Waterschappen in Midden-Nederland sluiten samenwerkingsovereenkomst crisisbeheersing (22-02-2005)

De waterschappen Groot Salland, Rijn en IJssel, Rivierenland, Veluwe, Vallei en Eem en het hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden, starten vanaf 1 maart 2005 een intensieve samenwerking op het gebied van crisisbeheersing. Daar hoort ook het gezamenlijk trainen en oefenen van de calamiteitenorganisaties
bij.

De ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst door de dijkgraven van de genoemde waterschappen vindt plaats tijdens een bijeenkomst voor genodigden op donderdag 24 februari 2005 in Arnhem. Landelijke prominenten op het gebied van Rampenbestrijding en crisisbeheersing leveren een bijdrage aan het programma.

Calamiteitenorganisatie

Onder invloed van recente (bijna) rampen is er de laatste jaren grote politieke aandacht voor het thema crisisbeheersing. De waterschappen krijgen hierin, mede op grond van wettelijke regels, nadrukkelijker een rol. In het werkterrein van de waterschappen zitten risico's en bedreigingen opgesloten, die moeten worden ingekaderd. Vooral de hoogwaterbescherming springt er dan uit.

Oefening baart kunst

Om zich te prepareren op rampenbestrijding is het goed oefenen van de calamiteitenorganisaties van belang. De samenwerkende waterschappen hebben dan ook een gezamenlijk Beleidsplan Oefenen vastgesteld. In dat plan is opgenomen dat de calamiteitenorganisatie van elk waterschap minimaal twee keer per jaar oefent en dat er vanaf volgend jaar ook samen wordt geoefend.

Kostenbesparing

Door samen te werken verwachten de waterschappen een jaarlijkse kostenbesparing te realiseren van ongeveer EUR 70.000,- per deelnemend waterschap. Dit in ieder geval gedurende de komende vier jaar, de looptijd van de samenwerkingsovereenkomst. Eigen beheer

Om het Beleidsplan Oefenen uit te werken gaan de waterschappen dus nog nauwer samenwerken. De opzet en begeleiding van dit proces geschiedt grotendeels met eigen mensen. Daarmee wordt een zo groot mogelijke (kosten)effectiviteit en behoud van kennis binnen de calamiteitenorganisaties bereikt.