De gemeenteraad heeft gedebatteerd over het actieprogramma Meedoen of
achterblijven. Het debat leverde diverse moties op, waarvan er twee
(van PvdA en fractie-Bourzik) werden aangenomen.
Raadsvergadering van 3 maart 2005
Actieprogramma Meedoen of Achterblijven besproken
De gemeenteraad heeft gedebatteerd over het actieprogramma Meedoen of
achterblijven. Er was brede steun voor de bestrijding van het
terrorisme en de aanpak van het extremisme. Wel werden kritische
vragen en opmerkingen ingebracht die om toelichting van het college
vroegen. Uiteindelijk leverde het debat een aantal moties op, twee
werden aangenomen.
Met een motie van de PvdA wordt het college opgedragen voor 1 mei 2005
een plan van aanpak te hebben om discriminatie van Rotterdammers van
o.a. Marokkaanse afkomst te bestrijden met concrete
resultaatverplichtingen. Tegen deze motie stemden een aantal leden van
Leefbaar Rotterdam, D66 en fractie-Smit. Ook komt er een onderzoek
naar de oorzaken van de groeiende werkloosheid onder allochtonen. Deze
motie van fractie-Bourzik kreeg steun van de PvdA, een groot aantal
leden van Leefbaar Rotterdam, GroenLinks, D66, Stadspartij, SP en
ChristenUnie-SGP.
Het actieprogramma Meedoen of Achterblijven is een reactie op een
motie van Leefbaar Rotterdam die bij de begrotingsbehandeling in 2004
unaniem is aangenomen. Met deze motie is het college gevraagd,
concrete maatregelen te nemen om radicalisering en extremisme in
Rotterdam in te dammen en te isoleren. Het actieprogramma bevat 44
concrete actiepunten, waarvan het college voor sommige punten al met
de uitvoering is gestart. Leden van de raadscommissie voor Bestuur en
Veiligheid discussieerde in februari voor het eerst over het
actieprogramma.
Debat in de raad
Leefbaar Rotterdam prees de slagvaardige uitvoering van de motie. Het
actieprogramma ligt in het verlengde van het collegeprogramma en sluit
aan bij het actieprogramma Rotterdam zet door. De Rotterdamse overheid
heeft met het actieprogramma als eerste haar nek uitgestoken.
Leefbaar Rotterdam ondersteunde de wij-zij-benadering, met aan de ene
kant de mensen die de fundamentele waarden van de democratische
rechtstaat onderschrijven en aan de andere kant degenen die dat niet
doen. Wel miste de fractie in het actieprogramma concrete instructies
voor de gehele bevolking om signalen te melden.
De SP wees erop dat uitsluiting van mensen ook een impuls kan zijn
voor radicalisering.
De nadruk op het insluiten kreeg steun, net als het stimuleren van de
betrokkenheid van burgers. Insluiten is een goede zaak, evenals de
ontwikkeling van gemengde wijken en gemengde scholen. Wel moet, aldus
de SP, worden voorkomen dat bepaalde groepen worden gestigmatiseerd.
D66 schetste enkele historische ontwikkelingen en stelde vast dat er
goede oplossingen moeten worden gevonden voor de huidige situatie.
Burgerlijke vrijheden mogen daarbij niet worden aangetast. De politiek
moet zich afzijdig houden van geloofsbelijdenis door burgers.
D66 ziet een verzet tegen de Islam ontstaan. Discriminatie op de
arbeidsmarkt dient te worden tegengaan en terrorisme moet worden
aangepakt. De fractie wees op de noodzaak van goede begeleiding van
jongeren die naar extremisme neigen. Problemen moeten vroegtijdig
worden gesignaleerd. Jongeren moet je niet uitsluiten maar insluiten.
Een motie (D66), waarin het college wordt verzocht geen opdrachten
meer te geven aan organisaties of bedrijven waarvan bekend is dat zij
jongeren met een etnische achtergrond geen stageplek of arbeidsplek
aanbieden, werd verworpen. De motie kreeg alleen steun van D66, PvdA,
GroenLinks, SP, Stadspartij, fractie-Dos Santos en fractie-Bourzik.
Ook een tweede motie van D66, om met concrete maatregelen etnische
discriminatie op de arbeidsmarkt tegen te gaan, kreeg onvoldoende
steun. Voor stemden D66, GroenLinks, SP, Stadspartij en
fractie-Bourzik.
Fractie-Dos Santos stelde vast dat integratie geen garantie is om een
goede Nederlander te worden. Geloof en democratie zijn twee
belangrijke zaken: geloof is individueel en democratie is iets
gemeenschappelijks. De fractie riep politieke partijen op om zelf in
actie te komen.
Fractie-Van Heijgen uitte kritiek op de willekeur in het rapport,
waarmee mensen als verdacht worden getypeerd.
De PvdA refereerde aan de unanieme uitspraak van de raad om
radicalisering tegen te gaan. Het college kreeg steun voor het plan om
extremisme aan te pakken. Kritiek was er op het fenomeen uitsluiting.
Wanneer en hoe uitvoering wordt gegeven aan uitsluiting was voor de
fractie niet helder. Er werd vastgesteld dat uitsluiting alleen mag
plaatsvinden op basis van bewezen feiten. Bepaalde groepen moeten zich
steeds bewijzen dat ze niet radicaal zijn .
Het is een voorwaarde dat het college discriminatie, terrorisme en
extremisme aanpakt. Jongeren moeten binnenboord worden gehouden
voordat het fout gaat. Het vraagt om een offensieve aanpak, waarbij
iedereen wordt gevraagd een bijdrage te leveren. Gepleit werd voor een
hecht bondgenootschap met de overheid en vertegenwoordigers van
gemeenschappen.
De PvdA stelde vast dat de antwoorden op haar schriftelijke vragen,
vertrouwen gaf in de uitgangspunten van het actieprogramma.
Het CDA bracht in dat het de plicht van de overheid is om
radicalisering tegen te gaan met preventieve, repressieve en curatieve
maatregelen. Primaire taak van de overheid om paal en perk te stellen
aan stromingen die integriteit van individuele burgers op de proef
stellen. Alle vormen van racisme en discriminatie zijn verwerpelijk.
Groepen verharden volgens de fractie in hun opvattingen door
uitsluiting en discriminatie. De stad behoort tot het domein van de
burgers. Kansrijke initiatieven van burgers en organisaties moeten in
beeld worden gebracht. Het college werd gevraagd om etnische
organisaties te helpen bij de professionalisering en bij het opzetten
van een slagvaardige organisatiestructuur.
Fractie-Bourzik betoogde dat het niet aan de overheid is om
opvattingen van mensen te bepalen. De overheid treedt pas op als
grondbeginselen worden overschreden.
De fractie stelde vast, ingenomen te zijn met de reactie van etnische
organisaties die afstand nemen van alle vormen van geweld. Het
actieprogramma is, aldus fractie-Bourzik, wel stigmatiserend naar een
deel van een bevolkingsgroep.
De VVD onderstreepte de wenselijkheid van een resultaatgerichte aanpak
van het radicalisme. In het actieprogramma moet ook aandacht zijn voor
links-extremisme. De fractie concludeerde dat succesvolle integratie
geen garantie is voor de bestrijding van extremisme. Ook moeten
mensenrechten en democratische vrijheden altijd verdedigd worden.
Volgens GroenLinks zijn de noodzakelijke preventieve maatregelen
duidelijk: door uitsluiting en discriminatie tegen te gaan. Concrete
maatregelen en investeringen ziet de fractie nog te weinig terug.
Oorzaken voor radicalisering van jongeren moeten niet alleen in de
Islamitische cultuur en religie worden gezocht. De westerse ideologie
en cultuur kan ook van invloed zijn.
Het belang van het vergroten van de arbeidsparticipatie van
allochtonen werd opnieuw onder de aandacht gebracht.
De ChistenUnie-SGP wees op het belang van de dialoog over extremisme
met etnische groepen. Er zijn kritische geluiden te horen, zoals het
gevaar voor stigmatisering en de wij-zij tweedeling. Enerzijds moeten
radicalisering en extremisme worden bestreden en aan de andere kant
moeten groepen hun religie kunnen belijden. De fractie vroeg zich af
of er voldoende capaciteit is om radicalen aan te pakken. Er komen
veel nieuwe plannen, maar er moeten nu concrete resultaten worden
geboekt.
In het raadsdebat hield de Stadspartij een pleidooi voor het belang
van geweldloosheid.
In het actieprogramma moet ook aandacht zijn voor verdraagzaamheid. De
fractie miste dit aspect in het actieprogramma. Gewelddadigheid moet
niet met gewelddadigheid worden bestreden. Het college houdt zich te
eenzijdig met repressie bezig.
Een motie van de Stadspartij voor een plan om verdraagzaamheid,
verzoening en vrede in Rotterdam te bevorderen werd verworpen. Voor
stemden de Stadspartij, PvdA, D66, GroenLinks, SP en fractie-Bourzik.
Fractie-Smit stelde vast dat de vrijheid van meningsuiting wordt
beperkt om terrorisme te bestrijden. De focus zou moeten liggen op
netwerken voor extremisme.
Een motie om ondernemers vrij te laten om personeel te kiezen werd
verworpen en kreeg alleen steun van een aantal leden van Leefbaar
Rotterdam en fractie-Smit. Uitsluiting kan, volgens fractie-Kok, ook
leiden tot radicalisering. De fractie hield een betoog over het belang
van vrijheid.
Plicht om te investeren
In reactie op het raadsdebat refereerde burgemeester Opstelten aan de
aanleiding om te komen tot het actieprogramma. De dreiging van het
terrorisme en extremisme is een nieuw risico in de samenleving
geworden. Daar moet in balans en in proportionaliteit mee worden
omgegaan. Alle acties en voorstellen vinden plaats in het kader van de
rechtsstaat.
Dat betekent dat er geen enkel grondwetsartikel of grondrecht ter
discussie wordt gesteld, aldus de burgemeester. Elke maatregel, die in
het kader van het actieprogramma wordt ingezet, moet eerst worden
vastgelegd in een wettelijk artikel. Het is de plicht van het
gemeentebestuur om te investeren in de stad. Geen enkele (etnische)
groep in de stad mag worden gestigmatiseerd. Het gaat uiteindelijk om
de beoordeling van het gedrag van mensen. Uitsluiten is van toepassing
op een beperkte groep. Daar worden noodzakelijke maatregelen genomen.
Opnieuw benadrukte de burgemeester dat het gemeentebestuur van en voor
alle Rotterdammers is. Hij gaf de raad mee dat regelmatig zal worden
gerapporteerd over de voortgang van de acties en maatregelen.
Wethouder Geluk gaf de gemeenteraad nadrukkelijk mee dat fors wordt
ingezet op de bestrijding van discriminatie op de arbeidsmarkt.
Wethouder Van den Anker ondersteunde het verzoek van enkele
raadsfracties om het emancipatieproces bij groepen te versnellen. Er
zal tijdig moeten worden ingegrepen om op tijd in en uit te sluiten.
En verder heeft de raad..
* motie-Madlener (Leefbaar Rotterdam) afgedaan. In de motie wordt
het college verzocht om in herstructureringswijken te zorgen voor
voldoende mogelijkheden om binnen de eigen wijk weer een woning te
krijgen.
* de bezwaren ongegrond verklaard tegen een eerder genomen besluit
om een gedeelte van de Cilinderstraat aan het openbaar verkeer te
ontrekken.
* de Verordening gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens
Rotterdam 2005 vastgesteld.
* de werkingsduur van de leefmilieuverordening Burgemeester
Baumannlaan Noordzijde verlengd.
Bron: Griffie, 04-03-2005
[s?rotterdam.Openbaar_60327.OTAP_RDM Content
ite_250003.Griffie_2050902.Nieuwsbericht_2050906.Raadsberichten_202949
2.Raadsberichten 2005_2051817.Raadsbericht 3 maart_2057997]
Gemeente Rotterdam