Ingezonden persbericht


PARLEMENTAIRE STUKKEN
Beleidsplan Crisisbeheersing 2004-2007
Home - Veiligheid - Nationaal Coördinatiecentrum - parlementaire stukken - Beleidsplan Crisisbeheersing 2004-2007

Beleidsplan Crisisbeheersing 2004-2007

21 juni 2004

Beter voorbereid te zijn op toekomstige crises: dat beoogt het kabinet met het beleidsplan Crisisbeheersing 2004-2007. De bedoeling is de effectiviteit en de kwaliteit van het stelsel van crisisbeheersing te versterken en te verbeteren. Op deze manier wil het kabinet bijdragen aan een weerbare, robuuste en daardoor veiliger samenleving. Het Beleidsplan was aangekondigd in de brief die het kabinet naar de Tweede Kamer had gestuurd naar aanleiding van de aanslag in Madrid op 11 maart 2004.

---

Belangrijkste maatregelen uit het Beleidsplan:

* Om de sturing te verbeteren, wordt de Raad voor de Veiligheid en Rechtsorde (RvdVR) de vaste onderraad van de ministerraad voor alle terreinen - uitgezonderd terreurbestrijding - van crisisbeheersing.

* Het kabinet wijst de minister van BZK aan als coördinerend minister voor crisisbeheersing.In eerste instantie is een vakminister - vaak in tandemverband met de minister van BZK - verantwoordelijk van de aanpak van een crisis.
* Het blijkt in de praktijk lastig aan alle partijen te communiceren welke operationele inzet precies vereist is. Daarom komt er een eenduidig landelijk alerteringssysteem. Dit systeem is ook bedoeld als communicatiemiddel voor de burgers.

* Om de communicatie verder te verbeteren, besluit het kabinet tot de oprichting van een Expertisecentrum voor risico- en crisiscommunicatie.

* Er komen vaker grootschalige oefeningen op politiek-bestuurlijk niveau om één en ander in de praktijk te trainen.
* Op decentraal niveau gaan de veiligheidsregio's het hart vormen van de crisisbeheersingsorganisatie.

* Het bedrijfsleven beheert het overgrote deel van de vitale infrastructuur. Ze zijn zelf eerstverantwoordelijk voor de crisisbeheersing. De overheid ziet hierop echter scherp toe en zal hierbij ondersteunen, bijvoorbeeld door het delen van informatie en het houden van oefeningen.