European Commission

IP/04/467

Brussel, 7 april 2004

Commissie doet aanbevelingen voor concrete maatregelen om de groei en werkgelegenheid in de uitgebreide EU te bevorderen

Vandaag heeft de Europese Commissie haar goedkeuring gehecht aan de eerste actualisering van de globale richtsnoeren voor het economisch beleid (GREB). Daarin wordt aangegeven dat moet worden vastgehouden aan de strategie voor het economisch beleid die de Europese Raad afgelopen juni heeft vastgesteld, en dat deze strategie ook geschikt is voor de toetredende landen. Daarnaast zal de Commissie haar goedkeuring hechten aan werkgelegenheidsaanbevelingen op basis van de tijdens de Europese Raad van maart 2004 vastgestelde beleidslijnen en de bevindingen van de Europese task force voor werkgelegenheid onder het voorzitterschap van Wim Kok. Daarbij wordt het in 2003 herziene kader, namelijk de Europese werkgelegenheidsstrategie en de richtsnoeren voor de werkgelegenheid, instandgehouden. De problemen waarvoor de nieuwe lidstaten zich geplaatst zien, zijn identiek aan, maar in een aantal gevallen wel veel omvangrijker dan die in de EU-15. De werkloosheid en het begrotingstekort zijn tweemaal zo hoog als in de EU-15, terwijl het inkomen per hoofd van de bevolking slechts de helft van dat in de EU-15 bedraagt. Wel loopt de situatie per nieuwe lidstaat sterk uiteen. Aan elk land worden aanbevelingen gedaan waarbij rekening wordt gehouden met zijn prestaties.

Voorzitter Prodi: "Het pakket van vandaag versterkt de economische integratie in het nieuwe Europa van 25 lidstaten en vormt een alomvattende strategie die gericht is op hetgeen Europa zo dringend nodig heeft: meer groei en werkgelegenheid en een ambitieuze blik op de toekomst."

Commissaris Solbes´ commentaar op de aanbeveling van de Commissie: "De integratie van de nieuwe lidstaten in het economische beleidskader van de EU via de GREB vormt een belangrijke stap voorwaarts. In deze landen kan een economische dynamiek worden ontwikkeld die door hun feitelijke economische integratie en door de uitvoering van de agenda van Lissabon zal worden versterkt."

Stavros Dimas, Europees Commissaris voor werkgelegenheid en sociale zaken: "Door deze aanbevelingen op te volgen, moeten de lidstaten laten zien dat zij zich in zullen blijven zetten voor meer en hoogwaardigere werkgelegenheid in de Europese Unie. In deze aanbevelingen worden de waardevolle adviezen van Wim Kok en de andere leden van de task force voor werkgelegenheid overgenomen. Deze aanbevelingen moeten nú in de praktijk worden gebracht."

GREB: Aan de algemene strategie wordt vastgehouden

In deze actualisering ligt vooral de nadruk op de integratie van de nieuwe lidstaten in het bestaande kader voor de coördinatie van het economisch beleid. Hoewel de structurele problemen in de nieuwe lidstaten niet fundamenteel verschillen van die in de huidige EU-landen, zijn soms wel grotere inspanningen vereist omdat:
* de werkloosheid bijna tweemaal zo hoog is als in de EU-15;
* de begrotingstekorten zo´n zes procent van het BBP bedragen;
* het inkomensniveau meer dan de helft lager ligt dan in de huidige lidstaten.

De richtsnoeren blijven rond drie hoofdonderwerpen geconcentreerd:

op groei en stabiliteit gericht macro-economisch beleid, hetgeen dus ook inhoudt dat de nieuwe lidstaten een feitelijke en duurzame nominale convergentie moeten realiseren; gezonde begrotingen; terugdringing van de tekorten op de lopende rekening; nominale loonstijgingen die niet schadelijk zijn voor de prijsstabiliteit en productiviteit;

economische hervormingen om het Europese groeipotentieel te versterken. Daartoe moeten de toetredende landen een werkgelegenheidsbeleid ten uitvoer leggen dat de huidige structurele verschuivingen op de arbeidsmarkt kan ondervangen, en moeten ze de productiviteit bevorderen door de concurrentie te stimuleren, de regelgeving terug te dringen, onderzoek en ontwikkeling te verbeteren en de kapitaalmarkten beter te laten functioneren;

versterking van de duurzaamheid: economische stabiliteit, met name om de gevolgen van de vergrijzing op te vangen, sociale duurzaamheid (banen zijn van essentieel belang om mensen van armoede te bevrijden) en ecologische duurzaamheid (investeringen in de vervoers- en energiesector kunnen een belangrijke rol spelen).

Gezien de omvang van de problemen is het duidelijk dat de nieuwe lidstaten een aantal moeilijke politieke keuzes moeten maken. De GREB houden rekening met de specifieke omstandigheden van de toetredende landen door bijvoorbeeld in de landenspecifieke aanbevelingen langere aanpassingsperioden op te nemen dan die voor de huidige lidstaten.

Voor de huidige lidstaten blijven de tijdens de Europese Raad van juni 2003 vastgestelde aanbevelingen in de GREB tot 2005 volledig van kracht. De landennotities voor Duitsland, Griekenland, Frankrijk, Italië, Nederland, Portugal en het Verenigd Koninkrijk zijn op een beperkt aantal punten aangepast om te wijzen op de noodzaak om het begrotingsbeleid aan te passen.

Het volledige document is te vinden op internet:

http://europa.eu.int/comm/economy_finance/publications/broadeconomypol icyguidelines_en.htm

Werkgelegenheidsaanbevelingen voor 2004

De werkgelegenheidsaanbevelingen geven voor iedere lidstaat afzonderlijk aan hoe ze de werkgelegenheidsrichtsnoeren uit 2003 kunnen uitvoeren. Omwille van de continuïteit stelt de Commissie geen wijziging van deze richtsnoeren voor. Wel heeft zij op basis van ontwikkelingen in het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten en op basis van de bevindingen van de Europese task force voor werkgelegenheid de aanbevelingen aangepast. De
werkgelegenheidsaanbevelingen voor 2004 bestaan uit drie delen: vier gemeenschappelijke aanbevelingen die zijn gericht op de prioritaire hervormingen, namelijk verbetering van het aanpassingsvermogen van werknemers en ondernemingen, meer mensen ertoe bewegen de arbeidsmarkt op te gaan en op de arbeidsmarkt te blijven, meer en doelmatiger investeren in menselijk kapitaal en in levenslang leren en daadwerkelijke tenuitvoerlegging van hervormingen door betere governance;
aanbevelingen aan elk van de huidige lidstaten afzonderlijk, waarin een groot aantal punten is verwerkt die de task force onder de aandacht heeft gebracht;
de voornaamste punten waarop de toetredende landen moeten letten bij de uitwerking van hun nationale actieplannen voor werkgelegenheid, die voor het eerst worden gebaseerd op de door de task force vastgestelde prioriteiten en op de gezamenlijke beoordelingen van de toetredende landen en de Commissie.

Deze aanbevelingen vormen een van de instrumenten voor de uitvoering van de Europese werkgelegenheidsstrategie omdat ze aangeven wat de meest urgente problemen zijn waaraan de lidstaten iets moeten doen. Ze maken duidelijk dat er geen pasklare oplossing bestaat. In plaats daarvan worden losse maatregelen aan de hand gedaan die het wederzijds leerproces en de uitwisseling van ervaringen - beide van cruciaal belang voor de Europese werkgelegenheidsstrategie - bevorderen.

Het volledige document is te vinden op internet:

http://europa.eu.int/comm/employment_social/news/2004/apr/egl2004_en.h tml