Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Antwoorden op kamervragen over de ontvangst van de regionale zender in de functie voor berichtgeving ten tijde van crises en rampen

Antwoorden op kamervragen over de ontvangst van de regionale zender in de functie voor berichtgeving ten tijde van crises en rampen

11 februari 2005

Vragen van de leden Externe link Van Heteren en Externe link Wolfsen (beiden PvdA) over de ontvangst van de regionale zender in de functie voor berichtgeving ten tijde van crises en rampen.
---


1. Vraag Heeft u kennisgenomen van de briefwisseling die heeft plaatsgevonden tussen de gemeente Lingewaal en het ministerie van Economische Zaken betreffende de ontvangst van de regionale zender in de functie voor berichtgeving ten tijde van crises en rampen?


1. Antwoord Ja.


2. Vraag Is het waar dat reeds vanaf 20 augustus 2003 bij u bekend is dat omroep Gelderland met een verminderde ontvangst te kampen heeft in bepaalde regio's van de provincie? Wat vindt u van de gang van zaken sinds de melding van de gemeente Lingewaal over de ontvangstproblematiek tot op dit moment, mede gezien de vroegtijdige erkenning door het ministerie van Economische Zaken van de ernst van de problematiek?


2. Antwoord Bij het inventariseren van de ontvangstklachten van de publieke omroepen, die deels zijn ontstaan na de nieuwe frequentieverdeling in juni 2003, is reeds geconstateerd dat er sprake was van een onvoldoende radio-ontvangst via de ether in het gebied van de Bommelerwaard. Deze klachten deden zich ook voor juni 2003 voor. Er is door het Ministerie van Economische Zaken gekeken of er frequentietechnische oplossingen voorhanden zouden zijn. Dit heeft geen significante frequentieruimte opgeleverd die het bestaande verzorgingstekort van omroep Gelderland adequaat zou kunnen afdekken.


3. Vraag Deelt u de mening dat de radio-ontvangst op dit moment voldoende op orde is om in de gehele provincie Gelderland ten tijde van crises en rampen de burger van de benodigde informatie te voorzien? Zo neen, wat gaat u ondernemen om dit op korte termijn wel op orde te brengen?

3. Antwoord
Op een klein gebied (Bommelerwaard en Tielerwaard-West) na, is de ontvangst van regionale zenders in Gelderland op dit moment goed op orde. Voor de burgers zijn, naast de ontvangst via regionale zenders, overigens alternatieven voorhanden om informatie tijdens rampen en crises te verkrijgen. Dit kan via de lokale en landelijke omroepen als ook via de kabel of internet (zie ook antwoord vraag 5).


4. Vraag Hoe reageert u op het feit dat het ministerie van Economische Zaken telefonisch signalen heeft afgegeven dat er geen oplossingen zijn voor de slechte ontvangst van de regionale radiozender in de gebieden Bommelerwaard en Tielerwaard-West?) Is het waar dat het ministerie van Economische Zaken deze signalen heeft afgegeven aan de gemeente Lingewaal, omdat er geen frequenties meer beschikbaar zijn voor verbetering van de ontvangst?Hoe reageert de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties hierop, vanuit zijn verantwoordelijkheid voor informatievoorziening ten tijde van crises en rampen?


5. Vraag Hoe is het in de rest van Nederland met de ontvangst van regionale zenders voor berichtgeving ten tijde van crises en rampen gesteld? In hoeverre hebben zich na de operatie Zerobase (herverdeling van AM en FM-frequenties) problemen voorgedaan in de ontvangst van regionale omroepen en in hoeverre doen die problemen zich nog altijd voor ten koste van de berichtgeving tijdens rampen en crises?

4 en 5 Antwoord Op een klein gebied (Bommelerwaard en Tielerwaard-West) na, is de ontvangst van regionale zenders op dit moment goed op orde. Dit is door het Ministerie van Economische Zaken (telefonisch) bevestigd. Verder zijn er op dit moment geen problemen bekend.

Naast de ontvangst via regionale zenders zijn alternatieven voorhanden om informatie tijdens rampen en crises te verkrijgen. Dit kan via de lokale en landelijke omroepen als ook via de kabel of internet. Een gemeente als Lingewaal zal om haar burgers te alarmeren, te informeren en te instrueren, zeker als het om meer kleinschalige incidenten gaat, vooral gebruik maken van de persoonlijke communicatie door de hulpverleningsdiensten. Dit omvat zowel de inzet van geluidswagens en vlugschriften tot de inzet van politie, als andere hulpverleningsdiensten en organisaties. Op dit moment wordt in samenwerking met het bedrijfsleven onderzocht of de methode van cell-broadcastingtekstberichten via de mobiele telefoon) zowel voor alarmering als informatieoverdracht geschikt is. Daarnaast wordt door het Expertisecentrum voor Risico- en Crisiscommunicatie van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een speciale crisiswebsite ontwikkeld. In de dagelijkse praktijk functioneert deze site als thema/portalsite over maatschappelijke risico's. Bij een crisis wordt deze site opgeschaald tot een aparte crisissite waarmee alle beschikbare informatie over de specifieke crisis wordt ontsloten. Het streven is om de crisissite te positioneren achter de site van postbus 51.

Onlangs is het rapport van de commissie rampenzender (commissie Koetje) aangeboden aan de minister van BZK. Het Interprovinciaal Overleg (IPO) heeft deze commissie gevormd. Een van de opdrachten van de commissie was het ontwikkelen van een landelijke beleidsvisie over communicatie bij rampen met daarin aandacht voor o.a. de positie, de functie en het functioneren van de calamiteitenzender. Naast de rol van de radio geeft de commissie ook aan dat televisie een rol kan en moet gaan spelen als calamiteitenzender. Ook teletekst en Internet worden gezien als media waarmee de burger bereikt kunnen worden.