Universiteit van Utrecht

Persbericht van de Universiteit Utrecht
Faculteit Geowetenschappen

9 maart 2005

Stabiele relatie goed voor wooncarrière

Stabiele stellen en verstokte singles worden vaker huiseigenaar dan mensen met een meer turbulente levensloop. Vroeger kocht je een woning als je ging trouwen of bij de geboorte van het eerste kind. Tegenwoordig zijn het steeds vaker jonge stellen zonder kinderen die verhuizen naar een eengezins(koop)woning. Tegenslagen in de relatie of op de arbeidsmarkt leiden tot neerwaartse stappen op de woningmarkt. Vooral voor vrouwen kan een echtscheiding desastreus voor de wooncarrière zijn. Dat zijn de belangrijkste conclusies van Peteke Feijten. Zij is onlangs gepromoveerd bij de faculteit Geowetenschappen.

Feijten baseert haar conclusies op de analyses van een databestand met gedetailleerde informatie van duizenden individuele levenslopen. In vergelijking met vroeger kopen mensen op steeds jongere leeftijd een huis: in de jaren zestig was ongeveer 25% van de dertigers huiseigenaar op zijn dertigste terwijl dat begin jaren negentig al voor bijna 60% van de dertigers het geval was.

Stabiel leven

Het moment waarop mensen een huis kopen -een van de grootste gebeurtenissen in de wooncarrière van veel Nederlanders- heeft vooral te maken met de mate waarin men een stabiel leven leidt. Mensen die zich door een huwelijk binden aan een partner creëren voor zichzelf een stabiele situatie en kopen daardoor makkelijker een huis dan samenwoners en singles. Singles zijn veel terughoudender met het kopen van een huis. Nog los van hun beperktere financiële situatie, willen ze vaak graag flexibel blijven omdat ze niet weten wat de toekomst hen zal brengen. Onder wat oudere singles komt het kopen van een huis meer voor; zij hebben een wat stabielere fase in hun leven bereikt en zoeken een huis dat daarbij past. Echter, in de huidige woningmarkt is het kopen van een huis voor veel singles financieel bijna onhaalbaar door de hoge huizenprijzen.

Gezin stichten

Feijten laat zien dat het moment van kinderen krijgen ten opzichte van het verhuizen naar een eengezinswoning over de jaren heen omgedraaid is geraakt: verhuisde men vroeger vooral naar een eengezinswoning nadat het eerste kind geboren was, tegenwoordig doet men dat vaak voorafgaand aan de geboorte van een kind, met het plan om in het nieuwe huis een gezin te stichten. De planbaarheid van kinderen door het gebruik van moderne anticonceptiemiddelen en de toegenomen welvaart hebben dit mogelijk gemaakt.

Echtscheiding

Verstoring van een stabiel leven, zoals door echtscheiding, heeft vaak negatieve gevolgen voor de wooncarrière. Een opvallende bevinding is dat vooral gescheiden vrouwen in een koopwoning nog jaren na een echtscheiding het risico bleven lopen om hun koophuis te moeten verlaten. Kort na een scheiding kunnen de meeste vrouwen nog even teren op spaargeld. Maar na een tijdje, als de reserves zijn uitgeput, zijn de hypotheeklasten vaak niet meer te dragen. Echtscheiding leidt vaak tot een blijvende achterstand in de wooncarrière in vergelijking tot mensen met een stabiele relatie. Aangezien verwacht mag worden dat het echtscheidingscijfer in Nederland niet zal dalen, zijn er heel wat vrouwen die van dit effect last zullen hebben. Daar komt nog bij dat door de extreme waardestijging van koopwoningen in de afgelopen jaren, het financieel gezien heel moeilijk is geworden voor scheidende stellen om elkaar uit te kopen. Vaak komt het erop neer dat allebei de (ex)partners nieuwe woonruimte moeten vinden. Dat verhoogt de druk op het goedkopere segment van de koopwoningmarkt. De druk in dat segment is al hoog, omdat dat ook het segment is waarin starters een woning zoeken; gescheidenen voeren die druk nog eens extra op. Uitwijken naar de huursector is moeilijker geworden omdat de doorstroming in de huursector de laatste jaren gestremd is.

Meer informatie

Peteke Feijten, faculteit Geowetenschappen (promotie 25 februari 2005)

Titel proefschrift: Life events and the housing career: A retrospective analysis of timed effects (Eburon, Delft 2005)

Promotores: prof.dr. P. Hooimeijer en prof.dr. C.H. Mulder

De samenvatting van het proefschrift is te vinden bij het persbericht op www.uu.nl/nieuws.

Voorlichter Roy Meijer, (030) 253 3705, r.meijer@csc.uu.nl