---

Kamervragen en antwoorden
---

Antwoord op vragen over de vergoedingen voor uitgezonden militairen in Irak

14-2-2005 15:33:00

Hierbij bied ik u de antwoorden op vragen van de leden Koenders en Eijsink (PvdA) over de vergoedingen voor de uitgezonden militairen in Irak. (Ingezonden 5 januari 2005).

DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

1. Hoe lang is bij het ministerie van Defensie al kennis van toenemende onvrede over de vergoedingen voor de uitgezonden militairen in Irak? Hoe is dit kenbaar gemaakt en op welke wijze is er wanneer door het ministerie op gereageerd?

4. Kan de toelage van uitgezonden militairen in Irak en elders direct worden aangepast aan inflatie en koersrisicos als gevolg van de stijgende eurokoers? Kan er tevens zo spoedig mogelijk een regeling komen waarbij vergoedingen op basis van effectieve koopkracht worden vastgesteld?

Tijdens werkbezoeken aan uitgezonden militaire eenheden in het najaar van 2004 zijn de eerste signalen met betrekking tot deze problematiek ontvangen. Het onderwerp is inmiddels besproken met de voorzitters van de centrales van overheidspersoneel en in het Sectoroverleg Defensie. Dit zijn de gremia waarmee ik overleg over de bezoldiging van militairen. Thans wordt onderzocht in hoeverre aanpassingen mogelijk zijn.

2. Is het waar dat militairen die bijvoorbeeld in Noorwegen oefenen, meer toelage krijgen? Hoe is dit te rijmen met de waardering van de professie van uitgezonden militairen en het respect voor hun missie in Irak en Afghanistan?

Militairen die oefenen ontvangen een oefentoelage als aanvulling op het salaris. Ingeval van uitzendingen zoals naar Irak en Afghanistan wordt aan militairen een afkoopbedrag voor extra beslaglegging (voor overwerk, extra diensten en consignatie) en een onkostenvergoeding (voor onder meer communicatie, ontspanning en recuperatie) toegekend.

Militairen die oefenen krijgen in algemene zin minder toelage dan uitgezonden militairen. Alleen bij oefeningen onder arctische omstandigheden in polair gebied (zoals in Noorwegen) dan wel tropische omstandigheden in regenwouden met een minimale duur van 14 dagen wordt naast de oefentoelage een zogeheten ontberingstoelage toegekend. Militairen die onder genoemde omstandigheden oefenen, ontvangen doorgaans (een gering bedrag) meer dan uitgezonden militairen.

De toelage voor afkoop extra beslaglegging en de onkostenvergoeding bij uitzendingen maken deel uit van de arbeidsvoorwaarden die in overleg met de centrales van overheidspersoneel worden vastgesteld. De vormgeving van deze toelagen staat los van de waardering en het respect dat bestaat voor het werk van uitgezonden militairen zoals in Irak en Afghanistan.

3. Is het waar dat er sprake is van eventuele acties van militairen en zullen deze dan alleen in Nederland plaatsvinden?

Er zijn geen aanwijzingen dat acties van militairen worden voorbereid.