Den Haag, 17 november 2004

Vervolgvragen van het lid Bussemaker (PvdA) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

over de arbeidsvoorwaarden en condities voor reisleiders

1. Herinnert u zich de eerder door mij gestelde vragen over dit onderwerp ?

2. Kunt u aangeven wat in de tussenliggende periode ondernomen is om onwenselijke situaties in de reisbranche tegen te gaan en wat uw rol daarin is geweest?

3. Deelt u de mening dat ongelukken onder verantwoordelijkheid van Nederlandse reisleiders in het buitenland ook onder de Nederlandse wet- en regelgeving vallen ? Zo nee, waarom niet?

4. Bent u ervan op de hoogte dat er binnen de reisbranche zelf voorstellen zijn om over te gaan tot certificering van reisbureaus? Bent u bereid om dit initiatief van de branche zelf te ondersteunen, bijvoorbeeld door middel van het invoeren van een APK-keuring, meldpunt of iets dergelijks?

5. Kunt u de berichten bevestigen dat veel reisleiders in het buitenland onder het minimumloon werken en dat het vaststellen van het loon vaak natte vingerwerk is? Wat bent u van plan te gaan doen aan deze onwenselijke situatie?

6. Deelt u de mening dat het voldoen aan de meest elementaire arbeidsvoorwaarden voor reisleiders in het buitenland bijdraagt aan zowel de veiligheid van de reisleider als de reiziger?

7. Bent u ervan op de hoogte dat er vanuit de reisbranche contacten zijn met onderwijsinstellingen om te komen tot een opleiding speciaal gericht op reisleiders? Op welke manier is het kabinet van plan om de ontwikkeling van deze opleiding te ondersteunen?

8. Deelt u de mening dat, aangezien de arbeidsinspectie in het buitenland niet bevoegd is tot het verrichten van toezicht op de naleving van de Nederlandse wetgeving, men meer met buitenlandse arbeidsinspecties en in ieder geval Europese arbeidsinspecties moet gaan samenwerken? Bent u bereid om zich hiervoor in te zetten?

Ingezonden 9 juni 2004, nr 1870.

Han Westerhof, Radio 1 16 november 2004