Ministerie van Buitenlandse Zaken

Gezamenlijk Actieprogrammavoor 2004-2006tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlandenenhet Kabinet van Ministers van Oekraïne- De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en het Kabinet van Ministers van Oekraïne, hierna te noemen de Ondertekenaars,


·Indachtig de significante ervaringen in het verleden voortvloeiend uit hun wederzijdse betrekkingen,


·Gelet op de positieve dynamiek van de ontwikkeling van de huidige bilaterale betrekkingen,


·Geleid door de wens hun gezamenlijke politieke wil de bilaterale betrekkingen op politiek, economisch, technisch en wetenschappelijk alsmede op cultureel en onderwijsgebied verder te intensiveren en de samenwerkingsstructuren op die terreinen een dynamischer karakter te geven,


·Gelet op de internationale en multilaterale verplichtingen van beide landen, in het bijzonder de Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lidstaten enerzijds en Oekraïne anderzijds, alsmede het Handvest voor een distinctief partnerschap tussen de NAVO en Oekraïne,


·De keuze voor Europa van Oekraïne verwelkomend alsmede zijn inspanningen zijn wetgeving en rechtssysteem aan te passen aan de normen en regelgeving van de Europese Unie,

Zijn het volgende overeengekomen:

I. Politieke dialoog


1. Niveau en kanalen van de politieke dialoog

Teneinde de politieke dialoog te intensiveren en deze naar een kwalitatief nieuw niveau te tillen zullen de Ondertekenaars:


1.1 zich inzetten voor werkbezoeken van de Minister-President van Oekraïne aan Nederland en van de Minister-President van Nederland aan Oekraïne;


1.2 regelmatig bijeenkomsten organiseren tussen de ministers van Buitenlandse Zaken hetzij door middel van wederzijdse bezoeken of in het kader van hun deelname in internationale multilaterale fora;


1.3 regelmatig politieke consultaties op het desbetreffende niveau beleggen;


1.4 regelmatig werkbijeenkomsten organiseren tussen de desbetreffende afdeling van het ministerie van Buitenlandse Zaken van de ene Ondertekenaar met de ambassade van de andere Ondertekenaar teneinde de actuele toestand van de bilaterale betrekkingen vast te stellen en voorstellen ter bevordering van de bilaterale betrekkingen uit te werken en overeen te komen;


1.5 bijeenkomsten organiseren tussen de afdelingen voor strategische planning van de ministeries van Buitenlandse Zaken van beide landen;


1.6 regelmatige contacten tussen de parlementariërs van beide landen bevorderen.


2. Inhoud van de politieke dialoog


2.1De volgende thema's kunnen deel uitmaken van de politieke dialoog:


2.1.1de stand van zaken en perspectieven van de bilaterale betrekkingen op verschillende gebieden;


2.1.2multilaterale betrekkingen:


- vraagstukken betreffende de activiteiten van de Verenigde Naties en de gespecialiseerde organisaties en mogelijkheden voor verdere verbetering, bilaterale samenwerking in het kader van de VN, de VN-organen en -organisaties;


- betrekkingen tussen de Europese Unie en Oekraïne, in het bijzonder de verdere uitvoering van de Partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst tussen de EU en Oekraïne;


- uitvoering van het Oekraïne-NAVO actieplan en de verdere ontwikkeling en verdieping van de betrekkingen tussen de NAVO en Oekraïne;


- samenwerking in het kader van de Raad van Europa;


- activiteiten van de OVSE in Europa en verbetering van het interactiemechanisme tussen haar lidstaten teneinde de doelmatigheid van de OVSE-activiteiten te bevorderen;


2.1.3 regionale vraagstukken en mogelijke gezamenlijke activiteiten teneinde deze op te lossen:


- regeling voor het conflict tussen Moldavië en Transdnjestrië;

2.1.4 andere vraagstukken op het gebied van internationale samenwerking: non-proliferatie;


- ontwapening en internationale veiligheid;


- andere vraagstukken van wederzijds belang voor de Ondertekenaars.

2.1.5 uitwisseling van informatie betreffende interne aangelegenheden en de sociaal-economische ontwikkeling in hun landen, waaronder politieke en economische hervormingen, mensenrechten en persvrijheid.

2.2 Financiële steun uit hoofde van het MATRA-programma kan worden verleend voor:


- de bevordering van goed bestuur;


- intensivering van de betrekkingen tussen de Europese Unie en Oekraïne .

II.ECONOMIE, HANDEL EN FINANCIËN


1. Grondbeginselen en mechanismen voor economische samenwerking


1.1 De Ondertekenaars zullen een samenwerkingsverband gaan opzetten op het gebied van handel en economie, krediet, financiën en investeringen. De Ondertekenaars zullen op multilateraal niveau ten aanzien van deze terreinen tevens de dialoog aangaan.


1.2 De Ondertekenaars geven blijk van hun voornemen het overleg inzake economische samenwerking te intensiveren teneinde de positieve ontwikkelingen in de samenwerking op het gebied van bilaterale handel, economie en investeringen te bevorderen.


1.3 In overeenstemming met het Memorandum van Overeenstemming voor technische en economische samenwerking tussen de ministeries van Economische Zaken van Nederland en Oekraïne voor 2004 - 2006 zullen de Ondertekenaars hun samenwerking voortzetten in het kader van het Programma Samenwerking Oost-Europa (PSO) in Oekraïne.

Binnen dit kader onderzoeken de Ondertekenaars de mogelijkheden om technische assistentie te verlenen aan Oekraïne te behoeve van de aanpassing van de wetgeving van Oekraïne aan de regelgeving en normen van de Europese Unie, waaronder begrepen particulier ondernemerschap, het afgeven van vergunningen en de registratie van particuliere ondernemingen door de staat.


1.4 De Ondertekenaars spreken hun belangstelling uit voor het voortzetten van het Nederlandse Programma Uitzending Managers (PUM), waarbij adviezen worden gegeven aan Oekraïense ondernemingen.


1.5. De Ondertekenaars zullen de ontwikkeling bevorderen van een gunstig klimaat ter bevordering van wederzijdse handel, economische samenwerking en investeringen.

Hiertoe zullen de Ondertekenaars:


1.5.1 de wederzijdse uitwisseling van informatie aanmoedigen over tentoonstellingen, beurzen, economische conferenties en fora, bedrijfsseminars en presentaties van investeringsprojecten;


1.5.2 bijeenkomsten beleggen voor het oplossen van problemen die kunnen ontstaan in de bilaterale handelscontacten;


1.6 De Ondertekenaars zullen elkaar in kennis stellen van economische gebeurtenissen die van belang zijn voor de zakengemeenschap in beide landen.


1.7 Nederland neemt met instemming kennis van de inspanningen van Oekraïne om te voldoen aan de noodzakelijke voorwaarden voor toetreding tot de WTO en voor het verkrijgen van de status van land met een markteconomie.


2. Concrete vraagstukken van economische samenwerking


2.1Landbouw


2.1.1 De Ondertekenaars zullen de bilaterale samenwerking op het gebied van landbouw blijven bevorderen, ook op regionaal niveau.


2.1.2 Met dit doel zullen de Ondertekenaars de voor beide landen gunstige samenwerking in de landbouwsector intensiveren in het kader van de Intentieverklaring van het ministerie van Landbouw van Oekraïne en het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van Nederland van 29 september 1999.

2.1.3 Teneinde een betere coördinatie te bewerkstelligen van de gestructureerde samenwerking tussen Nederland en Oekraïne op landbouwgebied, hervatten de Ondertekenaars de werkzaamheden van een bilaterale werkgroep die op overeenkomstig niveau is ingesteld bij de ministeries van Landbouw. De Ondertekenaars zullen regelmatige wederzijdse werkbezoeken door Landbouwministers (staatssecretarissen) aanmoedigen teneinde de bilaterale samenwerking op het gebied van de agro-industrie op regeringsniveau te coördineren.

2.1.4 Als prioriteiten zien de Ondertekenaars hun samenwerking bij de uitwisseling van nieuwe agro-industriële technologieën, op veterinair en fytosanitair gebied alsmede op het gebied van de veehouderij, graan- en groenteteelt, aardappelteelt, bloementeelt, technologieën voor de glastuinbouw, de productie van levensmiddelen en veevoer, de verwerking van landbouwproducten, waterbeheer en landwinning.

2.1.5De Ondertekenaars zullen de toegang van landbouwproducten en levensmiddelen tot hun respectieve markten bevorderen en investeringen in de landbouwsector aanmoedigen, onder meer in het kader van het PSO.

2.1.6De Ondertekenaars zullen de samenwerking uitbreiden met het oog op het voldoen aan de EU-norm op het gebied van kwaliteit(scontrole) en certificering van de voedselproductie in de gehele keten, van begin- tot eindproduct, in de respectieve levensmiddelensectoren.

2.1.7De Ondertekenaars zullen een bilaterale werkgroep instellen om de mogelijkheden en voorzieningen te onderzoeken voor Nederlandse boeren die in Oekraïne een bedrijf willen opzetten.

2.2 Transport, infrastructuur en waterbeheer

2.2.1 De Ondertekenaars zullen de ontwikkeling van internationale transportcorridors aanmoedigen en zullen waar nodig terzake bilaterale consultaties voeren.

2.2.2 De Ondertekenaars zullen de wederzijdse toegang tot hun markten voor transportdiensten en infrastructuur bevorderen en investeringen in deze branche aanmoedigen.

2.2.3 Ten aanzien van de wegvervoersector zullen de Ondertekenaars waar nodig regelmatig bijeenkomsten beleggen van de Gemengde Nederlands-Oekraïense Commissie die werd opgericht overeenkomstig de Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Oekraïne inzake internationaal vervoer over de weg van 7 september 1993. Daarnaast worden met betrekking tot de wegvervoersector mogelijkheden tot samenwerking onderzocht op het gebied van beroepsopleidingen.

2.2.4 De Ondertekenaars zullen de samenwerking op het gebied van waterbeheer op overheids- en ondernemingsniveau aanmoedigen. Bijzondere aandacht zal worden gegeven aan het in uitvoering zijnde project van de Ondertekenaars in het kader van het waterprogramma 'Towards improved water management in Ukraine'(WATERMUK).

2.2.5. Teneinde de samenwerking te bevorderen op het gebied van transport, zullen het Nederlandse ministerie van Verkeer en Waterstaat en het Oekraïense ministerie van Transport waar nodig overleg voeren over haven- en terminalontwikkeling, havenbeheer, vervoersinfrastructuur.

2.2.6 De Ondertekenaars zullen de ontwikkeling van bilaterale betrekkingen op het gebied van de burgerluchtvaart voortzetten met het oog op het faciliteren van de mogelijkheden voor luchtvaartmaatschappijen van beide landen om hun vluchten tussen en over de grondgebieden van beide Ondertekenaars te intensiveren.

2.3.Energie en energiebesparing

2.3.1De Ondertekenaars hechten groot belang aan hun samenwerking op het gebied van energieopwekking, energiebesparing en het gebruik van alternatieve energiebronnen, met inbegrip van biomassa, die ook tot stand kan worden gebracht middels de mechanismen van het Protocol van Kyoto. De Ondertekenaars zullen de mogelijkheid van samenwerking onderzoeken in het kader van het Gezamenlijk Implementatieprogramma en een Memorandum opstellen inzake samenwerking tussen Oekraïne en Nederland zoals bedoeld in artikel 6 van het Protocol van Kyoto.

2.3.2 De Ondertekenaars zullen de ontwikkeling bevorderen van een dialoog tussen de EU en Oekraïne inzake energie en energiebesparing. Het voldoen aan en de verdere implementatie van de bepalingen van het Verdrag inzake het Europees Energiehandvest, alsmede de verbetering van de Oekraïense wetgeving inzake energiedistributie, zullen bijdragen aan een beter investeringsklimaat in Oekraïne op dit gebied.

2.3.3 De Ondertekenaars benadrukken het belang van samenwerking op het gebied van de verbetering van de veiligheid van kerncentrales en het oplossen van problemen op het gebied van nucleair afval op multilaterale basis, zowel in het kader van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie (IAEA) als middels samenwerking met de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBRD), die de fondsen van de donorlanden beheert.

2.3.4 De Ondertekenaars besluiten de samenwerking met de EBRD voort te zetten inzake de ontmanteling van de kerncentrale te Tsjernobyl, het oplossen van hieruit voortvloeiende vraagstukken en de evaluatie van risico's die het gevolg zijn van de Tsjernobyl-ramp.

2.4 Milieubescherming

2.4.1 De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op het gebied van milieubescherming, met inbegrip van biodiversiteit en natuurbescherming, voortzetten op basis van het Memorandum van Overeenstemming tussen het Nederlandse ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu, het ministerie van Verkeer en Waterstaat en het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en het Oekraïense ministerie van Ecologie en Natuurlijke Hulpbronnen, ondertekend op 24 september 2001 te Genève.

2.4.2 De Ondertekenaars zullen de samenwerking bevorderen in het kader van het gezamenlijke werkprogramma op het gebied van milieubescherming en het beheer van natuurgebieden dat op 24 september 2002 te Kyiv werd ondertekend als bijlage bij bovengenoemd Memorandum van Overeenstemming, teneinde Oekraïne technische assistentie te verlenen om de juiste uitvoering te vergemakkelijken van internationale verdragen en samenwerking en ondersteuning te bieden bij projecten in het kader van de pan-Europese strategie voor de biologische en landschappelijke diversiteit (PEBLDS) en het pan-Europees Ecologisch Netwerk (PEEN).

2.4.3 De Ondertekenaars zullen de samenwerking op het gebied van milieubescherming voortzetten middels het bestaande Matra-programma. Uit hoofde van dit programma kunnen projecten worden uitgevoerd op het gebied van het versterken van organisaties voor milieu- en natuurbehoud, milieueducatie en het ondersteunen van milieuoverheden. Met dit doel kan assistentie worden verleend aan overheidsdiensten, plaatselijke autoriteiten, ambtelijke instellingen, niet-gouvernementele organisaties en het maatschappelijk middenveld in het algemeen.

2.4.4 De Ondertekenaars zullen samenwerken bij de implementatie van de bepalingen van het Protocol van Kyoto bij het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering.

2.5Samenwerking bij het bankwezen en financiën

2.5.1 De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op het gebied van financiële kwesties voortzetten, waarbij de uitvoering plaatsvindt door of middels de ministeries van Financiën en de Nationale Banken van beide landen. In dit opzicht stelt Oekraïne tot haar tevredenheid vast dat Nederland de belangen van Oekraïne blijft steunen in het IMF en de WB, waar Oekraïne tot de kiesgroep van Nederland behoort.

2.5.2 De Nationale Bank van Oekraïne zal alles in het werk stellen om de tijdige implementatie te waarborgen van het programma inzake de hervorming van de financiële sector van Oekraïne in het kader van de TF 027889-subsidie die door de Regering van Nederland is toegekend ten behoeve van de opleiding van toezichthoudend bankpersoneel, en zal de lange termijn werkzaamheden coördineren van de deskundigengroepen van de Coördinatieraad voor Financieel Beleid.

2.6Samenwerking tussen douaneautoriteiten

2.6.1 De Ondertekenaars zullen maatregelen nemen teneinde douanecontroles te versnellen door versterking van de samenwerking tussen hun beide douanediensten.

2.6.2 De Ondertekenaars zullen middels bilaterale ontmoetingen en de uitwisseling van informatie tussen de douaneautoriteiten met elkaar contact onderhouden teneinde ervaringen uit te wisselen over de handel in verdovende middelen, psychotrope stoffen en precursoren, en hiertoe zullen de Ondertekenaars doorgaan met de voorbereiding van de ondertekening van een Verdrag tussen de Regering van Nederland en het Kabinet van Ministers van Oekraïne inzake wederzijdse administratieve bijstand in douanezaken. Een eerste voorstel daartoe is in februari 2003 door Oekraïne ter overweging voorgelegd aan de Regering van Nederland.

2.6.3 De Ondertekenaars zullen de mogelijkheid bestuderen van het verlenen van technische assistentie aan Oekraïne op douanegebied, met name gericht op een verdere aanpassing van de desbetreffende wet- en regelgeving aan de EU-normen en de mogelijke toetreding van Oekraïne tot de Overeenkomst betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer (T1).

2.7 Samenwerking tussen belastingdiensten

2.7.1. De Ondertekenaars zullen de samenwerking uitbreiden met betrekking tot de afspraken van 3 april 2002 tussen het Directoraat-Generaal Fiscale Zaken en de Staatsbelastingdienst van Oekraïne inzake het uit eigen beweging uitwisselen van gegevens en gelijktijdige belastingcontroles. Deze afspraken zijn gericht op de verdere implementatie en voortzetting van het Verdrag tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen dat op 24 oktober 1995 is ondertekend.

2.7.2. De Partijen zullen de samenwerking opzetten in overeenstemming met het Memorandum van Overeenstemming van 4 oktober 2002 tussen de Fiscale Informatie- en Opsporingsdienst - Economische Controledienst van Nederland (FIOD-ECD) en de Staatsbelastingdienst van Oekraïne. Dit Memorandum is grotendeels gebaseerd op het Europees Verdrag aangaande de wederzijdse rechtshulp in strafzaken van 20 april 1959 en het Aanvullend Protocol van 17 maart 1978.

2.7.3. De Partijen zullen de samenwerking tussen de Belastingdiensten verder ontwikkelen op het gebied van technische assistentie aan Oekraïne met als doel een verdere verbetering van het belastingstelsel en het instellen van doeltreffende mechanismen voor het opleggen van belastingen in Oekraïne.

2.8 Samenwerking op het gebied van de bestrijding van witwassen en de financiering van terrorisme

2.8.1 Nederland neemt met instemming kennis van het grote belang dat Oekraïne hecht aan het bestrijden van witwassen. De Ondertekenaars zullen de mogelijkheden onderzoeken voor een betere samenwerking bij de bestrijding van witwassen wanneer Oekraïne lid is geworden van de Egmont groep van deFinancial Intelligence Units(FUIs) voor de bestrijding van witwassen.

2.8.2Nederland is bereid in de tussentijd verzoeken om technische assistentie op ad-hocbasis in overweging te nemen. Nederland is daarnaast bereid technische assistentie te verlenen voor activiteiten op het gebied van de bestrijding van witwassen en de financiering van terrorisme via het Nederlandse Fonds voor Technische Assistentie bij het IMF.

III.SOCIALE VRAAGSTUKKEN, GEZONDHEID EN JEUGD


1. Arbeidsmarkt, arbeidsverhoudingen en arbeidsomstandigheden

De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op het gebied van arbeid en sociaal beleid middels het bestaande Matra-programma voortzetten. Uit hoofde van dit programma kunnen projecten worden uitgevoerd op het gebied van arbeidsverhoudingen en arbeidswetgeving, het functioneren van vakbonden en werkgeversorganisaties, het socialezekerheidsstelsel, het functioneren van de arbeidsmarkt en veiligheid en gezondheid op het werk. Met dit doel kan assistentie worden verleend aan overheidsdiensten, plaatselijke autoriteiten, ambtelijke instellingen, niet-gouvernementele organisaties en het maatschappelijk middenveld in het algemeen.


2. Welzijn

De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op het gebied van welzijn middels het bestaande Matra-programma voortzetten. Uit hoofde van dit programma kunnen projecten worden uitgevoerd op het gebied van het ontwikkelen van vrijwilligerswerk en particulier initiatief, ouderen- en gehandicaptenzorg en hulp aan kinderen in een kwetsbare positie. Met dit doel kan assistentie worden verleend aan overheidsdiensten, plaatselijke autoriteiten, ambtelijke instellingen, niet-gouvernementele organisaties en het maatschappelijk middenveld in het algemeen.


3. Volksgezondheid en medische zorg


3.1 De Ondertekenaars zullen de ontwikkeling bevorderen van samenwerking op het gebied van gezondheidszorg en de medische wetenschap door middel van uitwisseling van informatie, specialisten en wetenschappers en bevorderen tevens het leggen van directe contacten tussen medische instellingen van beide zijden.

3.2 De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op het gebied van volksgezondheid en medische zorg middels het bestaande Matra-programma voortzetten. Uit hoofde van dit programma kunnen projecten worden uitgevoerd op het gebied van het systeem van gezondheidszorg, eerstelijnsgezondheidszorg, extramurale geestelijke gezondheidszorg, verslavingszorg en patiëntenrechten. Met dit doel kan assistentie worden verleend aan overheidsdiensten op het gebied van arbeidsbemiddeling, plaatselijke autoriteiten, ambtelijke instellingen, niet-gouvernementele organisaties en het maatschappelijk middenveld in het algemeen.


4. Sport en uitwisseling van jongeren

4.1 De Ondertekenaars bevorderen de ontwikkeling van uitwisseling tussen jongeren en uitwisselingen tussen kinderorganisaties.

4.2 De Ondertekenaars moedigen contacten tussen sportorganisaties en sportverenigingen aan.

IV.JUSTITIE EN RECHTSHANDHAVING


1. De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op het gebied van justitie voortzetten door middel van de mechanismen voorzien in de multilaterale internationale verdragen van de Raad van Europa inzake rechtsbijstand bij strafzaken en in de verdragen van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht.


2. In het kader van de samenwerking met de OVSE (via het OVSE-projectkantoor te Kyiv), de Raad van Europa en uit hoofde van relevante programma's van de Europese Unie, bevorderen de Ondertekenaars de implementatie van wetgeving op het gebied van de rechtsstaat. In deze context zal met name aandacht worden besteed aan het wetboek van burgerlijke rechtsvordering, het wetboek van strafvordering en de hervorming van het functioneren van het openbaar ministerie.


3. De Ondertekenaars nemen met instemming kennis van de assistentie die Oekraïne ontvangt van de OVSE (via het OVSE-projectkantoor te Kyiv), de Raad van Europa (met name via de Europese Commissie voor democratie door middel van het recht) en uit hoofde van relevante programma's van de Europese Unie, bij het implementeren van nieuwe wetgeving en het bevorderen van de doeltreffendheid en adequaatheid van het Oekraïense rechtssysteem met het oog op de aanpassing van de Oekraïense wetgeving aan de Europese wetgeving.


4. In het kader van de relevante programma's van de Europese Unie zullen de Ondertekenaars de samenwerking bevorderen op het gebied van de bestrijding van internationaal terrorisme. De Ondertekenaars nemen met instemming kennis van de inspanningen van Oekraïne om de internationale instrumenten en verdragen op dit gebied te implementeren.


5. In het kader van de samenwerking met de OVSE (via het OVSE-projectkantoor te Kyiv) en de relevante programma's van de Europese Unie, zullen de Ondertekenaars de internationale samenwerking bevorderen op het gebied van de strijd tegen de georganiseerde grensoverschrijdende criminaliteit, illegale wapenhandel, handel in verdovende middelen, georganiseerde illegale migratie, mensenhandel (met inbegrip van uitbuiting door prostitutie en seksuele uitbuiting van minderjarigen), illegale uitvoer van kunstwerken, illegale financiële operaties en witwassen.


6. Met het oog op de strijd tegen het internationale terrorisme en de internationale misdaad en in het kader van de samenwerking met de Raad van Europa, alsmede uit hoofde van de relevante programma's van de Europese Unie, zullen de Ondertekenaars de uitwisseling van ervaringen aanmoedigen tussen de handhavende autoriteiten, waaronder politie- en recherchediensten, het openbaar ministerie en belastinginspecties.


7. De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op het gebied van openbaar bestuur en wetgeving middels het bestaande Matra-programma voortzetten. Uit hoofde van dit programma kunnen projecten worden uitgevoerd op het gebied van goed bestuur op centraal niveau en op lagere niveaus, lokale samenwerking, onafhankelijkheid van de rechterlijke macht, het openbaar ministerie, het gevangeniswezen en de reclassering, alsmede assistentie bij het implementeren van wetgeving. Met dit doel kan assistentie worden verleend aan overheidsdiensten, plaatselijke autoriteiten, ambtelijke instellingen, niet-gouvernementele organisaties en het maatschappelijk middenveld in het algemeen.


8. De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op het gebied van mensenrechten en minderheden middels het bestaande Matra-programma voortzetten. Uit hoofde van dit programma kunnen projecten worden uitgevoerd op het gebied van de implementatie van mensenrechten en de integratie van minderheden. Met dit doel kan assistentie worden verleend aan overheidsdiensten, plaatselijke autoriteiten, ambtelijke instellingen, niet-gouvernementele organisaties en het maatschappelijk middenveld in het algemeen.

V. SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN DEFENSIE, VREDESHANDHAVING EN VEILIGHEID


1. Veiligheid, vredeshandhaving en defensie


1.1 De bilaterale samenwerking op het gebied van defensie is gebaseerd op het Memorandum van Overeenstemming tussen het ministerie van Defensie van het Koninkrijk der Nederlanden en het ministerie van Defensie van Oekraïne inzake de ontwikkeling van defensiebetrekkingen van 8 november 1996 en de jaarlijkse Programma's voor bilaterale militaire samenwerking tussen het ministerie van Defensie van het Koninkrijk der Nederlanden en het ministerie van Defensie van Oekraïne.


1.2 De Ondertekenaars bevestigen hun voornemen de samenwerking op defensiegebied, die een belangrijke factor vormt voor de versterking van het wederzijds vertrouwen, voort te zetten, met inbegrip van de uitwisseling van informatie.


1.3 De Ondertekenaars zullen de versterking van de betrekkingen tussen Oekraïne en de EU bevorderen in het kader van het Europees Veiligheids- en Defensiebeleid (EVDB).


1.4 Samenwerking op het gebied van defensie en veiligheid kan op de volgende wijze plaatsvinden:


1.4.1 consultaties op het gebied van defensie en hervorming van het defensieapparaat, alsmede met betrekking tot de militaire aspecten van veiligheid en de betrekkingen tussen militairen en burgers, onder meer in het multilaterale kader van de High Level Ukraine-NATO JointWorking Group on Defence Reform.


1.4.2 gemeenschappelijke deelname aan oefeningen in het kader en in de geest van het programma "Partnerschap voor Vrede";


1.4.3 gemeenschappelijke deelname aan vredeshandhavingsoperaties, operaties in antwoord op een crisis, en vredesafdwingende operaties;


1.4.4 uitwisseling van informatie aangaande vredeshandhavingsoperaties;


1.4.5 training en opleiding van militair personeel;


1.4.6 onderzoeken van de mogelijkheden voor Nederland om binnen NAVO- en EU-verband gebruik te maken van de capaciteit van Oekraïne wat betreft strategisch luchtvervoer.


1.5 De Ondertekenaars intensiveren door middel van consultaties hun inspanningen om een mechanisme te vinden voor het sneller afgeven van vergunningen voor militaire vluchten over het grondgebied van elke Ondertekenaar, met inbegrip van de samenwerking in het kader van de NAVO.


1.6 De Ondertekenaars zullen de mogelijkheden onderzoeken om gezamenlijke projecten te initiëren voor de veilige vernietiging van bepaalde overtollige voorraden munitie en explosieven, onder andere in OVSE- en NAVO-verband.


1.7 De Ondertekenaars zullen de mogelijkheid onderzoeken van Nederlandse assistentie bij de verdere ontwikkeling van het uitvoercontrolesysteem van Oekraïne.


2. Militair-technische samenwerking Teneinde de bilaterale samenwerking op dit gebied te verbeteren, kunnen de volgende maatregelen worden genomen:


2.1 voorbereiding van bilaterale afspraken inzake militair-technische samenwerking en ­ indien daartoe de noodzaak ontstaat ­ de wederzijdse bescherming van gerubriceerde gegevens;


2.2 onderzoeken van mogelijkheden voor de uitwisseling van informatie en samenwerking op het gebied van wetenschappelijk onderzoek met betrekking tot de productie van wapens en militaire apparatuur en de modernisering ervan, met name op het gebied van ballistiek en sonarapparatuur;


2.3 stimuleren van contacten tussen de defensie-industrie van beide landen;

2.4onderzoeken van mogelijkheden voor samenwerking op het gebied van munitieopslag en het hergebruik van munitie.

VI.TECHNISCHE, WETENSCHAPPELIJKE EN INDUSTRIËLE SAMENWERKING


1. De Ondertekenaars zullen de verdere ontwikkeling van wetenschappelijke en technische samenwerking bevorderen.

De belangrijkste gebieden van samenwerking zijn:


- aardwetenschappen en milieu;


- scheikunde;


- natuurkunde;


- technische en toegepaste wetenschappen;


- menswetenschappen en sociale wetenschappen;


- levenswetenschappen.


2. Deze samenwerking wordt met name geïmplementeerd middels de bevordering van bilateraal wetenschappelijk onderzoek en technologische projecten met als doel de gezamenlijke deelname aan programma's in het kader van deInternational Association for the promotion of cooperation with scientists from the New Independent States of the former Soviet Union (INTAS), hetScience and Technology Centre(STCU) in Oekraïne en de EU-kaderprogramma's. Onder deze ondersteuning zou kunnen worden verstaan de uitwisseling van onderzoekers en postdoctorale onderzoekers, gezamenlijke wetenschappelijke conferenties en symposia, het opzetten van gezamenlijke werkgroepen voor specifieke projecten of taakgroepen, de uitwisseling van onderzoeksresultaten en wetenschappelijke en technologische documentatie en, waar noodzakelijk, de gezamenlijke financiering ervan, alsmede andere vormen van samenwerking die voor beide Ondertekenaars aanvaardbaar zijn.


3. De Ondertekenaars erkennen het bijzondere belang van het betrekken van jonge academici bij deze samenwerking. Zij zouden rechtstreeks betrokken moeten zijn bij de implementatie van ten minste 20% van alle gezamenlijke projecten.


4. De Ondertekenaars zullen de ontwikkeling bevorderen van betrekkingen op het gebied van industriële technologie, voornamelijk in het kader van de relevante programma's van de EU. Zij zullen wetenschappelijke onderzoekscentra aanmoedigen, en waar mogelijk ondersteunen, die contacten opbouwen met ondernemingen en organisaties die belangstelling tonen voor de resultaten van wetenschappelijk onderzoek en ontwikkeling.


5. De Ondertekenaars zullen het voorkomen en beëindigen van de schending van de nationale wetgeving van beide Ondertekenaars op het gebied van de intellectuele eigendom bevorderen.

VII.ONDERWIJS, CULTUUR EN MASSAMEDIA


1.Onderwijs


1.1 In 2004 zullen de Ondertekenaars hun samenwerking voortzetten op het gebied van onderwijs overeenkomstig het Verdrag inzake de culturele samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Oekraïne (Kyiv, 18 juli 1996).


1.2 De Ondertekenaars zullen de mogelijkheden onderzoeken voor de implementatie van gezamenlijke projecten gericht op de verdere integratie van het Oekraïense onderwijs in het internationale en Europese onderwijsstelsel.


1.3 De Ondertekenaars zullen de mogelijkheden onderzoeken voor het wederzijds toekennen van beurzen voor onderwijs in Nederland en Oekraïne, met name in het kader van het Nederlandse Huygens-programma.In het kader van dit programma zijn beurzen beschikbaar voor getalenteerde studenten die in het laatste jaar van hun studie zijn of die onlangs zijn afgestudeerd. De aanvraag voor een beurs moet passen in een bredere samenwerking tussen de betrokken onderwijsinstellingen.


1.4 De Ondertekenaars zullen de wederzijdse mogelijkheden onderzoeken voor het vergemakkelijken van de uitwisseling van jongeren ten behoeve van stages op agrarische bedrijven.


1.5De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op onderwijsgebied middels het bestaande Matra-programma voortzetten. Uit hoofde van dit programma kunnen projecten worden uitgevoerd op het gebied van management van plaatselijke onderwijsinstellingen, onderwijsnormen en de opleiding van leraren. Met dit doel kan assistentie worden verleend aan overheidsdiensten, plaatselijke autoriteiten, ambtelijke instellingen, niet-gouvernementele organisaties en het maatschappelijk middenveld in het algemeen.


1.6De Ondertekenaars zullen het aanknopen van rechtstreekse betrekkingen tussen onderwijsinstellingen in de staten van de Ondertekenaars aanmoedigen, met als doel een groter aantal academische uitwisselingen en het organiseren van gezamenlijke seminars en conferenties van wederzijds belang.


1.7De Ondertekenaars bevestigen hun belangstelling voor het leggen van rechtstreekse contacten tussen het Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen 'Clingendael' en het Instituut voor Internationale Betrekkingen van de Taras Shevchenko Nationale Universiteit en de Diplomatieke Academie van het ministerie van Buitenlandse Zaken van Oekraïne, met als doel de verhoging van de kwalificaties van diplomaten door middel van training, seminars en wetenschappelijke conferenties over actuele onderwerpen op het gebied van internationale betrekkingen en internationaal recht.


1.8 In samenwerking met de Afdelingen Internationale Betrekkingen van de Universiteiten van L'viv en Cernivci is het Instituut Clingendael bezig met de voorbereiding van een door de Europese Commissie en de Nederlandse ambassade te Kyiv gefinancierde Zomerschool over 'The EU and Eastwards', die in juli 2004 in L'viv zal plaatsvinden.


1.9 De Ondertekenaars bevestigen hun wens de deelname voort te zetten van jonge Oekraïense diplomaten aan de door Clingendael verzorgde cursus voor diplomaten uit Oost-Europa, gefinancierd door het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken, die sedert 1991 jaarlijks in Den Haag wordt georganiseerd.


2. Cultuur


2.1 De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op cultureel gebied voortzetten in overeenstemming met het Verdrag van 18 juli 1996 inzake de culturele samenwerking tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Oekraïne, op zowel regerings- als regionaal niveau. Deze samenwerking is gebaseerd op contacten tussen instituten, organisaties, musea en personen die in de culturele sector werkzaam zijn.

2.2 De Ondertekenaars verwelkomen het opzetten en ontwikkelen van jumelages tussen regio's en steden in Nederland en Oekraïne.

2.3 De Ondertekenaars zullen hun samenwerking voortzetten inzake de restitutie van culturele kostbaarheden die gedurende of ten gevolge van de Tweede Wereldoorlog zijn verplaatst.

2.4 De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op cultureel gebied middels het bestaande Matra-programma voortzetten. Uit hoofde van dit programma kunnen projecten worden uitgevoerd op het gebied van culturele infrastructuur, cultureel management en de ondersteuning van onafhankelijke culturele expressie. Met dit doel kan assistentie worden verleend aan overheidsdiensten, plaatselijke autoriteiten, ambtelijke instellingen, niet-gouvernementele organisaties en het maatschappelijk middenveld in het algemeen.


3. Massamedia

3.1De samenwerking tussen de Ondertekenaars zal gebaseerd zijn op rechtstreekse contacten tussen toepasselijke instituten, organisaties en personen die werkzaam zijn op het gebied van de massamedia.

3.2De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op het gebied van de massamedia in het kader van de Raad van Europa voortzetten.

3.3De Ondertekenaars zullen de implementatie van mediawetgeving conform de Europese normen en waarden bevorderen in het kader van de bestaande multilaterale samenwerking met de OVSE, de Raad van Europa en de Europese Unie.

3.4 De Ondertekenaars zullen hun samenwerking op het gebied van informatie en massamedia middels het bestaande Matra-programma voortzetten. Uit hoofde van dit programma kunnen projecten worden uitgevoerd op het gebied van de bekendmaking van overheidsinformatie aan de burgers, de ondersteuning van de vrije media, en bewustmakingscampagnes van niet-gouvernementele organisaties. Met dit doel kan assistentie worden verleend aan overheidsdiensten, plaatselijke autoriteiten, ambtelijke instellingen, niet-gouvernementele organisaties en het maatschappelijk middenveld in het algemeen.

VIII.INWERKINGTREDING
Dit Gezamenlijk Actieprogramma wordt aangegaan voor het tijdvak 2004 tot en met 2006 en treedt in werking op de datum van de ondertekening ervan en blijft van kracht totdat het wordt beëindigd door een van de Ondertekenaars.

Ondertekend in tweevoud te Kyiv op 19 april 2004 in de Oekraïense, de Nederlandse en de Engelse taal, zijnde alle teksten gelijkwaardig.

In geval van verschil in interpretatie is de Engelse tekst doorslaggevend.

Voor de Regering van Voor het Kabinet van Ministers van Oekraïne,

het Koninkrijk der Nederlanden,


----- -----

===