Gemeente Helmond
---
Vervoer over water biedt goede perspectieven voor de toekomst
Dit is een gezamenlijk persbericht van:
1. Gemeente Best
2. Gemeente Eindhoven
3. Gemeente Helmond
4. Gemeente Laarbeek
5. Gemeente Son en Breugel
6. Gemeente Veghel
7. Kamer van Koophandel Oost-Brabant
8. N.V. REDE
9. Provincie Noord-Brabant
10. Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE)
11. Ministerie Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, directie
Noord-Brabant
Resultaten verkennende studie naar bereikbaarheid Zuidoost-Brabant
over water
Het kanalenstelsel in Zuidoost-Brabant heeft grote economische
potenties voor goederenvervoer via de binnenvaart als alternatief voor
wegtransport en railvervoer. Met name door de verwachte groei van
bestaande en nieuwe transportstromen over water. Bijvoorbeeld met
nieuwe binnenvaartconcepten voor het hoogwaardig vervoer van pallets.
Een voorwaarde is wel dat een aantal fysieke knelpunten, zoals de
sluizen 4, 5 en 6 op de Zuid-Willemsvaart, wordt opgelost.
Dit zijn de conclusies van de verkennende studie BERZOB, die
gezamenlijk door de directie Noord-Brabant van Rijkswaterstaat van het
Ministerie van Verkeer en Waterstaat en tien andere partners is
uitgevoerd en bekostigd. BERZOB staat voor Bereikbaarheid
Zuidoost-Brabant over water.
De aftrap van deze gezamenlijke studie vond plaats op 18 december 2002
door de ondertekening van een Intentieverklaring door de gemeenten
Best, Eindhoven, Helmond, Laarbeek, Son en Breugel, Veghel, de Kamer
van Koophandel Oost-Brabant, de NV REDE, de Provincie Noord-Brabant,
het Samenwerkings-verband Regio Eindhoven en de RWS-directie
Noord-Brabant van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Bij de
verkenning zijn naast de initiatiefnemers ook andere instanties en een
grote groep belanghebbenden, o.a. uit het verladende en het
vervoerende bedrijfsleven, betrokken geweest.
De kernvraag voor de studie BERZOB was tweeledig
1. Heeft vervoer over water in de regio Zuidoost-Brabant een
economisch perspectief in de toekomst?
2. Welke maatregelen op het gebied van infrastructuur, planologie en
logistiek moeten worden genomen om deze ontwikkeling mogelijk te
maken en te ondersteunen?
De conclusie is dat vervoer over water van en naar de regio
Zuidoost-Brabant potenties heeft. De ontwikkeling van nieuwe
binnenvaartconcepten voor het hoogwaardig vervoer van containers en
pallets, zoals onder andere Distrivaart, geeft daarbij een extra
impuls. Ook het invaren van ophoogzand, dat in de toekomst vanaf zee
wordt aangevoerd, is een belangrijke factor. Zo kunnen naast een groei
van bestaande vervoerstromen diverse nieuwe vervoerstromen ontstaan.
Knelpunten en maatregelen
Wel moet een aantal fysieke knelpunten op de kanalen worden opgelost.
De oude, in slechte staat verkerende, sluizen 4, 5 en 6 op de
Zuid-Willemsvaart ten zuiden van Veghel zullen op niet al te lange
termijn moeten worden vernieuwd. Vernieuwing biedt tevens de kans om
deze sluizen meteen geschikt te maken voor een grotere vaarklasse. De
vraag vanuit het verladende bedrijfsleven en de positieve verhouding
tussen kosten en baten rechtvaardigen een dergelijke investering.
Vervolgens kan, op basis van de vraag door economische en logistieke
ontwikkelingen bij bedrijven en vervoerders, een verruiming van de
kanalen tussen Veghel en Son worden gepland. Een kosten-batenanalyse
laat zien dat dit rendabele maatregelen zullen zijn. Op termijn moet
dit leiden tot een klasse IV vaarweg van de Maas tot aan Son en
Helmond.
De vernieuwing van de sluizen 10 tot en met 13 in de Zuid-Willemsvaart
tussen Helmond en Nederweert wordt afgerond (planning gereed in 2008).
Voor het Beatrixkanaal en het Wilhelminakanaal ten westen van Son
worden geen aanpassingen voorgesteld. Het is wel van belang om deze
huidige vaarwegen, ondanks de beperkingen in afmetingen, op een goed
onderhoudsniveau te brengen en te bedienen volgens de eisen van
moderne scheepvaart. Door alle maatregelen ontstaat een betrouwbare
vaarweg voor moderne hoogwaardige vervoersystemen tot in het hart van
stedelijke gebieden. Ook krijgt het verladende en vervoerende
bedrijfsleven meer zekerheid betreffende de toekomst van de vaarweg.
Goede samenwerking en afstemming
Voor het slagen van de geschetste ontwikkelingen is een goede
samenwerking en afstemming tussen beheerders, gebruikers en andere
belanghebbenden van wezenlijk belang. Van de gemeenten/regionale
overheden wordt gevraagd in de ruimtelijke plannen rekening te houden
met ruimtereserveringen voor natte bedrijfsterreinen en mogelijkheden
voor regionale overslag centra of distributiecentra aan water. Van de
verladers wordt de stap verwacht om gebruik te maken van de door
vervoerders aangeboden nieuwe logistieke concepten. Tijdens het
project BERZOB bleek dat bij hen en bij de overige betrokkenen de
ambitie er is om de plannen te verwezenlijken en de bereidheid om daar
mogelijk ook financieel aan bij te dragen.
De resultaten van de verkenning BERZOB zijn in de volgende documenten
vastgelegd:
1. Het hoofdrapport van BERZOB, met daarin opgenomen een samenvatting
en de conclusies;
2. BERZOB KORT, een nota op hoofdlijnen. Deze samenvatting is
toegankelijker voor niet direct betrokkenen en geeft snel een
beeld van de verkenning en de uitkomsten;
3. Een Flyer. Deze is geproduceerd voor een ruimere verspreiding en
ter informatie van een grote groep belangstellenden.
Deze documenten zijn te downloaden via www.rijkswaterstaat.nl/water.
Nu de studie is afgerond start een fase van besluitvorming, waarbij
door de Minister van Verkeer en Waterstaat o.a. ook de resultaten van
de provinciale strategische visie over de Brabantse vaarwegen zal
worden betrokken.