Gemeente Amsterdam

Resultaten beleid sportstimulering in Amsterdam; meer jonge Amsterdammers sporten
6 april 2004 - Remco Asselbergs
Jongeren tussen de 6 en 24 jaar sporten meer ten opzichte van 1999. Dat staat in de resultaten van de Amsterdamse Sportmonitor 2003. Dit is de belangrijkste conclusie van het onderzoek waarvan het college van B&W vandaag kennis heeft genomen.

Bij eerdere onderzoeken was er sprake van een daling van het aantal jongere sporters. Deze stijging lijkt er op te duiden dat het huidige sportstimuleringsbeleid gericht op basisscholen en voortgezet onderwijs en onderschrijft dat de uitgangspunten van de sportstimuleringsnota: "Resultaat door Samenspel" resultaat hebben.

Wethouder Sport, Hester Maij:"Ik ben erg blij dat de sportstimuleringsactiviteiten als `Jeugdsport in Beweging' en `Topscore' hun vruchten afwerpen en er meer en meer jongeren aan het sporten gaan. Dat is goed voor de sociale cohesie en de gezondheid in de stad."

In het onderzoek, dat in is uitgevoerd door dienst Onderzoek en Statistiek (O+S), zijn zo'n 1200 Amsterdammers geïnterviewd over hun sportdeelname, tevredenheid over sport(accommodatie)aanbod en het vrijwilligerswerk dat voor de sport wordt uitgevoerd in de stad. Het onderzoek besteedt nadrukkelijk ook aandacht aan het sporten door mensen met een beperking of een chronische ziekte. Van deze Amsterdammers sport 31% minstens één keer per maand. Het aantal vrijwilligers bij sportverenigingen daalt, met als gevolg dat er wachtlijsten bestaan voor nieuwe, voornamelijk jonge, sporters. In 1999 was nog 11 procent van de sporters vrijwilliger, in 2003 is dat gedaald naar 8 procent. Het aantal sporters dat een keer per maand sport is, door de daling van het aantal sporters boven de 25 jaar, in 2003 gedaald van 55 naar 50 procent ten opzichte van 1999.

Uit de monitor blijkt dat vooral mensen die in het verleden wel eens gesport hebben, eerder geneigd zijn te gaan sporten (61% van hen wil weer gaan sporten). Mensen die nog nooit gesport hebben, lijken moeilijker over te halen om te gaan sporten: 25% van hen wil gaan sporten, 72% van hen wil niet sporten en 3% weet het nog niet.

Pb-069