Ondernemersorganisatie voor Schoonmaak- en Bedrijfsdiensten

OSB Trofee voor Vereniging Schoonmaak Research (VSR)

Op woensdag 12 januari 2005 is, tijdens de OSB-Nieuwjaarsreceptie in Hart van Holland in Nijkerk, de OSB- Trofee uitgereikt aan de Vereniging Schoonmaak Research. VSR- voorzitter Bert van Bommel nam de Trofee namens de vereniging in ontvangst.

Henk van Weerdenburg, voorzitter van OSB, prees bij die gelegenheid VSR voor de belangrijke bijdrage, die deze organisatie aan de ontwikkeling van de schoonmaak- en glazen- wassersbranche levert. VSR doet onderzoek naar uiteenlopende facetten van het schoonmaak- onderhoud en levert daarbij de handvatten om de opgedane bevindingen in de praktijk handen en voeten te geven. Zo presenteerde VSR onlangs bijvoorbeeld een onderzoek naar de effecten van fijn stof en leverde daarbij aanbevelingen voor de manier waarop de schoonmaker hiertegen te werk moet gaan. Daarnaast werkte VSR mee aan de verbetering van het schoonmaak- onderhoud op basisscholen door de ontwikkeling van het indicatief meetsysteem Primair Onderwijs. Het meetsysteem maakte onderdeel uit van de instrumenten, die in het kader van de campagne Schoon op school, fris in de klas aan basisscholen en schoonmaakbedrijven beschikbaar zijn gesteld. VSR vierde eind 2004 haar 25-jarig bestaan. De vereniging telt 260 leden vanuit verschillende hoeken van de branche, namelijk opdrachtgevers, vertegenwoordigers van schoonmaakbedrijven, leveranciers van schoonmaak- apparatuur en -middelen, adviesbureaus en onderwijs- instellingen.

Sinds de OSB Trofee in 1984 is ingesteld, is (met VSR meegerekend) de Trofee 17 keer uitgereikt. Eerder werd de Trofee voor bijzondere verdiensten uitgereikt aan onder andere de Stichting Scholing en Vorming Schoonmaakbedrijven & -Diensten (1989), minister Andriessen van Economische Zaken (1993), minister Melkert van Sociale Zaken (1997) en Staatssecretaris Adelmund van Onderwijs, Cultuur & Wetenschappen (2002).

Heraanbestedingen: gaan we nog meer geld over de balk smijten?

Opinie van Henk van Weerdenburg, voorzitter van OSB, n het magazine FORUM (VNO-NCW)

Slikken of stikken voor opdrachtnemers; een prikkelende titel in Forum nummer 23 over de puinhopen in aanbestedingsland. Het is duidelijk, dat er op dit vlak nog heel veel te verbeteren valt. Kijk bijvoorbeeld naar de aangehaalde administratieve lasten voor opdrachtnemers, het feit dat de laagste prijs (en niet de kwaliteit) het meest gebruikte criterium voor gunning is en dat opdrachtgevers vaak niet weten hoe ze de aanbestedingsregels moeten toepassen. Maar er is nog een fiks probleem, dat overigens niet in het artikel aan bod is gekomen. Er heerst namelijk een hardnekkig, en wellicht bewust in stand gehouden, misverstand over de contracttermijn. Te vaak wordt gedacht, dat die termijn gemaximeerd is tot tussen de 3 en 5 jaar. Niets is minder waar! En omdat we niets doen om dit misverstand uit de weg te ruimen, worden er inmiddels bakken geld onnodig over de balk gesmeten!

Ik kom hierop naar aanleiding van een recente steekproef onder schoonmaak- en glasbewassings- aanbestedingen, die in een periode van een halfjaar plaatsvonden. Tot mijn verbazing verliest bij 90% van de heraanbestedingen het zittende schoonmaakbedrijf de opdracht. Niet omdat de opdrachtgever ontevreden is. Integendeel. Kern van het probleem is het misverstand, dat er in de EU-Richtlijn een maximum aan de contracttermijn verbonden is. Maar ik kan nergens een expliciete hofuitspraak vinden, die stelt dat langere contracten bij Europese aanbestedingen niet mogen. En het grappige is, dat opdrachtgevers, opdrachtnemers en intermediairs elkaar allemaal napraten in de waan dat dat wel zo is. Ik stel vast, dat hoe eerder een object wordt heraanbesteed, hoe ongunstiger de situatie uitpakt voor opdrachtgever èn opdrachtnemer. Wordt het niet eens tijd dat misverstand gezamenlijk overboord te gooien?

Nu hoort u mij niet zeggen, dat ik pleit voor oneindige contracten. Maar zó, kan het gewoon niet langer meer. Ik wil een duidelijk oproep doen! Er zijn volgens mij, naast de schoonmaak- en de glazenwassersbranche, nog veel meer dienstverlenende branches die met dit probleem kampen. Waar bestaande opdrachtnemers aan de dijk worden gezet, omdat de regels bij heraanbesteding onduidelijk zijn of verkeerd worden toegepast. Ik zou graag een brede discussie met diverse branches, opdrachtgevers, intermediairs en opdrachtnemers willen voeren om helderheid in de aanbestedingsregels te brengen. Dat zal uiteindelijk een enorme besparing in tijd, geld en genomen moeite schelen. Wellicht kunnen wij hiermee ook een positieve bijdrage leveren aan de nieuwe Aanbestedingswet, die in 2008 van kracht wordt.