Gemeente Den Haag

december 2004
Actieve aanpak ziekte kastanjebomen (29 december)

Onderzoekers, belangengroeperingen en lokale overheden hebben een plan van aanpak opgesteld ter bestrijding van de ziekte die de kastanjebomen treft.

Het plan van aanpak voorziet in onderzoek waarbij monsters van zieke bomen onderzocht worden op aanwezigheid van o.a. schimmels, bacteriën en virussen. De invloed van de kastanjemineermot op de verspreiding van de ziekte wordt bepaald en er wordt onderzoek gedaan bij de standplaats van de kastanjebomen.
Het actieplan voorziet niet alleen in onderzoek naar de oorzaak van de ziekte maar richt zich ook op het tot stilstand brengen van de bloedingsziekte bij al aangetaste bomen. Het plan van aanpak moet ook resulteren in heldere praktijkadvisering hoe men zieke paardekastanjebomen moet behandelen en hoe dode bomen te verwijderen. "Er is geen tijd te verliezen, vandaar dat we meteen opdracht hebben gegeven om te beginnen met onderzoeken die in het Plan van Aanpak worden aangekondigd", aldus de Haagse wethouder Wilbert Stolte, die als woordvoerder optreedt van de lokale overheden.

De werkgroep Aesculaap voert het onderzoek naar de ziekte onder de kastanjebomen uit.
In deze werkgroep zijn de gemeenten Den Haag, Houten en Haarlemmermeer, de Universiteit van Wageningen de Plantenkundige Dienst, Ingenieursbureau Amsterdam en het Centraalbureau voor Schimmelculturen verenigd.

De ziekte onder kastanjebomen is een (inter)nationaal probleem. In Nederland is in de Haarlemmermeer 41% van de kastanjebomen aangetast, in Friesland tussen de 50 en 75%, en in Den Haag 39%. De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit is inmiddels op de hoogte gebracht van het Plan van Aanpak.