Federale regering Belgie


Dubbele belasting België-Griekenland
(2005-03-11)

Persbericht van de Ministerraad

Op voorstel van de heer Karel De Gucht, Minister van Buitenlandse Zaken, en de heer Didier Reynders, Minister van Financiën, keurde de Ministerraad een voorontwerp van wet goed, houdende goedkeuring van de overeenkomst (*) tussen België en Griekenland tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting op het inkomen.

De overeenkomst vervangt de overeenkomst van 24 mei 1968 tussen België en Griekenland aangaande dezelfde aangelegenheid. Ze heeft als doel een einde te maken aan de verrekening in België van Griekse belastingen die niet daadwerkelijk zijn geheven op dividenden, interesten en royalty's uit Griekse bronnen die aan inwoners van België zijn betaald. De herziening werd echter ook te baat genomen om enkele andere bepalingen te wijzigen, namelijk door:
- de tijdsduur van 12 maanden op 9 maanden te brengen vooraleer de plaats van uitvoering van een bouwwerk of van constructiewerkzaamheden een vaste inrichting vormt,

- de bronheffing voor dividenten uit Griekse bronnen van 25 % tot 15 % te verminderen die het stelsel van de Europese
'moeder-dochter'-richtlijn niet genieten,

- de bronheffing voor interesten uit Griekse bronnen van 15 % tot 10 % te verminderen die het stelsel van de Europese
interest/royalty's-richtlijn niet genieten,

- de bronheffing voor interest van bankleningen op naam tot 5% te verminderen.

(*) ondertekend te Athene op 25 mei 2004.
(**) fictief belastingkrediet waarin artikel 23, paragraaf 2, d) van de overeenkomst van 24 mei 1968 voorziet indien de dividenden, interest en royalty's tijdelijk van belastingen zijn vrijgesteld door bijzondere bepalingen ter bevordering van de investeringen die bijdragen tot de ontwikkeling van de nationale economie van Griekenland.