European Commission

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE

NL

P/05/3

Brussel, 12 januari 2005

5271/1/05 REV 1 (Presse 4)

Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie over de kwestie Marinich

De Europese Unie heeft het proces van de heer Mikhail Marinich voor de districtsrechtbank van Minsk nauwlettend gevolgd. Zij herinnert aan de onlangs aan de minister van Buitenlandse zaken van de Republiek Belarus gezonden brief waarin de toen fungerende voorzitter van de Raad van de Europese Unie, de heer Bernard Bot, de autoriteiten van Belarus dringend verzocht heeft voor een eerlijk en openbaar proces zorg te dragen.

Dat is niet gebeurd. De heer Marinich is veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaar, gevolgd door een voor drie jaar geldend verbod om openbare functies uit te oefenen, alsmede tot verbeurdverklaring van eigendommen vanwege de beweerde verduistering van computers die toebehoorden aan de ambassade van de Verenigde Staten. De Verenigde Staten hebben verklaard in verband met deze computers geen actie tegen de heer Marinich te zullen ondernemen. De Europese Unie is van oordeel dat dit proces werd ingegeven door politieke motieven en geleid heeft tot een onevenredig zware straf op basis van een aanvechtbare tenlastelegging.

De Europese Unie is tevens van oordeel dat de vervolging van de heer Marinich opnieuw doet twijfelen aan het door Belarus veelvuldig geuite voornemen om de basisbeginselen inzake burgerrechten te eerbiedigen. Zij blijft vrezen dat veroordelingen van dit type de ontwikkeling van de betrekkingen tussen Belarus en de Europese Unie alleen nog meer zullen afremmen.

Daarom verzoekt de Europese Unie, gezien de aard van de tenlastelegging, om herziening van het vonnis van de heer Marinich. De Europese Unie zal de beroepsprocedure nauwlettend volgen.

De kandidaat-lidstaten Bulgarije, Roemenië en Kroatië*, de landen van het stabilisatie- en associatieproces en mogelijke kandidaat-lidstaten Albanië, Bosnië en Herzegovina, Servië en Montenegro en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, alsmede de EVA-landen IJsland, Liechtenstein en Noorwegen, die lid zijn van de Europese Economische Ruimte, sluiten zich bij deze verklaring aan.


* Kroatië blijft deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces.