Gemeente Boarnsterhim


Spelregels "Vinden eerste Kievitsei"


1. De Commissaris van de Koningin, hierna genoemd CvdK, neemt ten allen tijde het eerste kievitsei zelf in ontvangst. Voor de uitreiking van het eerste kievitsei aan de CvdK wordt ook de (loco)burgemeester van de vindgemeente uitgenodigd.

2. de vinder mag uitsluitend zoeken en rapen op een plaats en tijdstip waarop dat is toegestaan. Dat betekent dus niet in ganzengedooggebieden vóór een aangegeven tijdstip en niet op een land waar het aaisykje door de eigenaar of de gebruiker is verboden of verboden is voor bepaalde personen. Een nazorger die met uitsluiting van alle anderen, mag zoeken op een land van een grondeigenaar/- gebruiker, kan dus niet als vinder van het eerste ei worden erkend. De vindplaats moet toegankelijk zijn voor iedere daartoe bevoegde aaisiker (zie 3).

3. de vinder moet in het bezit zijn van een geldig nazorgpas met inlegvel. Vindt een grondeigenaar/gebruiker op eigen grond het eerste ei dan wordt zonodig via de plaatselijke vogelwacht de vinder direct een nazorgpas verstrekt. De grondeigenaar/-gebruiker moet dan wel nazorg op zijn landerijen toestaan.

4. de vinder meldt zich bij de (loco)burgemeester van de gemeente binnen welk grondgebied het ei is gevonden én bij de vogelwacht ter plaatse. Is de (loco)burgemeester niet bereikbaar dan is het verstandig dat de vinder het vinden van het eerste Friese kievitsei meldt bij de meldkamer van de politie via het servicenummer 0900 - 8844. Het tijdstip van het melden aan de burgemeester dan wel aan de politie is doorslaggevend om te bepalen welk ei het eerst gevonden is, mits voldaan is aan de in deze spelregels genoemde vinderscriteria. De (loco)burgemeester of bij diens onbereikbaarheid de dienstdoende functionaris van de politie wendt zich tot de provincie (piket ambtenaar Bestuurszaken) waneer het vermoeden bestaat dat er sprake is van het eerste gevonden Friese kievitsei (provincie).
5. ten aanzien van het vaststellen of het eerste Friese kievitsei volgens deze spelregels is gevonden geldt het voorbehoud dat de (loco)burgemeester in samenspraak met de vertegenwoordiger van de vogelwacht of een andere deskundige controleert en vaststelt of er sprake is van een vers ei (lotterje).

6. als er twee eieren (bijna) tegelijkertijd worden gevonden, geldt het eerst gemelde ei als eerste ei. De vinder moet dus snel zijn vondst melden.

7. als het eerste Friese kievitsei (van de provincie) deel uitmaakt van een legsel van meer dan één ei is gevonden, dan is één ei bestemd voor de CvdK en het tweede voor de burgemeester van de gemeente waarin het ei gevonden is.

8. het tweede ei dat gevonden wordt in de gemeente waarin het eerste Friese ei van de Provincie is gevonden, wordt beschouwd als het eerste ei van de gemeente en wordt als zodanig aangeboden aan de desbetreffende burgemeester.