce a virtual work place to enable a global network to continue our conversations on reproductive rights and culture on the World Wide Web (www.reproductiverightsandculture.org), facilitated by support of the Netherlands government. This virtual work place will provide an open forum for the permanent exchange of best practices and views and naming and shaming of bad practices. The report of this conference will be posted on the website.


·On March 8, 2005 the Netherlands government will follow-up on this conference by organising an international gathering focussing on the meeting of generations. Youth will be fully involved from the beginning.

These ten actions underline the joint commitment of the Netherlands Government and UNFPA. Both will take them into account in carrying out their respective policies and programmes.

Agnes van Ardenne- van der Hoeven, Netherlands Minister for Development Cooperation

Thoraya Ahmed Obaid, Executive Director of UNFPA

Amsterdam, 9 March 2004


- Kortheidshalve wordt hier de term reproductieve gezondheid gebruikt; de term dekt echter de bredere lading van reproductieve en seksuele gezondheid en rechten.

===