Ministerie van Buitenlandse Zaken

van hetl id Karimi over het ambassadeursbenoemingensysteem

Beantwoording kamervragen van hetl id Karimi over het ambassadeursbenoemingensysteem

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

Den Haag

Bureau Secretaris-Generaal

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag

Datum

8 februari 2005

Behandeld

Hester Somsen

Kenmerk

BSG - 040/05

Telefoon

070 348 58 53

Blad


1/4

Fax

070 348 48 00

Bijlage(n)


1

hmj.somsen@minbuza.nl

Betreft

Beantwoording vragen van het lid Karimi over het ambassadeursbenoemingssysteem

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Karimi over het ambassadeursbenoemingssysteem. Deze vragen werden ingezonden op 3 februari 2005 met kenmerk 2040507660.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoorden van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken op vragen van het lid Karimi (GroenLinks) over het
ambassadeursbenoemingssysteem.

Vraag 1

Wat zijn de redenen dat de ministerraad de minister van Buitenlandse Zaken en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties de opdracht heeft gegeven tot het opstellen van een nieuw ambassadeursbenoemingssysteem? 1)

Vraag 2

Is de ministerraad van oordeel dat ambassadeursposten via vriendjespolitiek en willekeur verkregen worden en dat er daarom een nieuw ambassadeursbenoemingssysteem opgezet moet worden?

Vraag 3

Wat zijn uw bezwaren tegen een nieuw ambassadeursbenoemingssysteem waarbij voor benoemingen duidelijke criteria opgesteld kunnen worden en de procedures transparanter zijn? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 4

Gaat u de opdracht van de ministerraad om samen met de minister Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties een nieuw benoemingssysteem op te zetten uitvoeren? Zo ja, wanneer denkt u de opdracht afgerond te hebben? Zo neen, met welke argumenten denkt u de ministerraad te overtuigen?

Vraag 5

Wilt u het nieuwe benoemingssysteem, indien afgerond, de Kamer zo spoedig mogelijk doen toekomen? Zo neen, waarom niet?


1) RTL 4 nieuws, 1 februari jl.

Antwoord
Voordrachten voor hoofden van diplomatieke vertegenwoordigingen worden aan de ministerraad voorgelegd, omdat zij mede het aanzien van Nederland in het buitenland bepalen. Deze voordrachten gebeuren onder mijn verantwoordelijkheid. In de ministerraad is niet gesproken over een nieuw systeem voor Ambassadeursbenoemingen. Daarvan is geen sprake. Wel zal ik nader contact hebben met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vanuit zijn verantwoordelijkheid voor de Rijksdienst over de verhouding van de Algemene Bestuursdienst tot mijn dienst.

Voor wat betreft de door mij gehanteerde procedure om te komen tot een Ambassadeursbenoeming dient het volgende. De benoeming van ambassadeurs verloopt volgens een transparante procedure aan de hand van vooraf gestelde functiespecifieke en algemene eisen. Daarbij gaat het onder andere om brede ervaring op Nederlandse vertegenwoordigingen in het buitenland, kennis van relevante beleidsterreinen, onderhandelingservaring op het internationale toneel, interculturele sensitiviteit en gedegen talenkennis. Aan de ambtelijke voorbereiding van de voordrachten neemt op basis van het Concordaat, gezien het economische belang van het postennetwerk voor de Nederlandse economie, ook het Ministerie van Economische Zaken deel.

De voordrachten worden door mij, in afstemming met de minister voor Ontwikkelingssamenwerking en de staatssecretaris voor Europese Zaken, uitvoerig op deze eisen getoetst. Van vriendjespolitiek en willekeur kan daarmee dan ook geen enkele sprake zijn.

In het personeelsbeleid van Buitenlandse Zaken staat mobiliteit centraal. Iedere ambtenaar wisselt periodiek verplicht van functie. Buitenlandse Zaken is een carrièredienst die aan de hand van een streng selectiesysteem mensen op jonge leeftijd rekruteert voor een loopbaan met afwisselend functies op posten over de gehele wereld en op het departement. Dit is een wezenlijk kenmerk van de carrièredienst die daarin, evenals andere specifieke diensten, afwijkt van het benoemingsysteem dat elders binnen de Rijksoverheid wordt gehanteerd.