CDA Rotterdam


Actueel

Rotterdam, 9 november 2004
CDA steunt project Bijzondere buurtgenoten

Bijzondere buurtgenoten. Met die term geeft CDA-woordvoerder Gehandicaptenbeleid, Karen Duys, aan dat mensen met een verstandelijke handicap een waardevolle en zinnige bijdragen kunnen en willen geven aan Rotterdam. Karen Duys vindt dat de circa 5.000 mensen met een verstandelijke handicap die in Rotterdam wonen, onvoldoende ruimte krijgen om hun bijdrage naar eigen inzicht te leveren. Karen Duys: Het lijkt soms of ze er niet zijn.

Deze bijzondere Rotterdammers worden vaak door zorg omringd. Ze wonen in woongroepen, begeleid door professionele krachten en hebben een vastgesteld dagprogramma. Deels via projecten voor aangepast werk, deels via activiteitenprogrammas op speciale locaties met het accent op hobbyen. Doorleren, lijkt voor deze groep niet weggelegd, aldus Karen Duys.

Bijzondere buurtgenoten is ook de naam van een project dat inzet op bevordering van de veiligheid en zelfredzaamheid van Rotterdammers met een verstandelijke handicap. Een project dat mensen met een verstandelijke handicap probeert zo volwaardig en zo zelfstandig mogelijk deel te laten nemen aan de buurt. Als het aan Karen Duys ligt wordt dit project gedurende de pilotperiode stedelijk financieel ondersteund en moet de gemeente na afloop van de pilotperiode leren van de ervaringen van het project en de goede dingen omzetten in beleid.

Tijdens het raadsdebat over de begroting voor 2005, diende de CDA-woordvoerder hiertoe een motie in waarin. De motie werd aangenomen (de tekst van de motie treft u aan als u onderaan deze tekst klikt op Word-formaat).

Streven naar zelfstandig wonen is voor het CDA één van de randvoorwaarden voor volwaardig deelname van gehandicapten aan de Rotterdamse samenleving. De komende tijd zal Karen Duys zich inzetten voor het totstandkomen van een integraal gemeentelijk gehandicaptenbeleid. Nu is het zo, dat de gemeente op veel plaatsen beleid voert ten aanzien van gehandicapten, maar is de gemeente nog niet in staat gebleken inzichtelijk te maken wat zij doet, waar zij dat doet en hoe zij dat doet. Voor Karen Duys is dit essentieel als de gemeente daadwerkelijk verbeteringen tot stand wil brengen, in de eigen organisatie, maar ook op straat.
In het raadsdebat bracht zij dit punt opnieuw onder de aandacht van de wethouder.