Gemeente Breda

College tevreden over overleg met wijk- en dorpsraden

Het college van burgemeester en wethouders heeft ingestemd met de Evaluatie Jaaragenda Wijk- en Dorpsraden 2004. Ook stemt ze in met het belangrijkste resultaat van die evaluatie: de Jaaragenda 2005. Hierin staan de punten vastgelegd die voor het komende jaar aan bod komen.

Het college is erg tevreden over het afgelopen jaar, waarin voor het eerst is gewerkt volgens de methodiek van Aandacht verzekerd. Dit houdt in dat de wijk- en dorpsraden twee maal per jaar met wethouder Oomen rond de tafel zitten om belangwekkende zaken te bespreken. De werkwijze van het afgelopen jaar is neergelegd in de Evaluatie Jaaragenda Wijk- en Dorpsraden 2004. Het college vindt dat de wijk- en dorpsraden zeer serieus werk hebben gemaakt van de voorbereiding van deze eerste evaluatie, die in het afgelopen najaar heeft plaatsgevonden. Dit evaluatieoverleg is juist daardoor, net als het eerste overleg in maart, op een zeer prettige en constructieve manier verlopen. Die tevredenheid leeft ook bij de wijk- en dorpsraden. Dit blijkt uit hun verzoek om deze werkwijze ook in de volgende collegeperiode voort te zetten.

Daarnaast hebben de wijk- en dorpsraden verzocht de halfjaarlijkse overleggen af te stemmen op de begrotingscyclus van de gemeente. Dit houdt in dat nog vóór het begin van het jaar de jaaragenda wordt vastgesteld. Die agenda dient niet alleen als afsprakenlijstje van uit te voeren taken, maar ook als basis voor het eerstkomende overleg met wethouder Oomen. In dat voorjaarsoverleg kunnen bovendien ook nieuwe zaken aan bod komen die eventueel voorgelegd worden aan de gemeenteraad. Dit gebeurt in het kader van de beraadslagingen over de kadernota en dus over de begroting van het daaropvolgende jaar. In het tweede overleg, het najaarsoverleg, kan enerzijds worden teruggeblikt op de manier waarop de gemeente de activiteiten van de jaaragenda en de afspraken van het voorjaarsoverleg heeft uitgevoerd en anderzijds worden gesproken over de jaaragenda van het volgende jaar.

Breda, 30 december 2004