Ministerie van Buitenlandse Zaken


http://www.minbuza.nl

'Volkenrecht begrenst concept preëmptief optreden'

ADVIESRAAD INTERNATIONALE VRAAGSTUKKEN
COMMISSIE VAN ADVIES VOLKENRECHTELIJKE VRAAGSTUKKEN

Persbericht
Datum: 14 september 2004

AIV/CAVV: Volkenrecht stelt grenzen aan preëmptief optreden zoals geformuleerd in Amerikaanse Veiligheidsstrategie.

In hun vandaag 14 september 2004 verschenen advies 'Preëmptief Optreden' wijzen de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) en de Commissie van Advies voor Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV) erop, dat het internationale recht duidelijke grenzen stelt aan de toelaatbaarheid van militair optreden. Zij uiten zich kritisch over het concept 'preëmptief optreden' zoals dat bekend is geraakt uit de Amerikaanse Veiligheidsstrategie van 2002.
De regering had beide Adviesraden op 30 juni 2003 gevraagd om advies over de politiek/militaire wenselijkheid c.q.
volkenrechtelijke toelaatbaar-heid van preëmptief optreden.

Het advies geeft allereerst een analyse van de relevante begrippen. Preëmptief optreden is een militaire actie tegen een ophanden zijnde aanval. Preventief optreden is erop gericht om te zorgen dat een dreiging zich niet ontwikkelt tot het stadium van een ophanden zijnde aanval.
Ook wordt ingegaan op de aard van wat 'nieuwe dreigingen' wordt genoemd.

De adviesorganen onderzoeken of preëmptief en preventief optreden volkenrechtelijk toelaatbaar kan zijn in de zin van de twee bestaande uitzonderingen op het geweldverbod uit het Handvest van de Verenigde Naties: ten eerste gebruik van geweld met toestemming van de Veiligheidsraad en ten tweede gebruik van geweld uit zelfverdediging. De AIV en de CAVV concluderen dat het huidige volkenrecht preventief militair optreden zonder mandaat van de Veiligheidsraad niet toestaat. Preëmptief optreden kan toelaatbaar zijn, als vorm van zelfverdediging, mits aan bepaalde criteria wordt voldaan. In dat verband merken zij op dat de Amerikaanse Veiligheidsstrategie, voorzover deze van een ruimer geformuleerde uitzondering op het geweldverbod uitgaat, niet in overeenstemming is met het volkenrecht.

De AIV en CAVV menen dat Nederland bij het vervullen van zijn grondwettelijke opdracht om de internationale rechtsorde te bevorderen als uitgangspunt moet nemen, dat preventief militair optreden niet geoorloofd is. Om te voorkomen dat landen hun toevlucht nemen tot het gebruik van geweld buiten dit collectieve stelsel om doen de Raden enkele suggesties voor de versterking van de VN. Zij gaan daarbij ook in op maatregelen tegen 'nieuwe dreigingen'.

Het kan voorkomen dat van de Veiligheidsraad verwacht had mogen worden dat hij zou optreden en dat deze niets doet bijvoorbeeld op grond van motieven die met het probleem zelf of met de bevordering van de vrede en veiligheid geen verband houden. Over de vraag naar wenselijkheid of noodzakelijkheid van preventief militair optreden ingeval de Veiligheidsraad niet tot besluiten in staat is en een noodsituatie onstaat, stellen de Raden het volgende: Het verdient geen aanbeveling daarop te anticiperen door middel van het ontwerpen van een toetsingskader, zoals in de adviesaanvraag door de regering wordt gesuggereerd. Mocht een dergelijke noodsituatie zich voordoen, dan dient te worden geïnsisteerd op een zo groot mogelijke consensus in de besluitvorming, bij voorkeur in Veiligheidsraad en/of Algemene Vergadering van de VN. Prioriteit blijft het voorkomen van een dergelijk noodscenario.

Dit advies werd voorbereid door de Commissie Preëmptief Optreden die onder Voorzitterschap stond van Prof. Dr. K.C. Wellens (Commissie voor Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken). Prof. mr. C. Flinterman (Adviesraad Internationale Vraagstukken) trad op als vice-voorzitter.

///