VVD



Nieuws

8 dec 2004 - Inbreng begroting Sociale Zaken en
Werkgelegenheid - Bibi de Vries

Hieronder vindt u de inbreng van Kamerlid Bibi de Vries voor de begroting SZW.

(Alleen gesproken woord geldt.)

Algemeen: werk

De VVD- fractie wil deze behandeling van de begroting SZW in het teken laten staan van 'werk'. Werk is niet uitsluitend een inkomensbron voor het individu en goed voor de Nederlandse economie. Werk is ook belangrijk als het gaat om het leggen van sociale contacten en het creëren van regelmaat in het leven. Om deze redenen is het hebben van werk essentieel om een positie te verkrijgen binnen de Nederlandse samenleving en het voorkomen van sociale uitsluiting.

Voor het vergroten van werkgelegenheid en arbeidsparticipatie is de flexibilisering van de Nederlandse arbeidsmarkt absoluut noodzakelijk.

Algemeen economisch klimaat en arbeidsverhoudingen

We zitten in een situatie van aarzelend herstel na moeilijke jaren. Herstel lijkt positief, maar we zijn er nog lang niet. Als wij nalaten de economische en budgettaire problemen aan te pakken, dat dan de huidige en volgende generaties de rekening gepresenteerd krijgen in de vorm van structurele werkloosheid, blijvende economische problemen en ontspoorde overheidsfinanciën.

Na een periode van sterke economische groei aan het eind van de vorige eeuw is momenteel sprake van zeer lage groeicijfers. Ondanks het nu waarneembare lichte herstel bedraagt de gemiddelde groei in de periode 2001 ­ 2004 naar verwachting slechts iets meer dan 0,5% per jaar. Het jaar 2003 was daarbij een dieptepunt met een economische krimp van 0,9%. Dit is verreweg de slechtste prestatie van de Nederlandse economie in de afgelopen twintig jaar. De gevolgen van deze ongunstige ontwikkeling zijn direct merkbaar voor veel burgers. De koopkracht die begin deze eeuw nog sterk toenam, daalt nu over de hele linie. Een nog zorgelijker gevolg is de oplopende werkloosheid. In relatief korte tijd is de werkloosheid opgelopen van 252.000 in 2001 tot 495.000 in 2004: een verdubbeling in slechts drie jaar.

In 2005 stijgt de werkloosheid met 55.000 mensen tot 550.000.

In die zin is goed dat er een sociaal akkoord tot stand is gekomen. De hervormingsagenda van het Kabinet is namelijk ook na afsluiting van het akkoord overeind blijven staan. Het onverkort doorvoeren van deze agenda is namelijk essentieel voor flexibilisering van de arbeidsmarkt en het daardoor creëren van meer werk. De WAO en de WW worden hervormd en dat moet ook. In 2005 staat er veel op stapel bij SoZa. Denk ook aan herziening pensioenwet, pensioengovernance, enz. Wanneer kunnen we WAO, WW en de pensioenwetgeving exact verwachten?

Wel wil de VVD- fractie nogmaals bij de Regering haar zorg uitspreken over de afspraak met de sociale partners om uiterst terughoudend met loonstijgingen om te gaan. De VVD is blij met de uitspraken van de minister van Financien dat de lonen praktisch niet zullen stijgen, namelijk uiterst terughoudend is 'naderend tot 0'.

In 2005 zal de VVD- fractie de implementatie van de afspraken ­ ook op dit punt ­ nauwlettend volgen.

Administratieve lasten

De Regering heeft allerlei voornemens als het gaat om het terugdringen van de administratieve lasten. De algemene doelstelling is om een 25% administratieve lastenreductie te realiseren aan het eind van de Kabinetsperiode.

De Regering heeft tot nu toe plannen gepresenteerd om een administratieve lastenreductie van 18% te realiseren. Dit is:

Nog niet voldoende;

A. Het zijn plannen, waar blijft de uitvoering;
B. De VVD constateert dat op allerlei terreinen er weer zware wetten aan zitten te komen, die juist weer allerlei regelgeving met zich meebrengen (o.a. Wet Toezicht Accountantsorganisaties, Wet Financiële Dienstverlening).

Kortom, De VVD is bezorgd.

Deze bezorgdheid neemt alleen maar toe als we het WRR- rapport: "Bewijzen van goede dienstverlening" openslaan. Daarin adviseert de WRR de overheid regels minder star te maken. De kwaliteit van publieke diensten als gezondheidszorg, onderwijs en volkshuisvesting lijdt onder de regelzucht van de overheid.

De Regering is dus gewaarschuwd.

Als het gaat om het terugdringen van administratieve lasten op het terrein van sociale zaken en werkgelegenheid kijkt de VVD met argusogen naar de Nederlandse Arbo- en Arbeidstijdenwetgeving.

Op dit moment lopen een tweetal adviesaanvragen aan de SER.

Het was de bedoeling dat de SER in november het arbeidstijdenadvies zou leveren. Dit advies laat echter nog steeds op zich wachten. Wanneer kan de Kamer dit advies nu eindelijk tegemoet zien? Inclusief wetgeving?

Het is de bedoeling dat de SER in mei het arbo-advies oplevert. Kan de Regering garanderen dat dit advies wel op tijd is? En wanneer volgt er wetgeving? Er moet tempo in. Immers, het is een prioriteit van de Regering. Gaarne een reactie van de Regering. Meet de staatssecretaris ook hoe ondernemers de mindere regels ervaren? Of merken zij er eigenlijk niets van.

Generatiebewust beleid

In de komende tientallen jaren zullen belangrijke beslissingen genomen moeten worden o.a. betreffende de houdbaarheid van het stelsel van collectieve oudedagsvoorzieningen (AOW), pensioensystemen en de gezondheidszorg. Demografische verschuivingen vormen hiervoor één reden. Er zullen veel meer ouderen komen in verhouding tot het aantal jongeren. In 2025 zal 20 procent van de bevolking ouder zijn dan 65 jaar; 5 procent van de bevolking is dan ouder dan 80 jaar Bovendien verkleinen veranderingen in de levensloop het draagvlak voor de collectieve voorzieningen. Dit legt een bijzondere last op de schouders van de jongere, werkende generaties. Hun zal, op grotere schaal dan, worden gevraagd inkomsten over te dragen ten behoeve van ouderen. Dit dient op een ­ voor de jongere generaties ­ te rechtvaardige manier te gebeuren

Bij het criterium houdbaarheid staat de vraag centraal in hoeverre de aanspraken op overdrachten tussen generaties (tussen jong en oud) kunnen worden gewaarborgd zonder dat dit voor een van de betrokken groepen onacceptabel is.

Bij het criterium rechtvaardigheid gaat het om de vraag hoe de lusten en de lasten tussen generaties zodanig kunnen worden verdeeld dat de betrokkenen verspreid over de verschillende generaties die als rechtvaardig ervaren en aanvaarden.

Zoals gezegd, bovenstaande twee vragen spelen niet alleen op SZW- terrein, maar verspreidt over heel veel deelgebieden.

Reflectie van de Regering op dit punt in een breder perspectief ontbreekt echter op dit moment naar de mening van de VVD- fractie.

Een rapport als "Generatiebewust beleid" van de WRR is al weer van 1999. En het Kabinetsstandpunt hierover is van maart 2000.

De VVD-fractie wil een update van de Regering van haar Kabinetsstandpunt.

Zou zij hierbij kunnen ingaan op de stand van zaken op de verschillende deelgebieden (pensioen, gezondheidszorg, onderwijs, volkshuisvesting etc. etc.) die met de vergrijzing te maken krijgen? Wat is er nog noodzakelijk op de verschillende deelgebieden om generatiebewust beleid te realiseren?

Kan zij daarbij ook ingaan op hoe het zit met het aflossen van de staatsschuld?

In het jaar 2000 gingen we er nog vanuit dat de staatsschuld in 2025 zou zijn afgelost om zodoende de financiële gevolgen van de vergrijzing op te vangen. Tijdens de verkiezingscampagne van 2003 hadden we het over het aflossen van de staatsschuld binnen één generatie of het in zicht houden van aflossing. Kan de Regering aangeven wat haar visie op dit punt op dit moment is?.

Zou de Regering in haar kabinetsstandpunt ook kunnen ingaan op de maximale hoogte van de AOW- premie. Deze ligt op dit moment op 17,9%. Voorziet de Regering een verhoging van deze premie in de toekomst gezien de vergrijzing? Dit is geen wens van de VVD-fractie, maar het is wel een vraag.

Ook wil de VVD weten welke initiatieven er nu liggen om langer doorwerken na je 65e makkelijker te maken, niet alleen voor werknemers maar ook voor ondernemers.

Arbeid en scholing: Leerwerktrajecten

Voor de leerlingen in het VMBO en het MBO is praktijkervaring cruciaal voor hun positie op de arbeidsmarkt als zij de schoolverlaten. Dat is ook in het belang van het bedrijfsleven en vooral het MKB. Goed voorbereide en praktijkgerichte mensen uit het VMBO en MBO vormen de ruggengraat van het MKB en onze samenleving.

Onderwijs en bedrijfsleven hebben een gezamenlijk belang, maar gaan onvoldoende hand in hand.

In de grote steden klagen de scholen dat ze te weinig stageplaatsen en leerwerktrajecten kunnen vinden, want het bedrijfsleven vind het allemaal te lastig, zeker als het economisch slechter gaat. In Limburg klaagt het MKB dat ze wel de stage en leerwerkplaatsen hebben maar geen leerlingen.

Het bedrijfsleven schreeuwt om goed opgeleide mensen en het onderwijs zorgt daar onvoldoende voor. Moet het bedrijfsleven niet nadrukkelijker worden betrokken bij de onderwijsprogramma's in het VMBO en vooral het MBO? Niet bepalen van het onderwijs, maar wel om er voor te zorgen dat scholen opleiden waaraan in het bedrijfsleven behoefte is?

Zet het bedrijf aan tafel van school. Zet de school in de keuken van het MKB.

Het wordt de hoogste tijd dat onderwijs en bedrijfsleven de handen ineen slaan. Het bedrijfsleven moet meer bij het onderwijs betrokken worden. Wordt het niet tijd dat de overheid scholen en bedrijven harder aanspreekt op hun verantwoordelijkheid? De tijd van klagen is voorbij, de handen moeten uit de mouwen. De leerling staat centraal, doe dat dan ook.

Kunnen de Minister en staatssecretaris van SZW aangeven hoe zij hun rol in deze zien?

Is immers de bestrijding van jeugdwerkloosheid geen prioriteit van het Kabinet?

Hoe dragen de Minister en staatssecretaris van SZW bij aan de creatie van leer/ werk plekken?

8 december 2004