Gemeente Breda

Persberichten

08-06-2004

Verzoek om vrijstelling twee glastuinbouwcomplexen Prinsenbeek afgewezen

Burgemeester en wethouders stellen de gemeenteraad voor om het vestigen van twee glastuinbouwcomplexen in Prinsenbeek af te wijzen. Het betreft het verzoek van de Tuinbouwontwikkelingsmaatschappij uit Den Bosch voor het vestigen van twee grotere glastuinbouwcomplexen (7,7 en 6,6 ha) aan de Weimersedreef. Het college is van mening dat dergelijke grootschalige glastuinbouw hier niet past. Het voorstel komt 29 juni voor advisering in de commissie Stedelijke Ontwikkeling en Verkeer en 15 juli voor behandeling in de gemeenteraad.

De Tuinbouwontwikkelingsmaatschappij uit s-Hertogenbosch heeft een vrijstellingsverzoek ingediend voor het oprichten van twee glastuinbouwcomplexen aan de Weimersedreef te Prinsenbeek. Het betreft een verzoek op grond van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening voor het bouwen van een glastuinbouwbedrijf van 7,7 ha en een glastuinbouwbedrijf van 6,6 ha.

Het college is van mening dat dergelijke grootschalige glastuinbouwontwikkelingen niet passen binnen de beleidsuitgangspunten zoals deze voor Prinsenbeek zijn neergelegd in het recente bestemmingsplan Buitengebied Prinsenbeek. Dit bestemmingsplan laat binnen het agrarisch gebied nieuwvestiging van glastuinbouwbedrijven toe tot maximaal 4 ha. Omschakeling van bestaande vollegrondsbedrijven naar glastuinbouwbedrijven behoort eveneens tot de mogelijkheden mits ook deze niet groter worden dan 4 ha. Dit uitgangspunt is hier van toepassing verklaard, omdat het hier om een gebied gaat met veel kleinschalige agrarische bedrijven en relatief veel burgerwoonbebouwing. De gemeente wil ruimte voor glastuinbouw in Prinsenbeek gereserveerd houden voor kleinere familiebedrijven en als locatie voor de hervestiging van kleinschalige glastuinbouwbedrijven die elders vanwege stedelijke ontwikkelingen moeten verdwijnen.

Breda, 8 juni 2004