Provincie Zuid-Holland

Te weinig woningen voor jong en oud in Zuid-Holland

Woonvisie biedt inzicht in woonwensen

In de Provinciale Woonvisie 2005-2015 staat centraal dat voor alle bevolkingsgroepen gestreefd moet worden naar de beschikbaarheid van passende woningen. In de visie wordt zorgvuldig gekeken naar de behoefte aan sociale woningbouw, maar ook naar het scheppen van woonmilieus voor midden- en hogere inkomens. Naast de enorme behoefte die er is aan woningen voor ouderen en jongeren, blijft er vanzelfsprekend aandacht voor de gezinshuishoudens.

Economische ontwikkeling en welvaartsgroei zijn van invloed op de specifieke woonwensen. Maar ook andere trends hebben hun weerslag op de woningbehoefte in Zuid-Holland. De individualisering, kleinere gezinnen en de instroom van vluchtelingen leiden tot steeds meer vraag naar woningen voor alleenstaanden. Daarnaast heeft de toenemende vergrijzing, het langer zelfstandig wonen van ouderen en zorg aan huis, grote gevolgen voor de aard van de woningbehoefte.

Accenten in de woonvisieDe woonvisie bevat verschillende accenten om de doelen van het college van Gedeputeerde Staten te verwezenlijken. Gedeputeerde Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling Asje van Dijk: "Onze strategie is dat wij eerst willen bouwen in de centra van steden en dorpen nabij bestaande of nieuw te ontwikkelen stations en haltes van openbaar vervoer. Onze ambitie is om 50% van de nieuwe behoefte aan woningen binnen de bebouwde kom te realiseren. De overige woningen kunnen in uitleglocaties worden gerealiseerd zoals bijvoorbeeld de Zuidplaspolder of de as Leiden - Katwijk".

Het college wil tussen de 25 en 30% van de nieuwbouw als sociale woningbouw realiseren. In elk geval dient de sociale woningvoorraad (ruim 500.000 woningen) niet te dalen. Op dit moment wordt meer dan de helft van de sociale woningvoorraad in Zuid-Holland bewoond door mensen die een betere inkomenspositie hebben dan waarvoor deze woningen bestemd zijn. Om de sociale woningvoorraad weer meer voor de lagere inkomens beschikbaar te krijgen, dient de doorstroming op een hoger niveau te komen.

De belangrijkste prioriteit ligt de komende jaren op het bouwen voor senioren en starters op de woningmarkt. Jaarlijks moeten circa 6.000 'nultrede' (traploze) woningen voor senioren gerealiseerd worden. Ook moeten de stedelijke woonmilieus meer gedifferentieerd worden. Bij sloop van sociale woningbouw in de grote steden kan meer gebouwd worden voor midden- en hogere inkomensgroepen. Regionaal wordt ervoor gezorgd dat de sociale woningbouw, die niet meer in de stad terugkomt, in de randgemeenten wordt opgevangen.

Woningbehoefte Zuid-HollandIn de komende tien jaar (2005-2015) moeten er in Zuid-Holland zo'n 212.000 woningen gebouwd worden. Er zijn 157.000 nieuwe woningen nodig en voor de vervanging van te slopen woningen ongeveer 55.000. De huidige woningbouwproductie van 16.000 per jaar moet in de komende vijf jaar flink omhoog, met een jaarlijkse toename van circa 2.000.

Rol van de provincieDe provinciale rol is niet allesbepalend. De provincie bouwt geen woningen, dat doen gemeenten in samenwerking met woningbouwcorporaties en marktpartijen. De provincie heeft vooral de taak de lange termijn behoefte zichtbaar te maken, zowel kwantitatief waar het de bouwproductie betreft, als kwalitatief waar het de verschillende woonmilieus betreft. Om de bouwproductie meer in overeenstemming te brengen met de woonbehoefte, geeft de provincie via haar streekplannen aan waar gebouwd mag worden. Met regionale partners worden afspraken gemaakt over bouwprogramma's en de daarbij te realiseren woningbouwproductie, zowel kwantitatief als kwalitatief. De lokale (of regionale) woonvisie is daarvoor een coördinatiemiddel. Het in de gaten houden van de voortgang en het vroegtijdig daarop reageren, kan het bouwproces verder stimuleren. Tenslotte houdt de provincie toezicht op het lokale en regionale toewijzingsbeleid.

Bron: afdeling Communicatie, telefoon 070 - 441 66 22