Provincie Gelderland

|                                            |Nr.   |2004-553       |
|                                            |Arnhem|15 december    |
|                                            |,     |2004           |
NOORD-VELUWE: ONTWIKKELING IN BALANS
Nieuwe streekplan biedt regio ruimte voor afgestemde ontwikkeling

Gedeputeerde Staten van Gelderland vinden dat het nieuwe streekplan de regio Noord-Veluwe mogelijkheden biedt om zich te ontwikkelen binnen de groen-blauwe waarden van het gebied.

GS hebben dit streekplan in ontwerp vastgesteld. In februari volgt de inspraak, waarna het Gelders parlement (Provinciale Staten) het plan voor de zomer 2005 definitief vaststelt.

De provincie beschrijft in het nieuwe streekplan naast het generieke beleid voor heel Gelderland ook, en vooral, het regiospecifieke beleid. De samenwerkende gemeenten in de regio's leverden daar, in de vorm van regionale structuurvisies, een belangrijke bijdrage aan. In de regio Noord-Veluwe gaat het om de gemeenten Putten, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Elburg, Oldebroek, Hattem, Heerde en Epe. De andere regio's in Gelderland zijn: Knooppunt Arnhem-Nijmegen, Stedendriehoek, Achterhoek, Vallei en Rivierenland.

``Rode` en `groen-blauwe` gebieden
De provincie richt zich in haar ruimtelijk beleid de komende jaren op de "provinciale ruimtelijke hoofdstructuur". Die bestaat enerzijds uit de "rode" gebieden in Gelderland - waar de verstedelijking wordt geconcentreerd - en anderzijds uit de "groenblauwe" gebieden die uit oogpunt van natuur (groen), water (blauw) en cultuurhistorie belangrijk zijn. Daar bemoeit de provincie zich actief met het ruimtelijk beleid. Het overig bebouwd en landelijk gebied - het `multifunctioneel gebied` - wordt meer dan in het verleden het domein van de (in regionaal verband samenwerkende) gemeenten.

Centrumfunctie Harderwijk
Harderwijk heeft al lang de regionale centrumfunctie op de Noord-Veluwe. Deze functie wordt niet alleen voortgezet maar ook geïntensiveerd. Harderwijk mag zich, aldus het streekplan, meer profileren als een krachtige en aantrekkelijke stad op het gebied van wonen, werken en voorzieningen. Ruimte voor wonen moet vooral binnen de stad - "binnenstedelijke transformatie" - worden gezocht. Ook de bereikbaarheid is een punt van aandacht. Het streekplan noemt in dit verband de ontwikkeling van Waterfront en de opwaardering van de N302. De provincie acht een intercity-status voor het station in Harderwijk wenselijk. Verbetering van de verbindingen tussen Gelderland en Flevoland is noodzakelijk. Andere aandachtspunten voor de bereikbaarheid: beteugelen van de negatieve effecten van de fileproblemen rond Zwolle en een studie naar de noodzaak om de rondweg Putten naar de A28 door te trekken. Het gebied tussen Harderwijk en Ermelo is aangewezen als ´groen in en om de stad'. De provincie wil stimuleren dat de mogelijkheden voor stedelijke netwerkvorming tussen Harderwijk en Ermelo de komende jaren nader worden verkend.

Op de middellange termijn kan Harderwijk geen ruimte meer bieden aan regionale bedrijvigheid. Bedrijventerrein Lorentz Oost is dan vol. Daarom is inmiddels in een convenant met Flevoland de overloopfunctie van deze provincie vastgelegd. Hattem, Heerde en Oldebroek werken gezamenlijk aan de opvang van lokale bedrijvigheid.

Zwermgebieden
Tegen de achtergrond van de `rode` en `groenblauwe` sturing ziet de provincie mogelijkheden voor de wensen van de regio voor de `zwermgebieden`. Dat zijn gebieden waar in de loop van de tijd een menging ontstond van agrarisch gebruik, natuur, landschap, wonen, werken, recreatie en sport. Er is relatief veel bebouwing die verspreid in het gebied ligt (`zwermen`). Deze bebouwing is onderdeel van de karakteristiek van het gebied. De regio wil er de ruimtelijke kwaliteit versterken en functionele mogelijkheden benutten, inclusief de mogelijkheid van meer `rood`. Als het nieuwe streekplan straks van kracht wordt treedt het `groenblauwe` raamwerk in de plaats van de voormalige `CVN-verstedelijkingscontour`: de grens waarbinnen niet gebouwd mocht worden. Straks geldt daar de `nee, tenzij`-benadering.

Veluwemassief en groene wiggen
`Groenblauwe` gebieden zijn op de Noord-Veluwe in ruime mate aanwezig. Veluwemassief, Randmeerkust en IJsselvallei bestaan uit aaneengesloten bosgebied, open weidevogelgebieden en landgoed- en coulissenlandschappen. Daarnaast functioneert het Veluwemassief als "blauwe motor" voor het regionale watersysteem. Het streekplan noemt de overgangen van het Veluwemassief naar de omliggende, lagergelegen, gebieden bijzonder waardevol. Er ligt een krans van dorpen, stadjes en steden, die niet mag dichtslibben en verstenen. "Groene wiggen", die tussen de kernen liggen, moeten dit waarborgen. De provincie wil daar nieuwbouw niet uitsluiten, maar noemt als één van de voorwaarden dat met de nieuwe bebouwing de ruimtelijke kwaliteit wordt verbeterd. Binnen enkele groene wiggen liggen ook zg. ecologische poorten, die zorgen voor natuurlijke verbindingen tussen de hoge en drogere gronden van het Veluwemassief en de lage, natte gronden van de Randmeerkust en IJsselvallei. Het gaat om de Voorthuizense Poort, Hierdense Poort, Hattemer Poort en Wisselse Poort. Voor het stroomgebied van de Hierdense beek/agrarische enclave gaat het streekplan uit van een integrale gebiedsontwikkeling van de waterkwaliteit, de groene wig, de natuur- en landschapswaarden en de landbouw, overeenkomstig het reconstructieplan.

Landschap
De landschappen van de Randmeerkust Harderwijk-Elburg, Oosterwolde-Oldebroek en de Noordelijke IJsselvallei worden beschouwd als waardevol open gebied. Ruimtelijke ingrepen die de openheid aantasten, zijn er niet toegestaan. Recreatie en toerisme op de Noord-Veluwe hebben volgens het streekplan een kwaliteitsimpuls nodig, die wordt gekoppeld aan het Veluwemassief. Daarom wordt, via het plan Veluwe 2010 en het reconstructieplan, het groei- en krimpbeleid gevoerd. Doel is de recreatie en de natuur ruimtelijk beter op elkaar af stemmen. Dat levert voor beide kwaliteitswinst op.

Vrijwaring Randmeerzone
In verband met mogelijke toekomstige klimaatwijzigingen kan het nodig zijn om te anticiperen op een peilstijging van de Randmeren. De provincie verwacht van rijkswaterstaat dat zij uiterlijk voor 2009 deze problematiek en de ruimtelijke gevolgen hebben onderzocht.

Informatieavond
De provincie houdt voor de Noord-Veluwe op donderdag 17 februari in zalencentrum De Pineta in Nunspeet een informatie- en discussieavond over het nieuwe streekplan.



Provincie Gelderland