Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzittervan de TweedeKamerderStaten-Generaal

Binnenhof4

Den Haag


- Directie Sub-Sahara Afrika

Afdeling Zuidelijk Afrika

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum


- 4 juni 2004

Behandeld


- Sara M. Cohen


Kenmerk


- DAF-402/04

Telefoon


- +31 (0)70 348 5917


Blad


- 1/9

Fax


- +31 (0)70 348 6607


Bijlage(n)


- 1


- E-mailsara.cohen@minbuza.nl


Betreft


- Beantwoording vragen van de leden Fierens en

Tjon-a-Ten over corruptie met ontwikkelingsgelden


-

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Fierens en Tjon-a-Ten over corruptie met ontwikkelingsgelden. Deze vragen werden ingezonden op 19 mei 2004 met kenmerk 2030414500.


-


-
De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven

Antwoord van mevrouw van Ardenne-van der Hoeven, minister voor Ontwikkelingssamenwerking, op vragen van de leden Fierens en Tjon-a-Ten (beiden PvdA) over corruptie met ontwikkelingsgelden

Vraag 1-
Heeft u kennisgenomen van het artikel over de bevindingen van de VVD naar aanleiding van het werkbezoek/reis van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken naar Mozambique in de Telegraaf van dinsdag 11 mei jl.? Wat is uw reactie op de strekking van dit artikel?

Antwoord-
Ja. De in het artikel genoemde percentages van corruptie in Mozambique, naar aanleiding van de uitspraken van de VVD, komen niet overeen met de werkelijkheid.

Vraag 2-
Welke gevallen zijn bekend van staatscorruptie en wat is de omvang hiervan en van deze zogenaamde kleine corruptie? Hoe verhoudt de omvang van de corruptie zich met die in andere landen, inclusief Nederland?


-
Antwoord-
Corruptie in Mozambique kan ruwweg in drie groepen onderverdeeld worden:

'Petty-corruption' die de burger raakt: Deze komt ondermeer voor in de onderwijs- en gezondheids-sector en betreft bijvoorbeeld docenten of verplegers die alleen hun diensten verlenen op basis van een 'tegenprestatie'. Kleine corruptie komt ook voor bij het verstrekken van vergunningen, identiteits-bewijzen, landtitels, etcetera.

Corruptie die het bedrijfsleven raakt: Ingewikkelde regelgeving is hier vaak oorzaak van corruptie die zowel het midden- en kleinbedrijf als het grotere bedrijfsleven raakt. Vermindering van 'red tape' staat hoog op de agenda en wordt onder meer aangepakt door de op handen zijnde herziening van de regelgeving voor handels- en industriële activiteiten en de Arbeidswet. De grootschalige corruptie in het bankwezen was vooral te wijten aan gebrek aan adequate regelgeving en toezicht (zie verder antwoord op vraag 5). Een belangrijke vorm van corruptie is gerelateerd aan 'openbare aanbestedingen', waarbij het initiatief zowel bij de staat als bij het bedrijfsleven kan liggen.

Corruptie binnen de overheid: Dit betreft onder meer misbruik van fondsen uit de staatskas en misbruik van machtsposities (zoals bijvoorbeeld baantjes toewijzen).

In de drie bovengenoemde categorieën is de situatie zorgelijk genoeg om nauwgezet aandacht aan te besteden. De exacte omvang van corruptie is in algemene zin door de aard van het probleem lastig in getallen te vangen. Hierbij wordt veelal gebruik gemaakt van perceptieonderzoek, zoals de Corruption Perceptions Index (CPI) die jaarlijks door Transparency International wordt gepubliceerd. Deze index is gebaseerd op de perceptie van academici, zakenlieden en analisten over de mate van corruptie in landen. Mozambique stond in de CPI van 2003 op plaats 86 van de in totaal 133 landen die voor de lijst van dat jaar waren onderzocht. Het is evenwel niet zozeer de rangorde tussen landen die interessant is, als wel de ontwikkeling in de score die een specifiek land in de loop der tijd krijgt toebedeeld. Deze score varieert van 0 (zeer corrupt) tot 10 (vrijwel corruptievrij). Voor Mozambique is een licht positieve trend te zien, van 2,2 in de CPI van 2000 naar 2,7 in 2003. Belangrijk is echter te onderstrepen dat de CPI niet meer geeft dan een indicatie; het gaat immers om de perceptie van een beperkt aantal personen, niet om harde, objectieve feiten.

Vraag 3-
Hoeveel heeft Nederland de afgelopen 5 jaar bijgedragen aan projecten en programma's voor 'goed bestuur' in Mozambique en welke prioriteiten zijn daarbij gesteld? Kunnen deze bijdragen gespecificeerd worden naar steun voor de bestrijding van de groeiende corruptie via: - de opbouw van het justitieapparaat; - de wetgeving; - het beheer van de openbare financiën; - het opzetten van een Rekenkamer; en - anderszins?

Antwoord-
Nederland draagt bij aan 'goed bestuur' via de algemene begrotingsteun. In 2004 is afgerond negen procent van de Mozambikaanse begroting bestemd voor deze prioritaire sector. Van onze begrotingssteun van 14 miljoen euro in 2004 valt dus ook negen procent toe te rekenen aan deze sector, oftewel 1,3 miljoen euro. Goed bestuur is een van de prioritaire sectoren die door de donoren, inclusief Nederland. wordt ondersteund. De begrotingssteun aan Mozambique is onder meer gekoppeld aan een lijst prioritaire acties. Die acties liggen vrijwel allemaal op het terrein van goed bestuur, ondernemingsklimaat en beheer van openbare financiën, inclusief gezonde accountancyregels. De specificatie van de uitgaven is terug te vinden in de Mozambikaanse begroting. Ook binnen de sectorale programma's (zoals in gezondheid, onderwijs en water) staat verantwoord financieel beheer door de ontvangende partij voortdurend op de agenda.

Daarnaast heeft Nederland de afgelopen vijf jaar bijna 17 miljoen euro besteed aan projecten en programma's op het gebied van goed bestuur. Specifiek zijn deze fondsen gegaan naar Decentralisatie (7 miljoen euro), Politie Hervorming (7 miljoen euro), Justitie/Anti-corruptie (3 miljoen euro) en mensenrechten (0,3 miljoen euro).

Vraag 4-
Bent u bereid met uw beleidsvoornemens ten aanzien van Mozambique in het kader van 'goed bestuur' aan te sluiten bij de zich wijzigende prioriteitenstelling van de Mozambikaanse regering, die gericht is op de opbouw van een goed justitieel- en financieel apparaat?

Antwoord-
In de laatste jaarlijkse Joint Review is het thema corruptie, in samenhang met de noodzakelijke versterking van de justitiesector, uitgebreid aan bod gekomen. Regering en donoren zijn het erover eens dat corruptiebestrijding een belangrijk aandachtspunt is. Goed bestuur is daarom zowel voor Nederland als de donoren in de groep van G-15 de rode draad en de centrale randvoorwaarde voor het leveren van begrotingssteun.

Voor verbetering van de overheidsadministratie (invoering van nieuw systeem voor overheidsfinanciën SISTAFE) heeft Nederland in 2002 additioneel 2,3 miljoen euro aan begrotingssteun beschikbaar gesteld. Daarbij heeft Nederland het standpunt ingenomen dat er geen reden is deze steun in projectvorm te gieten. Het gaat hierbij om een actie die voor de Mozambikaanse regering de hoogste prioriteit heeft en die dus uit de reguliere begrotingsmiddelen betaald kan en moet worden. Eenzelfde redenering geldt voor versterking van de interne accountantsdienst en de externe controle (Rekenkamer), waaraan Nederland groot belang hecht.

Vraag 5-
Bestaat er een samenhang, en zo ja welke, tussen enerzijds de grootscheepse privatiseringsoperaties, die onder andere op advies van de Wereldbank hebben plaatsgevonden, en de snelle overschakeling (binnen 10 jaar) naar een vrije markteconomie, en anderzijds de groei van corruptie?


-
Antwoord-
Er bestaat zeker enige samenhang. Uit tal van studies over de goed gedocumenteerde bankcrisis in Mozambique blijkt dat er met name veel is misgegaan in de jaren van de eerste, grotendeels mislukte, privatisering van de banken (1996/1997) wegens gebrek aan voldoende toezicht en regelgeving. Dit leidde uiteindelijk in 2000/2001 tot een bankcrisis toen de Staat grote sommen geld moest steken in de redding van de banksector.

Er is de laatste jaren echter flink vooruitgang geboekt in sanering van de financiële sector en versterking van het toezicht, zowel door de Centrale Bank als in de geprivatiseerde banken zelf. De resultaten van de probleembanken waren in 2003 positief en de Staat is van plan zich de komende jaren geleidelijk geheel terug te trekken uit de bankwereld. Privatisering hoeft dus niet tot corruptie te leiden, mits zorgvuldig uitgevoerd. Datzelfde geldt voor de overschakeling naar een vrije markteconomie.

Vraag 6-
Indien er sprake is van zo'n samenhang, is in onze OS-relatie met Mozambique dan rekening gehouden met de noodzaak van een juridisch vangnet? Zo ja, hoe?

Antwoord-
In elk land is een betrouwbaar en efficiënt juridisch systeem van groot belang. Zo ook in Mozambique. Het gaat dus niet zozeer om een apart juridisch vangnet voor gevallen van corruptie voortkomend uit privatisering of liberalisering. Dat neemt niet weg dat er stevige druk nodig blijkt op het juridisch apparaat in Mozambique om voldoende prioriteit te geven aan vervolging van deze delicten. De fraude bij de bank BCM heeft inmiddels tot een strafproces geleid. Dit jaar beginnen de voorbereidingen voor strafrechterlijke vervolging van de fraude bij de Banco Austral.

In de verdragen over steun aan Mozambique (algemeen of per sector) en in de clausules bij projecten zijn de gebruikelijke bepalingen opgenomen die het mogelijk maken betalingen stop te zetten of terug te vorderen bij bewezen corruptie. De onlangs van kracht geworden Investeringsbeschermingsovereenkomst (IBO) met Mozambique kan onder meer dienst doen als vangnet voor private investeerders.

Vraag 7-
Kan de Tweede Kamer in een brief nader geïnformeerd worden over de inzet van Nederlandse OS-gelden in de verschillende partner-landen voor de ontwikkeling van 'goed bestuur' en dan in het bijzonder voor de opbouw van een justitieel en financieel apparaat voor de bestrijding van corruptie?


-
Antwoord-
Deze informatie zal worden opgenomen in de eerder door mij toegezegde brief over de resultaatsgerichte aanpak in landen en sectoren in de bilaterale ontwikkelingssamenwerking, als uitwerking van Aan Elkaar Verplicht. Deze brief is in voorbereiding en zal de Kamer op korte termijn toegaan.

Vraag 8-
Hoe verhoudt het doel om de omvang van de wereldwijde budgetsteun aan Mozambique binnen 5 jaar terug te brengen van 50% tot 40% van de eigen begroting, zich tot de omvang van de begrotingssteun aan andere door Nederland ondersteunde ontwikkelingslanden?

Antwoord-
Nederland steunt het streven van een land als Mozambique om de afhankelijkheid van buitenlandse hulp te doen afnemen. De informatie dat de Mozambikaanse regering de budgetsteun zou willen terugbrengen tot veertig procent van de eigen begroting is overigens niet juist. Om de externe afhankelijkheid in de komende jaren terug te brengen zal het land zijn eigen begrotingsinkomsten (met name belastingen) geleidelijk moeten verhogen. Nederland onderschrijft dit. Het zal dit proces in multidonorverband nauwgezet monitoren en de Nederlandse bijdrage in de komende jaren hierop aanpassen al naar gelang de vorderingen die worden geboekt aan Mozambikaanse zijde en de externe financieringsbehoefte die daarvan het resultaat zal zijn.

Deze principes hanteert Nederland niet alleen ten opzichte van Mozambique, maar ook ten opzichte van andere partnerlanden.

===