Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzitter van de TweedeKamerderStaten-Generaal Binnenhof4
Den Haag


- Directie Sociale en Institutionele Ontwikkeling Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag


Datum


- 23 februari 2005

Behandeld

DSI-SB


Kenmerk


- DSI/SB-103/05

Telefoon


- 070 3484894


Blad


- 1/3

Fax


- 070 3485366


Bijlage(n)


- 1


- dsi-sb@minbuza.nl


Betreft


- Beantwoording vragen van het lid Van der Laan over de Nederlandse AIDS-ambassadeur

Graag - bied iku hierbij- de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door - het lid- Van der Laanover - de Nederlandse AIDS-ambassadeur. Deze vragen werden ingezonden op - 31 januari 2005met kenmerk - 2040507140.


- De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen gesteld door het lid Van der Laan (D66) over de Nederlandse AIDS-ambassadeur.

Vraag 1
Blijft de op 18 februari 2004 benoemde AIDS-ambassadeur, mevrouw Van den Assum, in functie? Zo neen, welk signaal over het belang van AIDS-bestrijding zendt u hiermee uit?

Vraag 2
Bent u tevreden over de functie en het functioneren van de AIDS-ambassadeur?

Antwoord
Aids is een belangrijk onderwerp van buitenlands beleid. De AIDS-ambassadeur heeft gezorgd voor een bredere (internationale) bekendheid met het Nederlandse beleid inzake AIDS-bestrijding. Ook heeft zij meer mogelijkheden geopend voor publiek-private partnerschappen, heeft zij bijgedragen aan de vergroting van kennis en inzicht binnen Buitenlandse Zaken zelf en aan versterking van de interdepartementale samenwerking, vooral met het Ministerie VWS. Ik verwijs hierbij graag naar het verslag van de werkzaamheden van de AIDS-ambassadeur in 2004, dat u op 18 februari jl. is toegezonden.

Om de resultaten te consolideren en goed te verankeren in de organisatie ben ik voornemens om de functie van ambassadeur voor HIV/AIDS aangelegenheden te koppelen aan de functie van directeur van de Directie Sociale en Institutionele Ontwikkeling.

De prioriteit die Nederland geeft aan de bestrijding van HIV/AIDS komt hiermee geenszins in het geding.

Vraag 3
Hoe functioneert de taakgroep "AIDS en reproductieve gezondheid"? Welke resultaten heeft deze taakgroep bereikt?

Antwoord
De taakgroep AIDS en Reproductieve Gezondheid is operationeel sinds september 2004. Tijdens het Nederlands voorzitterschap van de EU heeft de taakgroep de inbreng op beide thema's gecoördineerd en dit heeft geleid tot belangrijke raadsconclusies. Intussen is een start gemaakt met het verankeren van beide thema's in de organisatie. Diverse directies en ambassades hebben de thema's opgenomen in hun jaarplannen. Er is een aantal thema's geïdentificeerd, die meerdere sectoren betreffen, waarvoor beleidsuitgangspunten worden geformuleerd. Onder andere HIV/AIDS en veiligheid en conflict; gevolgen van HIV/AIDS voor capaciteit in ontwikkelingslanden; macro-economische gevolgen van Aids en de mogelijkheden om extra financiële middelen in te zetten; harm reduction als onderdeel van preventie; integratie seksuele en reproductieve gezondheid en HIV/AIDS.

De taakgroep functioneert tevens als klankbordgroep en coördinatiepunt voor directies.

===